De operatie
Bij een beenamputatie is het belangrijk dat er een stomp wordt gecreëerd die geschikt is voor het lopen met een prothese. Voor de operatie bekijkt de chirurg wat het beste amputatieniveau is. lees meerDe operatie
Bij een beenamputatie is het belangrijk dat er een stomp wordt gecreëerd die geschikt is voor het lopen met een prothese. De chirurg zorgt dat hij of zij na de amputatie de huid rond de wond kan hechten. Soms krijgt u een of meer drains (afvoerbuisjes). Deze drains zorgen ervoor dat bloed uit de wond wordt afgevoerd. Ook wordt er een drukverband rondom de stomp aangelegd. Na genezing van de wond passen we de stomp in een prothesekoker.Amputatieniveau
Voor de operatie bekijkt de chirurg wat het beste amputatieniveau is. Dit is de exacte plaats in het been waar de amputatie plaatsvindt. Bij het bepalen van het amputatieniveau houdt de chirurg rekening met de kenmerken van uw aandoening. Hierbij kijkt hij of zij naar wat medisch verantwoord is en welk deel van het been kan worden gespaard. Meestal wordt in dit stadium al een revalidatiearts geraadpleegd. Het amputatieniveau is namelijk zeer bepalend voor uw functioneren (met prothese) in de toekomst.Functioneren in de toekomst
Hoe goed u in de toekomst weer kunt functioneren, verschilt van persoon tot persoon. Het hangt onder meer af van het amputatieniveau, uw leeftijd, uw lichamelijke conditie en uw motivatie om bepaalde dingen weer te kunnen doen. Voor sommige mensen is het weer kunnen lopen (van langere afstanden) of het weer kunnen sporten erg belangrijk. Andere mensen zijn al tevreden als ze zich kunnen verplaatsen in en rondom het huis.Loopmogelijkheden in relatie tot de amputatiehoogte
Voet | Enkel | Onderbeen | Knie | Bovenbeen | Heup | |
Belastbaarheid stompeinde | 100% | 75-100% | 30-50% | 100% | 20-30% | 100% |
Lopen zonder prothese bij eenzijdige amputatie Korte afstanden: Lange afstanden: |
Ja |
Ja |
Hinkend |
Hinkend |
Hinkend |
Hinkend |
Ja | Deels | Nee | Nee | Nee | Nee | |
Loopscholing | Geen | Soms | Nodig | Nodig | Nodig | Nodig |
Verhoogd energiegebruik | 0-10% | 0-25% | 25-50% | 25-50% | 50-100% | 50-100% |
Loopprestaties met prothese verminderd met | 0-20% | 0-50% | 0-70% | 20-70% | 30-90% | 50-100% |
Contact Verpleegafdeling C2
Luister het volledige keuzemenu af om doorverbonden te worden met de juiste afdeling.
(024) 361 40 14
Naar uw afspraak op de verpleegafdeling
Ingang: Hoofdingang
Gebouw: C
Verdieping: 2
Route: 737
Naar uw afspraak op de verpleegafdeling
Bezoekadres
Radboudumc hoofdingang
Geert Grooteplein Zuid 10
6525 GA Nijmegen
Routebeschrijving
Redenen voor een beenamputatie
Een beenamputatie kan verschillende redenen hebben, zoals vaatproblemen, een ongeluk, infectie of tumor. Een amputatie is een ernstige, onherstelbare ingreep. Het is een ingreep die de chirurg uit medische noodzaak uitvoert als niets anders meer mogelijk is. lees meerRedenen voor een beenamputatie
Jaarlijks vinden er in Nederland ongeveer 2000 beenamputaties plaats. Een beenamputatie kan verschillende redenen hebben. In ongeveer 90% van de gevallen is een amputatie het gevolg van vaatproblemen. Verder kan een amputatie nodig zijn door een ongeluk (trauma), een infectie of een bottumor. Een amputatie is een ernstige, onherstelbare ingreep. Ook voor een chirurg is het moeilijk om het besluit tot amputatie te nemen. Het is een ingreep die de chirurg uit medische noodzaak uitvoert als niets anders meer mogelijk is.Verschillende amputatieniveaus
De verschillende amputatieniveaus zijn:
- Bekkenamputatie
- Amputatie door de heup
- Bovenbeenamputatie
- Amputatie door de knie
- Onderbeenamputatie
- Enkelamputatie
Verschillende amputatieniveaus
-
Bij deze amputatie is de helft van uw bekken verwijderd. Uw hele been, inclusief bil en bekken (aan een kant) wordt weggenomen. Een eventuele beenprothese wordt aan een bekkenkorf opgehangen. Dit is een korf die om het gehele bekken zit. Zitten is vaak moeilijk. Soms heeft u hiervoor een speciale voorziening nodig. Lopen, met of zonder een prothese, is mogelijk, maar kost veel energie.
