Over radiotherapie

Radiotherapie behandelt kanker door bestraling. Radiotherapie doodt kankercellen of remt hun groei.

lees meer

Over radiotherapie

Radiotherapie is een behandeling door straling. Meestal spreken we dan ook over ‘bestraling’. Bestraling wordt vaak toegepast bij de behandeling van kanker, met als doel de ziekte te genezen of klachten te verminderen. Bestraling vindt meestal niet in 1 keer plaats, maar verspreid over aan aantal kleine hoeveelheden (fracties).
Het aantal fracties kan van persoon tot persoon erg verschillen. Dit geldt ook voor het aantal keer bestraling per week. Het varieert van één tot meerdere keren per week.

We werken met fracties omdat de meeste kankercellen gevoeliger zijn voor straling, dan gezonde cellen. De gezonde cellen kunnen zich beter herstellen tussen de verschillende bestralingen in, dan de kankercellen. Hierdoor is het mogelijk dat tijdens een aantal bestralingen alle kankercellen worden vernietigd.

De radiotherapeut maakt gebruik van verschillende soorten bestralingstechnieken. De keuze voor een bepaalde techniek is afhankelijk van de aard en plaats van het kankergezwel en ook het aantal bestralingen is verschillend. Soms is één bestraling voldoende, maar meestal doen we een aantal bestralingen (serie). De duur van de serie wordt aan het begin van de behandeling vastgesteld door de radiotherapeut.

Uitwendige bestraling

Het apparaat waarmee we bestralen wordt een ‘lineaire versneller’ genoemd. Dit apparaat maakt röntgenstralen met een hoge energie. Deze röntgenstralen kunnen diep in het weefsel terecht komen. Om te zorgen dat deze straling niet op andere plekken terecht komt, staat de lineaire versneller in een ruimte met dikke betonnen wanden. Bestraling met de lineaire versneller gebeurt van buitenaf, dit noemen we uitwendige bestraling. 

Inwendige bestraling

Naast uitwendige bestraling is soms inwendige bestraling nodig. Dit betekent dat er radioactieve bronnen voor een korte tijd in het lichaam worden gebracht. Deze behandeling kan net als de uitwendige bestraling op de polikliniek plaatsvinden. Het is ook mogelijk dat we u opnemen voor de inwendige bestraling. Als dit nodig is, dan bespreekt de radiotherapeut dit met u.

De radiotherapeut legt nauwkeurig vast waar u bestraald moet worden en welke organen niet bestraald mogen worden. Het zieke gebied moet voldoende straling krijgen. Het gezonde gebied moet zo weinig mogelijk straling krijgen. Het bepalen van het te bestralen gebied gebeurt op een CT-scanner. Hiermee worden röntgenbeelden gemaakt, waarop het doelgebied van de bestraling kan worden aangetekend.

Bestralingsplan

Nadat u door de radiotherapeut bent onderzocht en er eventueel een masker en de CT-scan is gemaakt kunnen we een bestralingsplan maken. Hierbij berekenen we precies hoeveel bestralingsbundels er nodig zijn, vanuit welke richtingen u wordt bestraald en hoe lang de bestraling per keer duurt. Daarbij wordt ook gebruik gemaakt van uw eerdere onderzoeksuitslagen, zoals het röntgen-, CT-, MRI- en/of PET-onderzoek. Het kan enkele dagen duren voor deze fase is afgerond en de bestraling kan beginnen.
 
Het lichaamsgedeelte wat bestraald wordt, moet bloot zijn tijdens de behandeling. Als u van de kleedkamer naar het bestralingstoestel gaat, kan het prettig zijn een omslagdoek om te hebben.


Aandoeningen

Lees hier welke aandoeningen de afdeling Radiotherapie behandelt. lees meer

Huidverzorging tijdens de bestralings­periode

Door de bestraling kan uw huid geïrriteerd raken. Om irritatie van uw huid zoveel mogelijk te beperken is het belangrijk dat u een aantal adviezen opvolgt. lees meer

Huidverzorging tijdens de bestralings­periode

Door de bestraling kan uw huid geïrriteerd raken. Of u wel of geen huidreactie krijgt is van veel verschillende factoren afhankelijk. Huidreactie is een vaak voorkomende bijwerking op de behandeling. Huidreacties kunt u niet voorkomen met voorzorgsmaatregelen.
Hieronder vindt u de belangrijkste adviezen. Indien u vragen heeft kunt u altijd terecht bij uw verpleegkundig consulent op de radiotherapie.

  • Draag makkelijk zittende kleding. Voorkom schurende randen/naden.
  • Het gebruik van milde zeep is toegestaan.
  • U mag normaal douchen en baden.
  • Zwemmen (buiten, chloor) en sauna mag indien de huid geen reactie vertoont.
  • Eigen huidverzorgingsproducten mag u blijven gebruiken, tenzij u irritatie bemerkt.
  • Deodorant (liefst zonder alcohol) is toegestaan.
  • Scheer bij voorkeur elektrisch in het gezicht. Indien nooit wondjes, dan mag het ook met het mes.
  • Lichaamsbeharing in bestraald gebied bij voorkeur niet ontharen.
  • Bij het ontharen niet harsen en geen ontharingscrème gebruiken.
  • Gebruik alleen aftershave voor een gevoelige huid in bestraald gebied.
  • Zorg dat uw huid zo min mogelijk in de zon komt in verband met het risico op hypo- of hyperpigmentatie (huidverkleuringen). Zorg dat u niet verbrandt.
  • Voor advies over zonnebrandcremes zie de adviezen op KWF.nl.
  • Plak geen pleisters in het gebied dat bestraald wordt.
  • Gebruk bij voorkeur geen sterk geparfumeerde producten/haarverf.

