Wat is een penisinversie vaginaplastiek?
Vaginaplastiek is een geslachtsbevestigende operatie voor transvrouwen waarbij we een diepte vagina maken. De diepte varieert van 9 tot 13 cm afhankelijk van de anatomie en de beschikbare huid. De meest gebruikte methode hiervoor is penisinversie. Hierbij klappen we de huid van de penis naar binnen en maken daarmee een vagina.
lees meerWat is een penisinversie vaginaplastiek?
Vaginaplastiek is een geslachtsbevestigende operatie voor transvrouwen waarbij we een diepe vagina maken van ongeveer 13 cm. De meest gebruikte methode hiervoor is penisinversie. Hierbij klappen we de huid van de penis naar binnen en maken daarmee een vagina.
Als u een jaar of langer cross-sekse hormonen gebruikt, kunt u in overleg met uw behandelteam kiezen voor geslachtsbevestigende operaties zoals het maken van een vagina. De psycholoog zal deze wens met u bespreken en u doorverwijzen naar de afdeling Plastische chirurgie voor een kennismaking met de plastisch chirurg of physician assistant.
Combinatie met feminisatie
Het is in sommige gevallen mogelijk om de vaginaplastiek te combineren met een feminiserende operatie. Dit is een operatie waarbij we uw gezicht vrouwelijker maken. Het voordeel hiervan is dat u maar 1 herstelperiode heeft. Wanneer u dit wilt, kunt u dit bespreken tijdens uw intake.
Wachttijd
In het Radboudumc is een wachttijd voor transgender operaties.
bekijk informatie over de wachttijdOver de behandeling
Vóór de operatie
Voordat u geopereerd wordt, heeft u een gesprek met de plastisch chirurg of physician assistant. Tijdens dit gesprek bespreken we uw wensen. Ook krijgt u informatie over bekkenbodemfysiotherapie, dingen die u zelf kunt doen voor de operatie en de risico’s en complicaties die bij deze operatie horen. Ook doen we lichamelijk onderzoek.
lees meerVóór de operatie
-
Voordat u geopereerd wordt, heeft u een gesprek met de plastisch chirurg of physician assistant. Tijdens dit gesprek bespreken we uw wensen, krijgt u informatie over de risico’s en complicaties die bij deze operatie horen en doen we lichamelijk onderzoek. Ook geven we uitleg over de Wet op Geneeskundige Behandelovereenkomst (WGBO). Volgens deze wet moet u een formulier ondertekenen. Met dit formulier geeft u aan dat u voldoende en de juiste informatie heeft gehad over de operatie en er goed over heeft nagedacht dat u de operatie wilt.
-
Bij het lichamelijk onderzoek kijken we onder andere naar de lengte van de penis. Als deze lang genoeg is, kunnen we met de huid van de penis de vagina maken. Bij een kortere penis hebben we extra huid nodig. Soms is er huid over van de teelballen, in een ander geval nemen we wat huid weg uit de lies. Dit bespreken we tijdens de afspraak.
Ontharen penis
Wanneer er veel haren op de schacht van de penis zitten moet dit onthaard worden. Van deze huid wordt namelijk de binnenkant van de vagina gemaakt. Tijdens het lichamelijk onderzoek beoordelen we of dit bij u nodig is. Als dit nodig is krijgt u een verwijzing naar het Rijstate ziekenhuis in Arnhem of een Mediderm filiaal bij u in de buurt.
Volgens de nieuwste richtlijnen is het ontharen van de basis van de penis, het scrotum en perineum niet meer nodig.
Bekkenbodemfysiotherapie
Daarnaast verwijzen we u door naar een bekkenbodemfysiotherapeut. Deze leert u controle uit te oefenen over uw bekkenbodem. Dit is belangrijk ná de operatie omdat plassen dan anders gaat. De bekkenbodemfysiotherapeut leert u te ontspannen, zodat u goed uit kunt plassen. Het ontspannen van de bekkenbodemspier is ook van belang tijdens gemeenschap.
Afspraak bij de anesthesioloog
Na het ontharen en de afspraken bij de bekkenbodemfysiotherapeut, melden we u aan voor de operatie en komt u op de wachtlijst. Zodra u aan de beurt bent, krijgt u een uitnodiging voor een pre-operatieve screening van de anesthesioloog. Deze bepaalt welke vorm van verdoving het beste voor u is en neemt met u door of er nog andere voorbereidingen nodig zijn. Daarna plannen we de operatie in.
-
Om de vagina open en diep te houden, moet u de nieuwe vagina na de operatie dilateren en spoelen. Dit moet u uw hele leven volhouden en vraagt veel van u, zeker in het begin. Daarbij is het belangrijk dat u controle heeft over uw bekkenbodemspieren. Deze spieren hebben invloed op het plassen, ontlasten en seksuele activiteit. Daarom leert de bekkenfysiotherapeut u al vóór de operatie hoe deze spieren het beste kunt gebruiken. Ook na de operatie begeleidt de bekkenfysiotherapeut u daarbij.
Wat is de bekkenbodem?