-
Dit is een amputatie door het heupgewricht. Een beenprothese wordt opgehangen aan een bekkenkorf. Bij dit amputatieniveau zijn uw knie- en heupgewricht niet meer aanwezig en moet u leren lopen met een protheseknie en een heupscharnier.
-
Deze amputatie gaat meestal door het middelste derde deel van uw bovenbeen. Bij dit amputatieniveau is uw eigen knie niet meer aanwezig en moet u leren lopen met een protheseknie. De prothese steunt in dit geval op uw zitbot.
-
Dit is een amputatie door het kniegewricht. Omdat het bot aan de onderzijde breed is, is het mogelijk om op het uiteinde van de stomp te staan. Een nadeel is dat de protheseknie niet op dezelfde hoogte staat als de gewone knie, maar lager. Dit is vooral te zien als u zit. Daarnaast kunt u uw eigen knie niet meer gebruiken en moet u leren vertrouwen op een protheseknie.
-
De conditie van uw been en de bloeddoorstroming op de plaats van de amputatie bepalen het niveau van deze amputatie. Een groot voordeel van dit amputatieniveau is dat uw kniegewricht bewaard blijft. Het leren lopen met een prothese is relatief makkelijk. De prothese steunt op de pees onder uw knieschijf.
-
Dit is een amputatie door het enkelgewricht. Bij dit niveau behoudt u uw scheenbeen en kuitbeen. Hierdoor ontstaat een ronde stomp waarop u kunt staan. Als u uw stomp goed kan belasten is het zelfs mogelijk om er op te lopen zonder prothese. Doordat u een klein deel van uw been verliest is het gemakkelijk om uw been weer te gebruiken dan bij een onderbeenamputatie.
Uw opname
-
Op het afgesproken tijdstip meldt u zich bij de receptie van de verpleegafdeling Orthopedie. De opnamedag is meestal ook de dag dat u geopereerd gaat worden.
lees meer
Dag van opname
Op het afgesproken tijdstip meldt u zich bij de receptie van de verpleegafdeling Orthopedie. De opnamedag is meestal ook de dag dat u geopereerd gaat worden. Op deze dag maakt u kennis met de afdeling en start de voorbereiding op uw operatie. Op de afdeling heeft u meestal eerst een gesprek met een verpleegkundige. Hij of zij licht u in over de dagindeling, de regels op de afdeling en de voorbereiding op de operatie. Vragen over de verzorging of over de afdeling kunt u aan deze verpleegkundige stellen. Als het nodig is, komt een coassistent of arts-assistent ook bij u langs. U kunt met vragen over uw aandoening of operatie bij hem of haar terecht. In sommige gevallen wil ook de anesthesioloog u nog even spreken of onderzoeken. Wanneer u de dag voor de operatie wordt opgenomen, komt de orthopeed vaak nog even bij u langs. -
In het Radboudumc werkt een multidisciplinair team samen bij beenamputaties. Hieronder leest u met wie u te maken krijgt en wat hun taken binnen dit team zijn.
