Over een punctie met behulp van CT-scan
We nemen met behulp van de CT-scanner een stukje weefsel/vocht uit uw lichaam (punctie), om zo de oorzaak van uw klachten te achterhalen of aanvullend (wetenschappelijk) onderzoek te doen.
Over het onderzoek
Voorbereiden op het onderzoek
We adviseren u om nuchter te blijven vanaf 4 uur voor de afgesproken tijd. Indien het onderzoek in de middag plaats vindt mag u een licht ontbijt nuttigen en 4 uur nuchter zijn voor de afgesproken tijd in de middag.
lees meerTijdens het onderzoek
Liggend op de CT-tafel schuiven we u de CT-scan in. We bepalen met de CT-scan de plaats van de punctie, desinfecteren uw huid en verdoven de prikplaats. Vervolgens verwijderen we met een speciale naald een klein stukje weefsel of wat vocht dat we in het laboratorium verder onderzoeken.
lees meerTijdens het onderzoek
Om de exacte plek te bepalen waar de radioloog moet prikken, wordt een CT-scanner gebruikt.
U wordt liggend op de CT-tafel in de CT-scanner geschoven. De radioloog kan zo de plaats van de punctie bepalen. De huid wordt gedesinfecteerd en de prikplaats wordt verdoofd middels plaatselijke verdoving (vergelijkbaar met de verdoving bij de tandarts). Stap voor stap zal met de CT-scanner gekeken worden of de prikplaats juist benaderd wordt.
Wanneer de plaats bereikt is neemt de radioloog meestal een aantal kleine stukjes weefsel uit de long. Het onderzoek duurt ongeveer 1 uur. Ondanks de plaatselijke verdoving kan het zijn dat u wel pijn voelt tijdens de biopsie. Dit varieert heel erg per patiënt en is moeilijk te voorspellen. Sommige mensen merken er vrijwel niets van, anderen voelen enige pijn die wel goed te verdragen is, maar soms is de biopsie pijnlijk. Als u pijn voelt moet u dit aangeven, dan wordt hier rekening mee gehouden.
Na het onderzoek
Na een punctie in uw long moet u 2 uur bedrust houden en maken we mogelijk nog een longfoto ter controle. Er kunnen complicaties optreden.
lees meerNa het onderzoek
Na een punctie van de long wordt u teruggebracht naar de afdeling waar u opgenomen was. U moet verplichte bedrust houden tot 2 uur na de punctie, om het risico op nabloedingen te verkleinen. Een verpleegkundige controleert dan regelmatig uw bloeddruk, hartslag en het door de punctie ontstane wondje. 2 uur na de punctie wordt er een longfoto gemaakt, om zeker te weten dat er geen klaplong is ontstaan. U mag een pijnstiller vragen aan de verpleegkundige (paracetamol). U mag na het onderzoek alleen een lichte maaltijd eten en helder drinken. Nadat de longfoto beoordeeld is, mag het normale dieet weer opgestart worden.
Naar huis
Als u speciaal voor dit onderzoek bent opgenomen en alles goed verloopt, dan kunt u zo spoedig mogelijk weer naar huis. Thuis kunt u na +/- 3 dagen de pleister verwijderen. Het is verstandig om pas de volgende dag te douchen. U wordt geadviseerd om thuis nog 2 dagen rustig aan te doen, maar bedrust is niet noodzakelijk. Als u bent gestopt met het innemen van bloedverdunnende medicijnen, kunt u in overleg met uw behandelend arts weer starten met het innemen hiervan. U kunt een paar dagen een zeurende pijn voelen en de plek kan gevoelig blijven. Als u pijn heeft, kunt u paracetamol nemen. Kijk in de bijsluiter hoeveel en hoe vaak u de pijnstiller mag nemen. Gaat het niet beter? Neem dan contact op met uw behandelend arts.
Uitslag
Uw behandelend arts maakt een afspraak met u om de onderzoeksresultaten te bespreken.
Bijwerkingen/complicaties
Bij een longpunctie is er een kans op een bloeding in de longen en/of er kan er een klaplong ontstaan. Afhankelijk van de ernst en hoe het verloopt, kan het zijn dat we u hiervoor langer moeten opnemen. Mogelijk moet er nog een ingreep plaatsvinden om de bloeding te stoppen of bij een klaplong om de long weer te laten ontplooien.
Na de longpunctie kunt u wat pijn hebben. Neem contact op met de Spoedeisende Hulp (024) 361 41 87 of met uw behandelend arts als u:
- toenemende pijn heeft
- duizelig wordt
- het benauwd krijgt
- pijn heeft bij het ademhalen
- een grote bloeduitstorting krijgt
- zich niet goed voelt
- koorts krijgt
Bij wens tot vliegen op korte termijn dan altijd eerst overleg met de behandelend arts.
Pijnstilling
Wij adviseren u om vooraf pijnstillers in te nemen. Niet elke pijnstiller is geschikt. lees meerPijnstilling
Wij adviseren u om vooraf pijnstillers in te nemen. U neemt deze in 1 uur voordat het onderzoek of de behandeling begint. Neemt u dan 2 tabletten paracetamol 500 mg.Pijnstillers waar Acetylsalicylzuur in zit (zoals in Aspirine) zijn niet toegestaan, evenals ibuprofen, diclofenac of naproxen, omdat deze pijnstillers invloed hebben op de stolling.
Gebruikt u al pijnstilling? Overleg dan met uw behandelaar wat u dan het best kunt doen.
Meer informatie
Afspraak maken
Uw behandelend arts vraagt uw onderzoek of behandeling bij ons aan. U ontvangt van ons een oproep.
Moet uw onderzoek of behandeling binnen 15 weken plaatsvinden, dan ontvangt u de oproep zo snel mogelijk.
Heeft u met uw arts afgesproken dat het (controle-)onderzoek pas over een paar maanden gaat plaatsvinden, dan ontvangt u de oproep ongeveer 15 weken voor het onderzoek, niet eerder.
Het is belangrijk dat u op tijd aanwezig bent, omdat anders het onderzoek niet kan doorgaan. Als u op de afgesproken tijd verhinderd bent, neem dan zo snel mogelijk contact met ons op. Belt u dan tijdens kantooruren van 8.30-17.00 uur met de afdeling Radiologie telefoonnummer (024) 361 45 29. We maken dan, als dat mogelijk is, meteen een nieuwe afspraak.
Naar uw afspraak adres en route
Bezoekadres
Radboudumc hoofdingang
Geert Grooteplein Zuid 10
6525 GA Nijmegen
LET OP:
Meldt u zich 10 minuten voor het afgesproken tijdstip bij de balie van de afdeling Radiologie, route 780. De afdeling is ± 10 minuten lopen vanaf de hoofdingang van het ziekenhuis. U kunt ook gebruik maken van een golfkar.
Als met u is afgesproken dat u voor een onderzoek/behandeling eerst moet worden opgenomen, dan meldt u zich niet bij route 780. Meldt u zich dan bij de verpleegafdeling waar u wordt opgenomen.
Routebeschrijving
Radiologie
Bij Radiologie gebruiken we beeldvormende technieken om ziektes of aandoeningen te onderzoeken. De bekendste technieken zijn röntgenonderzoek, echografie, CT en MRI.
lees meer