Onderzoek Colposcopie en lisexcisie

Colposcopie

Colposcopie is een onderzoek, waarbij we uw baarmoedermond en schede onderzoeken. Het onderzoek vindt plaats op de polikliniek. Een colposcopist voert het onderzoek uit, in samenwerking met een doktersassistente. De colposcopist is een gynaecoloog (in opleiding) of een verpleegkundig specialist.

Tijdens het onderzoek

Tijdens de colposcopie wordt eerst een spreider (speculum) ingebracht om in de schede te kunnen kijken. Bij het inbrengen van het speculum wordt uw blaas opzij geschoven. Hierdoor kunt u het gevoel hebben dat u moet plassen.

Vervolgens gebruikt uw arts een colposcoop. Dit is een soort microscoop. Met behulp van de colposcoop kan de baarmoedermond en de binnenzijde van uw schede worden bekeken. Uw arts kan met behulp van de colposcoop zien waar de eventueel afwijkende cellen van het uitstrijkje vandaan komen. De colposcoop stellen we ongeveer 30 centimeter voor de schedeingang op. Dit instrument blijft buiten uw lichaam. Een felle lamp verlicht uw gehele schede en baarmoedermond. Hierdoor kan de colposcopist eventuele afwijkende gebieden goed bekijken.

De bekleding van de schede en de binnenbekleding van de baarmoeder verschillen. Het grensgebied ligt op de baarmoedermond. Deze grens noemen we de transformatiezone. Hierop treffen we ongeveer 95% van de afwijkingen aan. Daarom is het belangrijk dat we juist dit gebied onderzoeken.

Gebruik van kleurstof

Om meer details te zien, brengen we enkele kleurstoffen aan op de baarmoedermond. Eerst brengen we sterk verdund azijnzuur aan en vervolgens een jodiumsoort (Lugol). Het aanbrengen van de kleurstoffen kan een beetje prikken. Bent u overgevoelig voor jodium, geef dit dan voor het onderzoek aan bij de colposcopist. Ook kan de jodium vlekken maken op uw kleding.

De stoffen kleuren het grensgebied waardoor gebieden met afwijkende cellen zichtbaar worden, ook als ze erg klein zijn. Als u wilt, kunt u meekijken via een beeldscherm. Om de informatie te bewaren, maken we digitale foto’s.

Als de colposcopist voldoende informatie heeft, bespreekt hij/zij ter plekke met u het plan. Er zijn drie mogelijkheden:

1. Er wordt besloten om verder niets te doen. Er volgt later nog een controle voor een uitstrijkje.
2. Er worden kleine stukjes weefsel (biopten) weggenomen voor verder onderzoek. Dit kan wat krampen geven in de onderbuik. Daarna kan de baarmoederhals een beetje bloeden.
3. Er wordt direct een behandeling uitgevoerd. Meestal bestaat deze behandeling uit het verrichten van een lisexcisie.

Informatievideo's

De video van DeGynaecoloog.nl geeft uitleg over een colposcopie en mogelijke uitslagen van weefselonderzoek. De tweede video geeft uileg over het weghalen van afwijkende weefsel in uw baarmoederhals met een elektrisch verhit lisje (lisexcisie).

• bekijk video's

Uitslag en controle

De uitslag

Wanneer weefsel is weggenomen (biopten / lisexcisie), wordt dit onderzocht onder de microscoop door een patholoog. Ongeveer 2 weken na de behandeling krijgt u de uitslag. 

Controle

Na de colposcopie volgen een of meerdere controles. De eerste controle is 6 of 12 maanden na het onderzoek. De controle bestaat uit het maken van een uitstrijkje (van het behandelde gebied). Als we tijdens deze controles toch weer een afwijkende uitstrijk vinden, dan blijft u nog even onder controle. Of we verrichten dan in overleg met u opnieuw een colposcopie. Als de controles normaal zijn, kunt u terecht bij uw huisarts voor verdere controles.

Tijdens de menstruatie kunnen we geen uitstrijkje maken. Ook kan er geen colposcopie
verricht worden. Daarom is het van belang dat u daar bij het maken van de afspraak rekening mee houdt. U kunt er ook voor kiezen een keer de pil door te slikken.