De bekkenbodem bestaat uit spieren en banden die de onderzijde van het bekken afsluiten. In deze spieren bevinden zich openingen voor de plasbuis en de anus.
Ruimte voor vaginaholte
Tijdens de operatie maken we ruimte in de spieren van de bekkenbodem tussen de plasbuis en de anus, zodat we vlak achter de plasbuis de vagina kunnen maken. De vagina komt dus ook in de spieren van de bekkenbodem.
Gespannen bekkenbodemspieren
U kunt uw bekkenbodemspieren zowel bewust als onbewust aanspannen of ontspannen. Wanneer u (onbewust) uw bekkenbodemspieren te veel aanspant of wanneer u ze niet op het juiste moment kunt ontspannen, kunnen de openingen van de plasbuis, vagina en anus vernauwen. Te veel aanspannen of niet goed kunnen ontspannen kan komen door stress, te lang of te vaak plas of ontlasting ophouden, schaamte- of negatieve gevoelens over geslachtsdelen of een negatieve seksuele ervaring.
Een gespannen bekkenbodem kan leiden tot:
- Pijnklachten
- Problemen met plassen en ontlasten
- Problemen met dilateren
- Problemen met seks
Een ontspannen bekkenbodem zorgt juist voor:
- Goede doorbloeding en dat zorgt ervoor dat wonden sneller genezen
- Meer ruimte bij het dilateren
- Beter kunnen uitplassen en een gemakkelijkere stoelgang
Het is dus belangrijk dat u goede controle heeft over uw bekkenbodemspieren. Dit kunt u trainen bij de bekkenfysiotherapeut.
Bekkenfysiotherapie voor en na de operatie
- Voor de operatie: Voor de operatie verwijst de plastisch chirurg of physician assistant u naar de bekkenfysiotherapeut van het Genderteam. Deze gaat na of u voldoende controle heeft over uw bekkenbodemspieren, of u goed kunt plassen en ontlasten en of u problemen heeft met seksuele activiteiten. Als het nodig is, krijgt u een vervolgbehandeling om uw bekkenbodemspieren te trainen.
- Na de operatie: Bij de eerste controleafspraak na de operatie neemt u de dilatatieset mee. Onder begeleiding van de bekkenfysiotherapeut oefent u het dilateren. Ook als u na de operatie problemen krijgt met dilateren, plassen of ontlasten, kunt u een vervolgbehandeling krijgen van de bekkenfysiotherapeut.
Spannend
Het kan spannend zijn om te oefenen met en te praten over dit intieme gebied. De bekkenfysiotherapeut weet dit en helpt u zo goed mogelijk om u veilig te voelen. U krijgt de tijd om dat vertrouwen te ervaren. De behandeling werkt het beste als u bereid bent om naar de informatie en adviezen te luisteren. -
Tijdens de operatie worden uw teelballen (testikels) verwijderd. Hierdoor kan uw libido (behoefte aan seksualisteit) verminderen. Ook wordt u onvruchtbaar. Voordat we u aanmelden voor de operatie, informeren we u over de mogelijkheden om uw vruchtbaarheid te behouden.
-
Voordat we u aanmelden voor de operatie bespreken we uw traject met het hele genderteam. We vinden het belangrijk dat alle zorgverleners die bij uw transitie betrokken zijn ermee instemmen dat deze operatie de juiste stap voor u is. Als iedereen akkoord is, het ontharen voldoende is en u bent bij de bekkenfysiotherapeut geweest, melden we u aan voor de operatie en komt u op de wachtlijst. Zodra u aan de beurt bent, krijgt u een uitnodiging voor een pre-operatieve screening van de anesthesioloog. Deze bepaalt welke vorm van verdoving het beste voor u is en neemt met u door of er nog andere voorbereidingen nodig zijn. Daarna plannen we de operatie in.
-
- Zorg voor een BMI tussen de 18 en 30, dan is de kans op complicaties door de operatie kleiner.
- Stop minstens 6 weken vóór de operatie met roken en houd dit tot 6 weken na de operatie vol. Nicotine vernauwt de bloedvaten waardoor er zich problemen kunnen voordoen bij het genezen van de operatiewonden. Als u nog rookt wanneer u wordt opgeroepen voor de operatie, is dit voor ons een reden om de operatie af te zeggen. Bij twijfel doen wij een rooktest.
- Bestel vóór de operatie een dilatatieset en neem deze mee als u opgenomen wordt.
- U bepaalt zelf welke dilatatieset u bestelt. Als u wilt kunnen we hierbij adviseren.
- Om soepel te kunnen dilateren heeft u glijmiddel nodig. Wij adviseren een siliconenvrij en geurloos product, bijvoorbeeld amandelolie of glijmiddel op waterbasis (zoals K-Y gel).
- Het is handig om een spiegel te kopen die u tussen uw benen kunt zetten, zodat u goed kunt zien hoe u moet dilateren.
- Koop vóór de operatie een vaginale douche, paracetamol en maandverband.
-
U kunt gewoon doorgaan met het gebruik van uw hormonen. Ook de dosering hoeft u niet aan te passen. Na de operatie stopt u met de testosteronremmer. Ongeveer drie maanden na de operatie worden uw hormoonspiegels gecontroleerd door de endocrinoloog (hormoonarts).
