Diagnosefase
Diagnose-onderzoek
Het onderzoek
U heeft een afspraak met de gynaecoloog. Hij of zij stelt u enkele vragen. Daarna volgt een lichamelijk onderzoek. Ook maakt u kennis met de casemanager. Om het stadium en het type tumor vast te stellen is vaak extra onderzoek nodig.
lees meerHet onderzoek
Afspraak met de gynaecoloog
U heeft een afspraak met de gynaecoloog op de polikliniek. Hij of zij stelt vragen over uw algehele gezondheid, bijzonderheden in uw familie, medicijnengebruik en eventuele eerdere zwangerschappen en bevallingen.
Er volgt een lichamelijk onderzoek naar eventuele voelbare afwijkingen.
U krijgt eerst de gelegenheid u uit te kleden. Uw bovenkleding en eventueel uw sokken kunt u gewoon aanhouden. Zorg dat u geplast heeft voor het onderzoek, dan verloopt het onderzoek makkelijker.
Daarna volgen vaak nog aanvullende onderzoeken om het stadium en het type tumor vast te stellen. Welke onderzoeken de arts uitvoert, is afhankelijk van uw situatie.
Afspraak met de casemanager
Bij uw eerste afspraak op de Polikliniek Gynaecologische Oncologie maakt u kennis met een casemanager. Dit is een gespecialiseerd verpleegkundige die u informatie en ondersteuning geeft en uw vaste contactpersoon wordt tijdens uw behandeltraject. U hoort op de polikliniek hoe u de casemanagers kunt bereiken en wat u van hen kunt verwachten.
Inwendig gynaecologisch onderzoek
Inwendig gynaecologisch onderzoek is een onderzoek van de vagina en de baarmoedermond. De gynaecoloog gebruikt een eendenbek (speculum) om uw vagina en baarmoedermond nauwkeurig te kunnen bekijken.
lees meerColposcopie en lisexcisie
U hoort van de gynaecoloog of we dit onderzoek bij u uitvoeren. Een colposcopie is een onderzoek waarbij we uw baarmoedermond en schede onderzoeken. Dit onderzoek verrichten we als er afwijkende cellen zijn gevonden bij een uitstrijkje. Bij een lisexcisie haalt de arts het afwijkende weefsel weg.
lees meerExtra onderzoek
Stadium van de tumor
Als bij de colposcopie en het weefselonderzoek blijkt dat er sprake is van baarmoederhalskanker, is het belangrijk om verder onderzoek te doen. Het stadium van de kanker wordt met één of meerdere onderzoeken vastgesteld.
lees meerStadium van de tumor
Als bij de colposcopie en het weefselonderzoek blijkt dat er sprake is van baarmoederhalskanker, is het belangrijk om verder onderzoek te doen. Het stadium van de kanker wordt met één of meerdere onderzoeken vastgesteld, bijvoorbeeld:
- MRI-scan van de buik: een onderzoek naar ingroei van de tumor in andere organen (vagina, ophangbanden van de baarmoeder, blaas of darm) en naar uitzaaiingen.
- Inwendig onderzoek onder narcose. Hierbij kijken de gynaecoloog en de radiotherapeut nog eens goed naar de grootte van de tumor. Ook voelen ze om te bepalen of de tumor doorgroeit in het steunweefsel van de baarmoeder. Soms plaatst de radioloog markeringspuntjes. Dit wordt gedaan als tijdens het onderzoek wordt ingeschat dat behandeling met bestraling nodig is.
- PET-CT-scan: Een PET-CT scan is een gecombineerd onderzoek. PET staat voor Positron Emissie Tomografie. Voor de PET-scan wordt een radioactieve stof gebruikt, welke via een infuus wordt toegediend. CT staat voor Computer Tomografie. De CT-scan kan gedetailleerd de vorm van organen, weefsels en structuren in beeld brengen. Voor de CT-scan wordt röntgenstraling gebruikt.
Onderzoek MRI van de baarmoeder
Met een MRI scan kunnen met behulp van radiogolven eventuele afwijkingen in de baarmoeder zichtbaar worden gemaakt. lees meerOnderzoek Inwendig onderzoek onder anesthesie
Tijdens dit onderzoek stellen we zowel de plaats als het stadium van het gezwel vast. Minimaal 3 specialisten voeren het onderzoek uit: een gynaecologische oncoloog, een radiotherapeut en een assistent gynaecoloog. lees meerOnderzoek PET-CT-scan met fluor-18-FDG
Een PET-CT-scan is een gecombineerd onderzoek. We maken zowel een PET- als een CT-scan. lees meerBehandelfase
Behandelopties
Over de behandeling
Welke behandeling voor u het meest geschikt is, hangt af van de grootte en plaats van de tumor en of u een kinderwens heeft. De arts bepaalt in overleg met u welke behandeling(en) u krijgt en in welke volgorde. De behandeling kan gericht zijn op genezing of op het remmen van de ziekte.Behandeling Conisatie
Een conisatie is een van de mogelijke behandelingen bij een voorstadium van baarmoederhalskanker of baarmoederhalskanker in een vroeg stadium. De gynaecoloog verwijdert met een mesje een kegelvormig stukje van de baarmoedermond.
lees meerBehandeling Radicale vaginale trachelectomie
Een radicale vaginale trachelectomie is een operatie waarbij we de baarmoederhals en het steunweefsel daaromheen verwijderen. Daarnaast verwijderen we de lymfeklieren in het bekken via een kijkoperatie. lees meerBehandeling Wertheim-Meigsoperatie
De Wertheim-Meigs operatie is de standaard operatie bij baarmoederhalskanker, waarbij de baarmoeder inclusief baarmoedermond, steunweefsels en bovenste deel van de vagina verwijderd worden. lees meerBehandeling Bestraling na operatie voor baarmoederhalskanker
Met een aanvullende bestraling (radiotherapie) na de operatie proberen we alle mogelijk achtergebleven kankercellen te vernietigen en daarbij zo veel mogelijk gezonde cellen te besparen.
lees meerBehandeling Bestraling (met chemotherapie) bij baarmoederhalskanker
Met bestraling (radiotherapie) proberen we zo veel mogelijk kankercellen te vernietigen en daarbij zo veel mogelijk gezonde cellen te besparen. Bij baarmoederhalskanker is bestraling de beste behandeling als de kanker in een gevorderd stadium is. lees meerControlefase
Controle
Hoe vaak komt u op controle?
U komt tijdens het eerste jaar 4 keer voor controle naar de polikliniek. In het tweede jaar komt u 3 keer op controle. Tijdens de controlebezoeken krijgt u een algemeen lichamelijk en inwendig onderzoek. lees meerHoe vaak komt u op controle?
U komt tijdens het eerste jaar 4 keer voor controle naar de polikliniek. In het tweede jaar komt u 3 keer op controle.
Tijdens de controlebezoeken krijgt u een algemeen lichamelijk en inwendig onderzoek. Er wordt alleen bloed geprikt of verder onderzoek verricht als daarvoor een aanleiding is.
Uitstrijkje na radicale trachelectomie
Heeft u een radicale trachelectomie gehad, dan maakt de arts bij elk controlebezoek een uitstrijkje. Dat is nodig omdat er nog een rest baarmoederhals is.
Controle na rediotherapie
Heeft u radiotherapie gehad, dan komt u afwisselend bij de gynaecoloog en bij de radiotherapeut. Uiteraard kunt u altijd tussendoor contact opnemen met de casemanager en/of behandelend arts