Patiëntenzorg Behandelingen Uitwendige bestraling bij baarmoederkanker

Wanneer uitwendig bestralen bij baarmoederkanker?

Bestraling (radiotherapie) bij baarmoederkanker is meestal een aanvullende behandeling (adjuvante therapie) na een operatie. Het doel van de behandeling is genezing. lees meer

Wanneer uitwendig bestralen bij baarmoederkanker?

Bestraling (radiotherapie) bij baarmoederkanker is meestal een aanvullende behandeling (adjuvante therapie) na een operatie. Het doel van de behandeling is genezing. Afhankelijk van het tumorstadium is er namelijk een kans dat de ziekte terugkeert in de lymfeklieren of de vaginatop. Door te bestralen na de operatie verkleinen we de kans dat de ziekte terugkeert.

Over bestraling

Behandeling met bestraling noemen we ook wel radiotherapie. Bij radiotherapie proberen we zo veel mogelijk kankercellen te vernietigen en daarbij zo min mogelijk gezond weefsel aan te tasten. Bij baarmoederkanker krijgt u na de uitwendige bestraling meestal ook inwendige bestraling. In totaal is de behandelduur maximaal 6 weken.

Doel van de behandeling

Het  doel van de behandeling is genezing. Afhankelijk van het tumorstadium bestaat namelijk een kans dat de ziekte in de lymfeklieren ter hoogte van de vaginatop terugkeert. Het toevoegen van radiotherapie na de operatie verkleint de kans dat de ziekte terugkeert.

Baarmoeder­kanker (endometriumcarcinoom)

Baarmoederkanker is een kwaadaardig gezwel in het slijmvlies van de baarmoeder. Dit gezwel heet een tumor. In Nederland krijgen ongeveer 1800 vrouwen per jaar baarmoederkanker. Het is daarmee de meest voorkomende kanker van de vrouwelijke geslachtsorganen.

lees meer

Voorbereiding

Vóór de behandeling bepalen we met een CT-scan de juiste plaats van de bestraling.

lees meer

Voorbereiding

Vóór de behandeling bepalen we met een CT-scan de juiste plaats van de bestraling. Hiervoor is een nieuwe CT-scan nodig, omdat u bij deze scan in dezelfde houding moet liggen als waarin u bestraald gaat worden. De CT-scan vindt plaats op de afdeling Radiotherapie. Hierbij worden tattoo-puntjes op uw huid gezet. Ze zijn nodig om u tijdens de bestraling steeds weer in de juiste positie te leggen.

Bij voorkeur ligt u op uw rug. Soms is het niet mogelijk of noodzakelijk om te bestralen om u liggend op uw rug te bestralen, dan kan er gekozen worden voor een buikligging.

CT-scan

Bij de CT worden 2 scans gemaakt. Soms maken we een scan met contrastvloeistof. De eerste scan is met een lege blaas en de tweede scan met een volle blaas.

Drinkprotocol

De bestraling vindt plaats met een volle blaas, omdat we daarmee de bijwerkingen kunnen verminderen. Om de blaas iedere keer evenveel gevuld te hebben, is er een drinkprotocol opgesteld:

Instructies lege blaas

  • Voordat u gescand wordt, vragen we u uw blaas leeg te maken.

Instructies met volle blaas

  • Na de eerste scan instrueert de laborant u voor de scan van de volle blaas:

- U krijgt 3 bekers water te drinken (0,5 L).
- Deze moeten meteen na de eerste scan gedronken worden en binnen 15 minuten gedronken worden. De resterende tijd is nodig om het opgedronken water in de blaas te krijgen.

  • Nadat de tweede scan gemaakt is, mag u pas weer uitplassen.

Vaginale marker

Bij beide scans brengen we een vaginale marker in. Dit is een dun plastic buisje waarmee we op de scan de vaginatop en de lengte van de vagina beter kunnen bepalen. 


Tijdens de behandeling

U krijgt rond de 25 bestralingen die achtereenvolgens op werkdagen gegeven worden.

lees meer

Tijdens de behandeling

U krijgt rond de 25 bestralingen die achtereenvolgens op werkdagen gegeven worden. Als u ook in aanmerking komt voor inwendige bestraling (brachytherapie), dan krijgt u dit aansluitend aan de uitwendige bestraling. De details van deze behandeling leest u op de pagina 'inwendige bestraling bij de behandeling van baarmoederkanker'.  

Uitwendige bestraling

Iedere bestraling duurt ongeveer 10. Het is belangrijk dat u zo stil mogelijk blijft liggen. Iedere bestraling maken we foto’s om te controleren of u goed op de bestralingstafel ligt.