lees meer
Multidisciplinair team
In het Radboudumc werkt een multidisciplinair team samen bij beenamputaties. Multidisciplinair betekent dat zorgverleners van verschillende disciplines samenwerken om voor een optimale behandeling te zorgen.Orthopedisch chirurg
De orthopedisch chirurg is meestal voor de amputatie al betrokken bij uw behandeling. Als een amputatie onvermijdbaar is, voert de orthopedisch chirurg deze bij u uit. De orthopedisch chirurg is eindverantwoordelijk voor de gehele zorg tijdens de operatie. Als uw wond niet goed geneest, coördineert en voert de orthopedisch chirurg de zorg hiervoor uit. Wanneer de stomp is genezen, draagt de orthopedisch chirurg de zorg over aan de revalidatiearts. Als het nodig is, overlegt de revalidatiearts met de orthopedisch chirurg.Revalidatiearts
De revalidatiearts is de hoofdbehandelaar bij uw revalidatietraject. De revalidatiearts voert het eerste onderzoek uit en schakelt de benodigde (mede)behandelaars in. Daarnaast zorgt hij of zij voor uw medische begeleiding, bijvoorbeeld bij stompproblemen en pijnbehandeling. In overleg met u en de revalidatieteamleden maakt de revalidatiearts een keuze voor het type prothese dat het beste bij uw situatie past.Fysiotherapeut
De fysiotherapeut houdt zich bezig met het bewegingsapparaat van de mens. De fysiotherapeut richt zich onder andere op de beweeglijkheid en kracht van zowel het geamputeerde been als van het andere been. Daarnaast wordt er veel aandacht besteed aan transfer- en looptraining. De fysiotherapeut leert u volgens een vast revalidatieplan zo zelfstandig mogelijk functioneren, met en zonder prothese. Hierbij kunt u gebruik maken van diverse hulpmiddelen zoals een looprekje en/of elleboogkrukken.Ergotherapeut
Ergotherapie richt zich op het uitvoeren van de dagelijkse activiteiten in uw eigen omgeving, zowel met als zonder prothese. De ergotherapeut bekijkt samen met u of er beperkingen of problemen zijn in het dagelijkse functioneren. Samen met de ergotherapeut pakt u de activiteiten die problemen opleveren en die voor u belangrijk zijn, zo praktisch mogelijk aan en zoekt u samen naar oplossingen. Het uitgangspunt is om zo zelfstandig mogelijk te functioneren, bijvoorbeeled bij uw persoonlijke verzorging, huishoudelijke activiteiten, verplaatsen binnen- en buitenshuis, uw werk en/of ontspanningsactiviteiten. De ergotherapeut geeft advies en begeleidt u bij de aanvraag van hulpmiddelen en voorzieningen.Verpleegkundige
De verpleegkundige zorgt voor de uitvoering van uw behandelplan, in goede samenwerking met uw chirurg, revalidatiearts, fysiotherapeut en eventuele andere betrokken disciplines. De verpleegkundige helpt u bijvoorbeeld met de dagelijkse verzorging en mobilisatie. Hij of zij geeft uw medicatie, verzorgt uw wond, controleert uw vitale functies en is er 24 uur per dag om u te ondersteunen bij het herstel, in samenwerking met het multidisciplinaire team. Als de verpleegkundige uw vragen niet kan beantwoorden, benadert hij of zij de juiste persoon hiervoor. Het team van verpleegkundigen wordt ondersteund door meerdere verpleegassistenten. Zij helpen bijvoorbeeld bij de dagelijkse verzorging en uw mobilisatie.Maatschappelijk werker
De maatschappelijk werker kan u op praktisch en sociaal gebied ondersteunen. Onderwerpen als wonen, werk en tijdsbesteding komen aan bod, maar ook verwerking en acceptatie van het leven met beperkingen. De maatschappelijk werker kan u helpen contact te leggen met verschillende instanties, met het opstellen van brieven, het invullen van formulieren, het aanvragen van thuiszorg en het zoeken naar passende woonruimte. Ook kan hij of zij uw partner, gezinsleden of andere belangrijke mensen in uw leven ondersteunen.Psycholoog
Lichamelijk- of geestelijk letsel gaat bijna altijd samen met een verwerkingsproces. De psycholoog kan u hierover informeren en begeleiden bij het verwerken van de verschillende fasen van dit proces. Verder kunt u met de psycholoog bespreken hoe u omgaat met de beperkingen en de verschillende sociale en emotionele gevolgen daarvan voor u en uw omgeving.Instrumentmaker
De instrumentmaker levert alle producten die betrekking hebben op het vervangen van ledematen (prothesen) en voorzieningen die het gevolg zijn van het verliezen van lichaamsfuncties. De instrumentmaker maakt in nauw overleg met u en de andere disciplines een beenprothese op maat. De eerste stap is het nauwkeurig aanmeten van uw prothese. Vervolgens kunt u de prothese uitproberen en wordt deze zo nodig aangepast. Als u de definitieve prothese heeft, kunt u deze eventueel laten afwerken. -
Na de operatie wordt u naar de uitslaapkamer (verkoeverkamer), gebracht waar u goed wakker kunt worden.
lees meer
Na de operatie
Na de operatie wordt u naar de uitslaapkamer (verkoeverkamer), gebracht waar u goed wakker kunt worden. U heeft dan mogelijk:- één of twee infusen
- een zuurstofslangetje in de neus
- een klemmetje om een vinger om het zuurstofgehalte in uw bloed te meten
- stickers op de borst, ter controle van uw hart
Na de operatie heeft u een zogenaamde amputatiestomp. Een of meer drains (afvoerbuisjes) zorgen ervoor dat bloed uit de wond wordt afgevoerd. Er zijn verschillende methoden om de stomp te verzorgen: Op advies van de chirurg en de revalidatiearts wordt een gipskoker aangebracht, de stomp gezwachteld of er wordt gebruik
gemaakt van een zogenaamde ‘liner’. Dit is een elastische stompkous van siliconenmateriaal.
