Wat zijn nierstenen?
Omdat je een niersteen hebt of hebt gehad kom je bij ons in het Radboudumc Amalia Kinderziekenhuis. Een niersteen bij kinderen is bijzonder en komt niet vaak voor. Vaak ga je naar de kinderuroloog. Dit is een dokter. Hij of zij kan de niersteen weghalen tijdens een operatie.
lees meerWat zijn nierstenen?
Wat zijn nierstenen?
Omdat je een niersteen hebt of hebt gehad kom je bij ons in het Radboudumc Amalia Kinderziekenhuis. Het kan zijn dat je (pijn)klachten hebt gehad, maar soms wordt een niersteentje ook per toeval ontdekt. Een niersteen bij kinderen is bijzonder en komt niet vaak voor. Vaak ga je naar de kinderuroloog. Dit is een dokter. Hij of zij kan de niersteen weghalen tijdens een operatie.
Daarnaast is het nodig om te onderzoeken waarom je een niersteen hebt gekregen en daarvoor kom je bij de kindernefroloog of de verpleegkundig specialist kindernefrologie.
Wat zijn nieren?
Nieren zijn belangrijke organen in je lichaam, net zoals je hart, longen en lever. Een orgaan is een deel van je lichaam die een belangrijke taak heeft om je lichaam goed te laten werken.
Je nieren liggen diep in je buik, verstopt achter je darmen. Ze zijn ongeveer zo groot als een vuist en hebben de vorm van een bruine boon.
De belangrijkste taken van je nieren zijn:
- het afvoeren van afvalstoffen uit je bloed.
- teveel water uit je lichaam halen.
Via de nierfiltertjes (een soort zeefjes) in je nieren worden de afvalstoffen en extra water uit je bloed gehaald en hiervan wordt plas gemaakt. Je plas bestaat dus uit water en afvalstoffen.
Vanuit je nieren gaat je plas via 2 buisjes (urineleiders) naar je blaas. Langzaam druppelt je blaas vol met plas. Als je blaas vol is krijg je vanuit je hersenen een signaaltje dat moet je plassen. Het water met de afvalstoffen worden dan opgeruimd uit je lichaam.
Hoe komen nierstenen in je nier?
Soms zitten er te veel zouten en mineralen in je plas. Dit kan komen omdat je te weinig drinkt, je teveel van deze zouten en mineralen via je eten binnen krijgt of omdat je nieren deze mineralen te veel uitplassen.
Veel natrium (zout), calcium, fosfaat, cystine of oxalaat in je plas vergroot de kans op nierstenen. Deze stofjes samen vormen kleine kristalletjes in je plas. Die kristalletjes gaan samenklonteren waardoor uiteindelijk een niersteen ontstaat.
Naast de mineralen en zouten die nadelig zijn voor het krijgen van nierstenen zijn er ook mineralen in je plas die je juist beschermen en ervoor zorgen dat deze stofjes minder makkelijk aan elkaar klonteren. Deze beschermende stoffen zijn kalium, magnesium en citraat. Het is dus juist goed als deze mineralen veel in je plas zitten.
Wat merk je van een niersteen?
Je kunt een vervelend gevoel in je zij of rug hebben. Sommige kinderen zijn daarbij ook misselijk, moeten spugen of hebben koorts. lees meerWat merk je van een niersteen?
Wanneer een niersteen vast komt te zitten in je nier of urineleider, dan kan er soms te weinig of helemaal geen plas vanuit je nier naar je blaas stromen. Hierdoor blaast de nier zicht op. De plas die dan niet goed kan wegstromen uit je nier kan zorgen voor een vervelend gevoel in je zij of rug. Sommige kinderen zijn daarbij ook misselijk, moeten spugen of hebben koorts.
Dit vervelende gevoel in je zij of rug noemen we koliekpijn. Als je last hebt van dit gevoel dan kun je vaak niet stil zitten of liggen. Je kunt geen houding vinden waardoor het gevoel minder wordt.
Het kan ook zijn dat helemaal niets voelt van de niersteen, maar dat je plas ineens wat rood-oranje van kleur is. Dan zit er een klein beetje bloed in je plas. Nierstenen zijn namelijk vaak niet rond, maar hebben vaak een aantal puntige uitsteeksels. Met deze uitsteeksels maak de niersteen dan een soort van schaafwondje aan de binnenkant van je nier of urineleider waardoor bloed in je plas komt.
Een niersteen kan zich ook helemaal vanuit de nier, via de urineleider naar de blaas verplaatsen zonder dat je er iets van voelt. Een steentje in de blaas kan ervoor zorgen dat je een naar gevoel hebt onder in je buik, plasser en/of zaadballetjes. Ook kan het zijn dat je steeds kleine beetjes moet plassen of je steeds het gevoel hebt dat je moet plassen, ook als je net naar de wc bent geweest.
Als je een steentje uit plast dan merk je daar meestal niet zoveel van.
Behandeling
Niet alle nierstenen hoeven verwijderd te worden. Kleine nierstenen plas je vaak uit zonder dat je hier al teveel last van hebt. Nierstenen die groter zijn dan 1 cm of nierstenen waar jij last van hebt worden met behulp van een operatie weggehaald. lees meerOnderzoeken
Om te zorgen dat je geen nieuwe niersteen krijgt moet er onderzocht worden waarom je een niersteen hebt gekregen. Daarom heb je een afspraak bij kindernefroloog of verpleegkundig specialist kindernefrologie op de polikliniek. lees meerOnderzoeken
Om te zorgen dat je geen nieuwe niersteen krijgt moet er onderzocht worden waarom je een niersteen hebt gekregen. Daarom heb je een afspraak bij kindernefroloog of verpleegkundig specialist kindernefrologie op de polikliniek. Samen gaan we dan op zoek naar de reden waarom je een niersteen hebt gekregen.