Gevulde blaas

Het is belangrijk dat ook voor de bestralingen uw blaas gevuld is. Hierdoor worden uw blaas en darmen uit het bestralingsveld geduwd. Dit maakt de kans op bijwerkingen kleiner. Dit is belangrijk voor een juiste positie van uw baarmoeder.

Daarom vragen wij u het volgende:

  • Zorg dat u 1 uur voor de afspraak naar het toilet gaat en volledig uitplast.
  • Drink direct daarna 0,5 liter. Dit komt overeen met ongeveer 3 bekers. Drink het binnen 15 minuten op. Het vocht heeft namelijk tijd nodig om in uw blaas terecht te komen.

Het is belangrijk dat u gedurende de hele behandeling dagelijks voldoende drinkt, ten minste 2 liter per dag.

Bijwerkingen

Tijdens de bestralingen kunnen bijwerkingen optreden, die meestal slechts tijdelijk zijn. De meest voorkomende zijn:

  • Vermoeidheid: neem rust en pas uw dagelijkse werkzaamheden aan.
  • Beschadiging van gezond weefsel: op de lange termijn beschadigen de bestralingen soms gezond weefsel waardoor verschillende klachten ontstaan. Zo kan er bindweefsel gevormd worden waardoor u een ander plas- of ontlastingspatroon krijgen. Deze bijwerkingen verdwijnen niet meer.
  • Irritatie van de blaas of endeldarm waardoor u misschien wat vaker naar de wc moet.

 Als u last krijgt van bijwerkingen, bespreek deze dan met uw behandelend arts. Vaak is er iets aan de klachten te doen.

Bij vragen kunt u bellen met de verpleegkundige van de afdeling Radiotherapie. 


Na de behandeling

De reactie van bestraling is bij iedere patiënt anders. We kijken hoe het verder gaat door regelmatige controle afspraken te maken.

lees meer

Na de behandeling

De reactie van bestraling is bij iedere patiënt anders. Als u bestraald bent na een eerdere operatie, wordt u bestraald voor ‘microscopische ziekte’- achtergebleven tumorcellen die niet te zien zijn bij lichamelijk onderzoek of op een scan. Het is dus ook niet mogelijk om na de bestraling te beoordelen of alle kwaadaardige cellen inderdaad zijn opgeruimd. We kijken hoe het verder gaat door regelmatige controle afspraken te maken.

Bijwerkingen 

Op de langere termijn kunt u blijvend last houden van plas- en ontlastingsklachten. Denk aan wisselende diarreeklachten, verlies van kleine beetjes (bloederige) ontlasting en/of urine en buikkrampen. Ook kan de hoeveelheid bindweefsel toenemen in het bestraalde gebied waardoor het weefsel hier vaster aan gaat voelen (fibrose). En u kunt last hebben van seksuele veranderingen; door de behandeling kan uw vagina vernauwen en verkorten. Ook kunnen we er verklevingen ontstaan en vaginale droogheid. Het gebruik van pelottes (kunststof staafjes) na het afronden van de behandeling kan hierbij helpen. De verpleegkundigen zullen dit met u bespreken.


Contact

Afdeling Radiotherapie

Bereikbaar ma-vr 8.00-17.00
(024) 361 45 05

Buiten deze tijden alleen:
spoedeisende klachten WEL gerelateerd aan de bestraling
(024) 3611111
contactformulier

Afdeling Radiotherapie

De afdeling Radiotherapie behandelt kanker door middel van bestraling (radiotherapie). Radiotherapie vernietigt kankercellen of remt deze in hun groei.

lees meer

Onze locaties


Radboudumc adres en route

Ingang: Ingang Radiotherapie
Gebouw: G
Verdieping: 0
Route: 875

bekijk route

Radboudumc adres en route

Bezoekadres

Ingang Radiotherapie
Geert Grooteplein 32
6525GA Nijmegen

Routebeschrijving

Reis naar Geert Grooteplein 32
Ga naar binnen bij: Ingang Radiotherapie
Ga naar Gebouw G, Verdieping 0 en volg route 875

CWZ Nijmegen adres en route

Ingang: Canisius Wilhelmina Ziekenhuis (CWZ)
Route: A53

bekijk route

CWZ Nijmegen adres en route

Bezoekadres

Canisius Wilhelmina Ziekenhuis
Weg door Jonkerbos 100
6532 SZ Nijmegen

U vindt de afdeling Radiotherapie onder het Spoedplein.

Routebeschrijving

Reis naar Weg door Jonkerbos 100
Ga naar binnen bij: Canisius Wilhelmina Ziekenhuis (CWZ)
Volg route A53
  • Medewerkers
  • Intranet