In de periode na de operatie is het belangrijk dat de wond goed geneest. Daarnaast werkt u in deze eerste periode aan de ontwikkeling van de functie van het overgebleven deel van het been. De spieren moeten zich aanpassen aan de nieuwe situatie. Door te oefenen voorkomt u dat u spierkracht kwijtraakt of uw spieren korter worden.
Revalidatie en therapie onder leiding van het revalidatieteam worden belangrijke zaken voor u. De revalidatiearts bespreekt met u welke revalidatie- en prothesevoorziening er in uw nieuwe situatie mogelijk
zijn. De mogelijkheden hangen sterk af van uw motivatie, lichamelijke conditie, bijkomende ziekten of gebreken, het amputatieniveau en de amputatiestomp.
Behandeling Anesthesie
Als u naar het Radboudumc komt voor een operatie dan krijgt u te maken met anesthesie (verdoving of narcose). Ook voor andere ingrepen, zoals een behandeling of onderzoek, is anesthesie soms nodig. Anesthesie zorgt ervoor dat u tijdens de behandeling geen pijn heeft.
lees meerUw herstel
Pijn
U kunt na de operatie last hebben van pijn aan de stomp. Om duidelijk te krijgen hoe uw pijn verloopt en of de pijnverlichtende handelingen voldoende effect hebben, vraagt de verpleegkundige u regelmatig hoeveel pijn u heeft. U kunt dit aangeven met een cijfer, ook wel een pijnscore. Deze loopt van 0 tot 10. Het cijfer 0 wil zeggen dat u geen pijn heeft en 10 betekent de ergste pijn die u zich kunt voorstellen. Naar aanleiding van de score krijgt u zo nodig extra pijnstilling. De chirurg en eventueel het pijnteam behandelt pijn na een operatie.
Fantoompijn
Een bijzonder en hinderlijk verschijnsel waar u na de amputatie last van kunt hebben, is fantoompijn of fantoomsensatie. Hierbij lijkt het alsof het geamputeerde lichaamsdeel er nog helemaal is. Het kan vreemd aanvoelen of pijn doen. Gebieden in de hersenen die voorheen het geamputeerde been ‘bestuurden’ worden nog steeds geprikkeld door zenuwen in de stomp. Dit kan soms pijnlijk zijn en noemen we fantoompijn. Deze pijn kan beïnvloed worden door uw stemming en kan erger worden als u niet lekker in uw vel zit. Bij afleiding of activiteit kan de pijn minder worden.
Snelle mobilisatie na amputatie kan fantoompijn voorkomen of verminderen. Ook kan de pijn afnemen door in gedachte het geamputeerde ledemaat te bewegen of de stomp te masseren. Daarnaast kan spiegeltherapie helpen. Tijdens deze therapie wordt een spiegel naast het behouden been gezet. Vervolgens beweegt u het been of masseert u of de fysiotherapeut uw been. Het blijkt dat de gebieden in de hersenen van het geamputeerde been hierdoor ook geactiveerd worden, waardoor de pijn kan afnemen.
Bekijk hier een filmpje met meer uitleg over spiegeltherapie:
Als dit allemaal niet helpt kan de arts u medicijnen voorschrijven. Deze medicijnen hebben wel bijwerkingen zoals sufheid. Soms kunnen massages helpen. Een massage kan voor een betere doorbloeding van de stomp zorgen, waardoor de pijn vermindert. Meestal neemt de fantoomsensatie na ongeveer één jaar af en de pijn vermindert vaak bij goed gebruik van de prothese. Fantoomsensaties en of fantoompijn kunt u bespreken met de revalidatiearts. Hij of zij geeft u tips en adviezen voor de behandeling.