Tijdens deze afspraak stellen we veel vragen aan jou en je ouders. Bijvoorbeeld over hoeveel je drinkt, wat je eet en of er andere familieleden zijn die nierstenen hebben. Daarnaast is onderzoek van je plas en bloed nodig. Bij deze onderzoeken kijken we of bepaalde stoffen te veel of te weinig in je plas en bloed voorkomen waardoor bij jou gemakkelijker nierstenen kunnen groeien.
Plas onderzoeken
Om te weten te komen hoeveel mineralen en zouten je uitplast is het nodig in iedere geval één hele dag al je plas op te sparen in een speciale fles (bokaal). Op welke manier je alle plas moet sparen hoor je in het ziekenhuis. Na het sparen mag de bokaal in het ziekenhuis worden ingeleverd en zal op het laboratorium gemeten worden hoeveel mineralen en zouten er in je plas zitten.
Bloedonderzoek
Het afnemen van bloed gebeurt na de controle. Soms is een bloedafname niet meer nodig omdat in een ander ziekenhuis of op de operatiekamer al bloed is afgenomen.
Als je al geopereerd bent door de kinderuroloog of je een niersteen hebt uitgeplast dan wordt dit steentje ook in het laboratorium onderzocht.
Nierstenen voorkomen
We kijken samen hoe jij ervoor kunt zorgen dat je geen nieuwe niersteen krijgt. Veel drinken en gezond eten is daarbij het allerbelangrijkst.
lees meerNierstenen voorkomen
Nierstenen groeien gemakkelijker als:
- je weinig drinkt
- je veel zout en weinig groente/fruit eet
- je vaak een blaasontsteking hebt
- je bepaalde medicijnen gebruikt
- je plas niet makkelijk van je nieren naar je blaas kan stromen
- je in een rolstoel zit
- er nierstenen in je familie voorkomen
- je een stofwisselings- of erfelijke ziekte hebt
Drink genoeg en eet gezond
Vaak weten we na het onderzoeken van je plas, bloed en de niersteen waardoor je nierstenen hebt gekregen. We kijken samen hoe jij ervoor kunt zorgen dat je geen nieuwe niersteen krijgt. Veel drinken en gezond eten is daarbij het allerbelangrijkst.
Veel drinken
Als je veel drinkt wordt je plas verdunt en is de kans minder groot dat mineralen en zouten samen klonteren tot een niersteen. Als je te weinig drinkt is je urine donkergeel of lichtbruin van kleur. Deze kleur ontstaat doordat er dan veel mineralen en zouten in je plas zitten.
Goed verdunde plas is bijna wit, en ziet er dus bijna hetzelfde uit als water. De dokter of verpleegkundig specialist vertelt je hoeveel je moet drinken. Het is belangrijk dat je vooral veel water drinkt, eventueel met wat aanmaaklimonade. Daarnaast mag je ook wat thee, melk, sap en frisdrank drinken, maar niet te veel. Pas op met het drinken van teveel cola en/of ijsthee, want hierin zitten stoffen die de groei van nieuwe nierstenen kunnen stimuleren.
Om ervoor te zorgen dat je plas de hele dag lichtgeel van kleur blijft is het belangrijk dat je de hele dag door voldoende drinkt. Ook als je niet thuis bent. Zorg ervoor dat je altijd wat te drinken bij je hebt of dat je op een vaste tijd een flink glas leegdrinkt. Zorg dat je leraar weet dat het voor jou belangrijk is om veel te drinken en vraag toestemming om te mogen drinken in de klas en wat vaker naar de wc te mogen gaan.
Ook voordat je gaat slapen is het goed om nog wat water te drinken. Als je slaapt drink je niet, maar zweet je wel. Daardoor is je plas in de ochtend donker van kleur en zitten er dus veel mineralen en zouten in. Om ervoor te zorgen dat je urine lichter van kleur is in de ochtend is het verstandig om vlak voor het slapen nog een glas water te drinken. Waarschijnlijk zul je daardoor in de nacht nog een keer moeten opstaan om te plassen. Dit is niet erg, want dan kun je direct nog wat drinken en blijft je plas dus verdunt.
Bij warm weer of tijdens het sporten verlies je ook extra water uit je lichaam doordat je zweet. Op deze dagen zul je ook meer moeten drinken.
Gezond eten
Als je genoeg groente en fruit eet zitter er meer beschermende mineralen (kalium, magnesium en citraat) in je plas. Het eten van veel vlees en zout zorgt ervoor dat de beschermende mineralen minder goed hun werk kunnen doen. Zorg dus dat je niet meer dan 100 gram vlees per dag eet en niet meer dan 6 gram zout.
Helaas zit in heel veel eten zout verstopt Je krijgt als snel veel zout binnen zonder dat je het doorhebt. In bijvoorbeeld één gewone bruine boterham zit al bijna een halve gram zout. Daarom raden we aan om geen extra zout aan je eten toe te voegen. Als de hoeveelheid zout in je plas te hoog is kan je dokter en/of verpleegkundig specialist je extra tips geven.
Naast goed drinken en gezond eten zijn soms medicijnen nodig om je goed te beschermen.