Behandeling Systeemtherapie bij blaaskanker

Over Immuuntherapie

Immuuntherapie is een behandeling via het infuus waarbij uw immuunsysteem actiever wordt gemaakt. Uw eigen immuunsysteem kan dan de kankercellen aanvallen en doden. Immuuntherapie helpt de eigen lichaamsafweer om kanker weer als vijand te herkennen en aan te pakken.  

Of immuuntherapie in uw situatie gebruikt kan worden, hangt af van het stadium van uw ziekte en de fase van uw behandeling. Soms krijgen mensen deze behandeling nadat de blaas is verwijderd. Immuuntherapie wordt ook toegepast bij patiënten nadat er al chemotherapie is gegeven en de blaaskanker niet meer te genezen.
De bijwerkingen van immuuntherapie zijn zogeheten auto-immuun verschijnselen. De meest voorkomende bijwerkingen zijn huiduitslag, jeuk, vermoeidheid, diarree, benauwdheid, pijn aan spieren en gewrichten en een te langzaam werkende schildklier. 
 

Over doelgerichte behandeling

Indien er sprake is van uitgezaaide blaaskanker, waarbij chemotherapie en immuuntherapie niet (meer) werkzaam blijken, is er soms de mogelijkheid om te starten met een doelgerichte behandeling. Deze behandeling richt zich op specifieke eigenschappen van de kankercellen om bijvoorbeeld lokaal chemotherapie af te kunnen leveren of bepaalde signalen in de kankercel te blokkeren. Kankercellen worden hiermee afgeremd of gedood.
De bijwerkingen van doelgerichte behandelingen verschillen per soort behandeling.

Wanneer blijkt dat deze behandelingen niet succesvol zijn, dan kunt u soms in aanmerking komen voor deelname aan wetenschappelijk onderzoek naar nieuwe vormen van systeemtherapie. Wilt u meewerken aan zo’n onderzoek? Bespreek het met uw arts.
 

Voorbereiding

Voordat u begint met de behandeling is een aantal voorbereidingen nodig. U krijgt uiteraard een informatiegesprek over de behandeling. Daarnaast controleert de arts uw bloed. Soms krijgt u aanvullende medicijnen als ondersteunende behandeling (bijvoorbeeld anti-misselijkheidsmedicatie). Deze aanvullende medicijnen zorgen er voor dat u minder last heeft van de bijwerkingen van de behandeling.

Bij sommige mensen is het lastig om een infuus te kunnen prikken. Soms wordt er om die reden een perifeer intraveneuze centrale veneuze katheter (PICC-lijn) in de bovenarm aangebracht. Deze lijn blijft voor langere tijd in de bovenarm zitten. Ook kan gekozen worden voor een Porth-à-Cath (PAC), dit is een systeem dat onder de huid aangebracht en deze wordt dan aangeprikt voor het toedienen van de behandeling. Dit inwendige infuussysteem maakt het mogelijk om op een eenvoudige manier regelmatig gedurende langere tijd cytostatica en andere medicijnen en vloeistoffen toe te dienen.

Of u in aanmerking komt voor een PICC-lijn of PAC, en de voor- en nadelen, kunt u met uw medisch oncoloog bespreken.