Ontslag en revalidatie
Afhankelijk van hoe u zich voelt mag u de vijfde dag na de operatie naar huis. Als de wond goed geneest kunt u buiten het ziekenhuis verder herstellen. lees meerOntslag en revalidatie
Ontslag naar huis
Afhankelijk van hoe u zich voelt mag u de vijfde dag na de operatie naar huis.U mag naar huis als:
- de pijn onder controle is
- u normaal eet en drinkt
- de wond er goed uitziet of de desbetreffende zorg daarvoor ingeschakeld is
- u zelfstandig de stomp kan zwachtelen of de desbetreffende zorg daarvoor ingeschakeld is
- u voldoende mobiel bent om u te kunnen redden op de plek waar u na ontslag naar toe gaat (thuis of in een verpleeghuis)
- eventuele hulpmiddelen zoals krukken, rolstoel, bed beneden geregeld zijn
- als de trombosedienst is geregeld (als dit nodig is voor u)
Revalidatie
Als de wond goed geneest kunt u buiten het ziekenhuis verder herstellen. De meeste patiënten gaan poliklinisch revalideren. Dit betekent dat u eerst naar huis gaat om aan te sterken en na een aantal weken start met revalidatie op een polikliniek in dagbehandeling. De revalidatiearts bespreekt met u welke revalidatie- en prothesevoorziening er in uw nieuwe situatie mogelijk zijn. De mogelijkheden daarvan hangen sterk af van uw motivatie, lichamelijke conditie, bijkomende ziekten of gebreken, het amputatieniveau en de amputatiestomp.Mentale aspecten na een amputatie
Een amputatie is niet alleen voor uw lichaam een ingrijpende gebeurtenis. Ook mentaal en emotioneel gebeurt er veel met u. Zo kunt u te maken krijgen met gedachten, emoties en reacties die voor de amputatie niet gewoon voor u waren. lees meerMentale aspecten na een amputatie
Een amputatie is niet alleen voor uw lichaam een ingrijpende gebeurtenis. Ook mentaal en emotioneel gebeurt er veel met u. Er wordt veel van u en uw omgeving gevraagd. Zo kunt u te maken krijgen met gedachten, emoties en reacties die voor de amputatie niet gewoon voor u waren. Ziek worden en het verliezen van een lichaamsdeel houdt in dat u afscheid moet gaan nemen van een compleet lichaam, een deel van uw gezondheid en uw fysieke mogelijkheden. Het aanvaarden van de nieuwe situatie, het leven met beperkingen en het opnieuw vormgeven van uw leven, is vaak een langdurig proces. In het proces is het willen, kunnen en durven rouwen om het verlies van uw been belangrijk. Het helpt u bij het maken van een nieuwe start in uw leven.
Hoe ga ik om met het verlies van mijn been?
De oorzaak van uw amputatie, uw gezondheid en karakter, eerdere ervaringen, de mate waarin u zich wel of niet gesteund voelt door de mensen om u heen: het zijn allemaal dingen die van invloed zijn op uw rouw- en verliesverwerkingsproces. Iedereen rouwt en verwerkt een verlies op zijn eigen manier. Als u psychologische hulp wilt, kan de revalidatiearts u hiervoor doorverwijzen.Welke reacties en emoties kunt u verwachten?
Hieronder volgen een aantal veel voorkomende emoties die kunnen spelen tijdens een verwerkingsproces. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat u al deze emoties ervaart en daarnaast kan ook de volgorde wisselen.-
Een reactie die bijna iedereen heeft is ontkenning. Het ontkennen van uw nieuwe realiteit is niet vreemd of raar. Zeker in het begin, net na uw amputatie, kan ontkenning een grote rol spelen.
-
In de periode dat het tot u door begint te dringen dat uw amputatie definitief is, kan het zijn dat u zich extra moe voelt. U heeft dan veel behoefte aan slaap en u kunt het besef van tijd kwijt zijn. Uw dagelijkse activiteiten kunnen u opeens veel moeite kosten. Slapen kan helpen om de emotionele pijn en het verdriet dat u ervaart te verzachten.
-
Boosheid en opstandigheid kunnen zich op allerlei manieren uiten. Bijvoorbeeld boos zijn op uw lichaam of het gevoel hebben dat uw lichaam u in de steek heeft gelaten. Boosheid kan voortkomen uit het feit dat u zich machteloos voelt in uw nieuwe situatie. Wat helpt is om niet alleen stil te staan bij wat u niet meer kunt, maar ook te kijken naar wat u nog wel kunt. Boosheid wordt ook minder als u zelf in de gaten houdt dat u nog steeds zelf dingen kunt bepalen. Dit hoeven geen grote dingen te zijn, het kan ook om kleine dingen gaan.