Indien een reactie ontstaat van de bestraalde huid, hoeft dit niet altijd pijnlijk te zijn. De huid droog houden is in dat geval een goede optie.

In geval van pijn, jeuk of andere klachten kunt u in overleg met uw verpleegkundig consulent of arts een recept krijgen voor verzachtende crème. Ook kunnen zij u mogelijk andere praktische adviezen geven.

De acute huidreactie ontstaan door bestraling, kan na de behandeling nog toenemen. Zeg het de verpleegkundige als uw huid open gaat na de bestraling.

Gemiddeld duurt het 2-4 weken voordat de huidreactie weer genezen is.


Voorbereiden op de behandeling

U krijgt een gesprek. De radiotherapeut bespreekt met u hoe de bestralingsbehandeling gaat. lees meer

Voorbereiden op de behandeling

Gesprek

Uw behandeling begint met een gesprek. De radiotherapeut bespreekt met u hoe de bestralingsbehandeling gaat, welke bijwerkingen u kunt krijgen en hoe u hiermee om kunt gaan. Als u het prettig vindt, mag u iemand meenemen naar dit gesprek.

CT-scan

Vóór de behandeling bepalen we met een CT-scan de juiste plaats van de bestraling. Hiervoor is een nieuwe CT-scan nodig, omdat u bij deze scan in dezelfde houding moet liggen als waarin u bestraald gaat worden. De CT-scan vindt plaats op de afdeling Radiotherapie. Na de scan zetten we tattoopuntjes op uw huid. Ze zijn nodig om u tijdens de bestraling steeds weer in de juiste positie te kunnen leggen.

Stilliggen

Soms moet een lichaamsdeel dat makkelijk beweegt, bestraald worden. Bijvoorbeeld uw hoofd, armen of been. Dan maken we een masker of middel dat u helpt om stil te liggen. Dat heet fixatiemiddel. Dit middel maken we vast aan de tafel waarop u tijdens de bestraling ligt. Zo weten we zeker dat u elke keer precies hetzelfde ligt.

De bestraling

Een paar dagen na het maken van de CT-scan is het plan van bestraling klaar en begint uw behandeling. lees meer

De bestraling

Een paar dagen na het maken van de CT-scan is het plan van bestraling klaar en begint uw behandeling. U kunt voor de eerste bestraling erg gespannen zijn. Neem iemand mee als u dat wilt. De laborant gaat met u mee naar de ruimte waar u bestraald wordt. Hij helpt u om zo makkelijk mogelijk op de behandeltafel te gaan liggen, zodat u zich zo goed mogelijk kunt ontspannen. Met lichtbundels stelt de laborant het bestralingstoestel goed in op de tattoopuntjes die op uw huid staan of de lijnen op het masker. De bestraling zelf duurt maar een paar minuten. Het instellen van de apparatuur, het uitkleden, de bestraling en het aankleden duurt in totaal ongeveer 10 tot 15 minuten.

Controlefoto’s

Soms maken we controlefoto's tijdens één of meerdere van het bestraalde gebied. Dit doen we om uw bestralingshouding te controleren en zo nodig bij te stellen. Op de controlefoto’s kunnen we het resultaat van de behandeling niet beoordelen.


Na de behandeling

Soms krijgt u een eenmalige bestraling maar de behandeling kan ook uit meerdere bestralingen bestaan. lees meer

Na de behandeling

Meerdere bestralingen

Soms krijgt u een eenmalige bestraling. Maar de behandelingen kan ook uit meerdere bestralingen bestaan. Bestraling krijgt u meestal dagelijks op werkdagen tijdens een paar weken. De afspraken hiervoor plannen we vooraf, zodat u op tijd weet op welke dagen u moet komen.

Controle

De reactie van de kankercellen en de gezonde cellen op de bestraling is bij iedereen anders. Daarom controleren we deze reactie regelmatig, zodat we eventueel de bestralingen kunnen aanpassen. Meestal krijgt u de behandelingen zoals we gepland hebben. Soms is het tijdens de behandeling nodig om uw bloed te controleren. Daarnaast bespreekt de radiotherapeut regelmatig met u hoe het met u gaat. U kunt dan al uw vragen stellen. Bij deze controles letten we vooral op klachten die u na de bestraling heeft. Na enkele weken weten of de bestralingen een succes waren.

Waarom naar het Radboudumc?

Het Radboudumc is gespecialiseerd in het bestralen van kanker in:
  • het hoofd-hals gebied
  • de prostaat
  • de borst
  • de longen
  • de endeldarm

Contact

Afdeling Radiotherapie

Bereikbaar ma-vr 8.00-17.00
(024) 361 45 05

Buiten deze tijden alleen:
spoedeisende klachten WEL gerelateerd aan de bestraling
(024) 3611111
contactformulier

Behandeling Bestralings­masker

Voor uw behandeling bij de afdeling Radiotherapie wordt eventueel een masker gemaakt, dat u tijdens de bestraling over uw hoofd en/of hals krijgt. lees meer

Behandeling Tattoopuntjes

Tijdens de voorbereiding kan het nodig zijn dat we enkele kleine tattoopuntjes op uw lichaam aanbrengen. Deze helpen ons om u bij de bestralingen in de juiste houding te brengen. lees meer

Afdeling Radiotherapie

De afdeling Radiotherapie behandelt kanker door middel van bestraling (radiotherapie). Radiotherapie vernietigt kankercellen of remt deze in hun groei.

lees meer
  • Medewerkers
  • Intranet