In overleg met de behandelend arts heeft u voor uw kind een blaasdrukonderzoek afgesproken bij de afdeling Kinderurologie van het Radboudumc. Dit is een onderzoek naar de werking en de sluitspier van de blaas.
Voorbereiding
Omdat uw kind in het ziekenhuis veel indrukken moet verwerken, is het belangrijk dat u uw kind thuis al op het onderzoek voorbereidt. lees meerVoorbereiding
Omdat uw kind in het ziekenhuis veel indrukken moet verwerken, is het belangrijk dat u uw kind thuis al op het onderzoek voorbereidt. Hij of zij zal dan waarschijnlijk beter meewerken, waardoor het onderzoek ook vlotter verloopt. Door precies te vertellen wat er gaat gebeuren neemt u mogelijke angst voor een groot deel weg. U kunt zeggen dat het een raar onderzoek is, en soms wat vervelend, maar dat het bijna nooit echt pijn doet. Het beste kunt u al enkele dagen tevoren met uw kind over het onderzoek praten. Uw kind krijgt dan de tijd om de informatie te verwerken en vragen te stellen.Wanneer uw kind medicijnen voor de blaas gebruikt, laat u het 3 dagen van tevoren hiermee stoppen, tenzij anders met u is afgesproken. Kinderen met spina bifida moeten meestal wel doorgaan met de medicijnen. Als
uw kind wel moet doorgaan met de medicijnen wordt dit altijd met u besproken.
- Neem contact op met de behandelend arts als uw kind in de dagen vóór het onderzoek een blaasontsteking heeft of pijn heeft tijdens het plassen.
- Tijdens het onderzoek hoeft alleen het onderlichaam ontbloot te zijn. Trek uw kind dus een broek of rok, en trui of blouse aan.
- Neem voor de kleintjes een knuffel of speeltje mee, zodat u uw kind bezig kunt houden tijdens het onderzoek. De grotere kinderen kunnen een boek meebrengen om te lezen tijdens het vullen van de blaas.
- Het is belangrijk dat uw kind met een volle blaas komt. Laat uw kind daarom vanaf 2 uur voor het onderzoek niet meer plassen (als uw kind zo oud is dat hij/zij dit kan). Wanneer uw kind zichzelf katheteriseert of dit door de ouder gedaan wordt, dan hoeft uw kind niet met een volle blaas te komen.
Onderzoek
Als uw kind een volle blaas heeft, moet hij of zij een plas doen op een speciaal toilet om de kracht van de straal meten. Hierna gaat uw kind met ontbloot onderlichaam op een onderzoektafel liggen. De verpleegkundige sluit eerst de meetapparatuur aan. Er worden 3 plakelektrodes bevestigd: één op de rug en één op iedere bil, vlakbij de anus. De plakelektrodes zien eruit als pleisters met een draadje eraan. Met de elektrodes is de activiteit van de bekkenbodemspieren te meten. Dit zijn de spieren die zich aanspannen bij het ophouden van de plas.Vervolgens brengt de verpleegkundige een dun slangetje in de anus: een drukmeetkatheter met een doorsnede van 1½ mm. Het inbrengen voelt aan als het opnemen van de temperatuur met een thermometer. De katheter wordt met een pleister vastgeplakt zodat hij goed blijft zitten. Met de katheter meten we de druk in de buikholte.
Daarna start de verpleegkundige met het inbrengen van de blaaskatheter. Uw kind gaat hiervoor op de rug liggen. Jongens kunnen de benen gewoon plat neerleggen. Meisjes moeten de knieën optrekken en de benen goed uit elkaar houden.
De huid rondom het plasgaatje wordt schoongemaakt met steriele watten. Vervolgens brengt de verpleegkundige een dun slangetje via de plasbuis in de blaas. Als het kind de beentjes goed slap houdt, gaat het inbrengen van dit slangetje het gemakkelijkst. Het gevoel tijdens het inbrengen verschilt sterk van kind
tot kind. Sommige kinderen vinden dat het kriebelt, anderen vinden het een beetje vervelend en sommigen vinden het eventjes pijn doen.
Wanneer het slangetje eenmaal op zijn plaats zit, voelt het kind hier nauwelijks meer iets van. Ook dit slangetje wordt met een pleister vastgeplakt. De blaas wordt vervolgens door dit slangetje gevuld met steriel water van 37 graden Celsius. Dit vullen duurt 5 tot 20 minuten, afhankelijk van de grootte van de blaas. Het is belangrijk dat uw kind hierbij rustig blijft liggen. Als de blaas vol raakt, krijgt uw kind plasdrang en stoppen we met het vullen. Uw kind mag dan een plas doen op het toilet dat op de onderzoekkamer staat.
Het onderzoek is nu klaar. De pleisters gaan eraf en uw kind kan zich weer aankleden.
Urodynamisch onderzoek na cystoscopie
Soms gebeurt het onderzoek onder narcose. Uw kind wordt hiervoor opgenomen. Er wordt op de operatiekamer dan eerst in de blaas gekeken (cystoscopie) door de kinderuroloog.Een cystoscoop is een speciale kijker waarmee de arts de plasbuis en de blaas van uw kind vanbinnen kan bekijken. Tijdens de ingreep kunnen eventuele kleine afwijkingen aan de plasbuis en/of blaas gecorrigeerd worden. Als het nodig is, brengt de arts een blaaskatheter in. Deze blijft meestal één nachtje zitten.
Als er tijdens het onderzoek geen afwijkingen worden gevonden, dan wordt meestal aansluitend een urodynamisch onderzoek gedaan. De drukmeetkatheter die in de blaas en in de darmen ingebracht moet worden, wordt op de operatiekamer ingebracht als uw kind nog slaapt.
Het urodynamisch onderzoek vindt plaats op de polikliniek Kinderurologie. Uw kind is wakker als hij of zij vanuit de verkoeverkamer hier naartoe wordt gebracht. U mag als ouder bij dit onderzoek aanwezig zijn. Na het onderzoek worden de drukmeetkatheters weer verwijderd op de polikliniek.