-
Verdriet is de meest herkenbare en geaccepteerde emotie bij het verwerken van een verlies. Het is heel normaal dat u zich verdrietig voelt en/of nog moet huilen om het verlies van uw been. U kunt verdrietig zijn over de gevolgen van de amputatie op uw leven en het leven van uw dierbaren. Of u ontdekt dat het verlies van uw been u terug doet denken aan verlies dat u eerder overkwam, bijvoorbeeld het overlijden van dierbaar persoon. Door het toelaten en uiten van verdriet kunt u emotionele pijn verminderen en verwerken.
-
Je schamen voor je lichaam is ook een reactie die vaak voorkomt bij mensen met een amputatie. Bij schaamte kunnen de volgende gevoelens horen:
- U voelt zich niet meer de vitale vrouw of man die het in het leven goed voor elkaar heeft.
- U vindt uzelf door de amputatie minder mooi en aantrekkelijk, u vindt het lastig om in de spiegel te kijken.
- U merkt dat u er nu moeite mee heeft om in het bijzijn van uw partner naakt te zijn, of intimiteit en seksualiteit met uw partner te delen.
-
Het gevoel van gemis van een goed functionerend lichaam kan duidelijk worden als u anderen dingen ziet doen die u voor uw amputatie zelf ook graag deed. U voelt op zo’n moment misschien jaloezie. De jaloersheid betekent niet dat u het de ander niet gunt, maar heeft alles te maken met uw verlangen het zelf ook weer te kunnen. Sta uzelf daarom toe af en toe jaloers te zijn.
-
Angst is een begrijpelijke reactie. U weet dat uw leven door de amputatie ingrijpend verandert, maar u kunt zich er nog geen voorstelling van maken. Kan ik over een tijdje goed met een prothese functioneren? Kan ik wel in mijn huis blijven wonen? Dit soort vragen kunnen u gevoelens van angst en onzekerheid over de toekomst geven.
-
Afscheid nemen van uw oude lichaamsbeeld, uw fysieke mogelijkheden en het leven dat u had, is wellicht niet gemakkelijk voor u. Toch gaat u ontdekken dat u na verloop van tijd went aan uw nieuwe situatie. U denkt minder vaak terug aan uw leven voor de amputatie en u gaat merken dat als u hieraan terugdenkt, het minder emotioneel wordt. Het leven met een amputatie, uw huidige mogelijkheden en beperkingen, worden dan steeds meer een nieuwe realiteit. Als het goed is, merkt u dat u weer ruimte krijgt om op zoek te gaan naar activiteiten die bij u passen, waar u van kan genieten, plezier aan kan beleven en waar uw beperkingen geen belemmering zijn. Acceptatie wil niet zeggen dat u zich nooit meer verdrietig of boos mag voelen over datgene wat u is overkomen.
-
- Neem weer deel aan het maatschappelijk leven, zoals familie, hobby’s en werk.
- Leer zo snel mogelijk goed lopen met een prothese.
- Onderdruk uw gedachten en emoties niet. Uw gedachten en gevoelens mogen er zijn.
- Bespreek emoties met uw naasten en met uw behandelaars. Uw behandelaar kan met u meedenken, of ervoor zorgen dat u de juiste ondersteuning krijgt.
Verzorging
Er zijn verschillende methoden om de stomp te verzorgen. Meestal wordt de stomp strak gezwachteld of wordt er gebruik gemaakt van een zogenaamde ‘liner’. lees meerAdviezen en oefeningen
Hier vindt u meer informatie over de adviezen en oefeningen die u kunt doen om uw herstel te bevorderen. lees meerBehandeling Klikprothese
Een osseointegratieprothese wordt ook wel een 'klikprothese' genoemd. Deze prothese wordt tijdens een operatie in het bot van de stomp bevestigd met een metalen pen (stoma) door een opening in de huid.
lees meerBetrokken afdelingen
Afdeling Fysiotherapie
Het doel van fysiotherapie is dat u weer zo goed mogelijk functioneert in de omgeving waarin u leeft, woont, werkt of sport. De behandeling richt zich op de gevolgen van uw aandoening voor activiteiten in uw dagelijks leven. Fysiotherapie kan plaatsvinden tijdens een opname of op de polikliniek. lees meerAfdeling Revalidatie
Het doel van revalidatie is het leren omgaan met of het verminderen van functiebeperkingen. Het gaat om aangeboren functiebeperkingen of om beperkingen als gevolg van een ziekte of trauma.
lees meer