-
- Vóórdat u opgenomen wordt, krijgt u een recept voor een microlax klysma. Dit kunt u ophalen bij uw apotheek en de avond vóór de operatie gebruiken om ervoor te zorgen dat het laatste deel van uw darmen leeg is.
- Tot 8 uur voor de operatie mag u normaal eten. Tot 2 uur voor de operatie mag u nog waterige vloeistoffen drinken: water, koffie en thee (zonder melk, maar suiker mag wel), sap zonder pulp en aanmaaklimonade of frisdrank.
- Op de dag van de opname en operatie wordt u opgenomen op de verpleegafdeling van Plastisch chirurgie. Op deze verpleegafdeling zijn 1 vierpersoonskamer, 1 tweepersoonskamer en meerdere éénpersoonskamers. In de meeste gevallen komt u op een meerpersoonskamer. Nadat u bent opgenomen wordt er nog bloed afgenomen.
- De verpleegkundige brengt u naar de operatiekamers (OK). De operatie duurt 2,5 tot 3 uur. Na de operatie blijft u nog zeker 5 dagen in het ziekenhuis en komt er elke dag een arts controleren hoe het met uw herstel gaat.
Tijdens de operatie
Tijdens de operatie wordt de huid van de penis naar binnen gedraaid om zo de binnenwand van de vagina te maken. We verwijderen de testikels en gebruiken een deel van de eikel voor de reconstructie van een clitoris.
lees meerTijdens de operatie
Tijdens de operatie wordt de huid van de penis naar binnen gedraaid om zo de binnenwand van de vagina te maken. We verwijderen de testikels en gebruiken een deel van de eikel voor de reconstructie van een clitoris. Als bij deze ingreep de vagina niet lang of ruim genoeg wordt, omdat er een tekort aan huid van de penis is, zijn er nog andere opties mogelijk. De plastisch chirurg bespreekt tijdens een poliklinische consult uitgebreid de penisinversie vaginaplastiek en alternatieve technieken met u.
Eerst verwijderen we de zaadballen.
We vormen de eikel om tot een clitoris. De plasbuis korten we in en we maken een nieuwe plasbuisopening.
We maken een holte tussen het rectum en de prostaat voor de nieuwe vagina.
De huid van de penis wordt naar binnen geplaatst en vormt de 'bekleding' van de nieuwe vagina.
Na de operatie
Na de operatie komt de plastisch chirurg bij u langs om te vertellen hoe de operatie is gegaan. De verpleegkundigen houden in de gaten hoe het met u gaat. Zij vragen of u pijn heeft en geven u medicatie hiervoor. Geef gerust aan als u ondanks de medicatie nog veel pijn heeft. lees meerNa de operatie
Na de operatie komt de plastisch chirurg bij u langs om te vertellen hoe de operatie is gegaan. De verpleegkundigen houden in de gaten hoe het met u gaat. Zij vragen of u pijn heeft en geven u medicatie hiervoor. Geef gerust aan als u ondanks de medicatie nog veel pijn heeft.
-
Het is belangrijk om goed te drinken na de operatie om verstopping van de darmen te voorkomen. Zeker in combinatie met het gebruik van pijnstillers. Als de ontlasting niet goed op gang komt, krijgt u hier medicijnen voor.
-
Na de operatie heeft u een urinewegkatheter en een vaginaal tampon. Deze blijven zitten tot en met de 5e dag na de operatie. Ook plakken we een drukverband rond het operatiegebied na de operatie. Dit verband geeft druk op het operatiegebied waardoor het minder opzwelt en het sneller geneest. Het drukverband blijft 2 tot 3 dagen zitten.
-
De eerste dag na de operatie mag u rusten op bed, de dagen daarna gaat u stap voor stap wat meer bewegen. U mag zowel op uw rug als zij liggen. Op uw zij is het handig om een kussen tussen de knieën te leggen.
-
Op dag 5 verwijdert de arts of physician assistant de katheter en de tampon en gaat u samen voor de eerste keer dilateren. U krijgt instructies over hoe u dit thuis moet doen.
-
Als het dilateren goed gaat en u 2x goed spontaan heeft geplast nadat de katheter eruit is, mag u op de 5e dag na de operatie naar huis. U krijgt een flesje Betadine, 2 blaasspuiten en 2 spoelkatheters mee naar huis om de nieuwe vagina mee te spoelen. U kunt deze spuiten en katheters meerdere keren gebruiken door ze tussendoor te reinigen met water. Wanneer u wilt, kunt u overstappen op een vaginale douche voor het spoelen. Deze kunt u bij de drogist kopen.
-
Als u weer thuis bent en u heeft vragen heeft die te maken hebben met uw operatie, kunt u contact opnemen via:
- Polikliniek Plastische Chirurgie (overdag)
- (024) 361 11 11 (’s avonds en in het weekend)
Dit is het algemene nummer van het Radboudumc. De telefonist kan u doorverbinden met de physician assistant of dienstdoende plastisch chirurg. - Een vraag stellen via mijnRadboud.
-
Na de operatie komt u drie keer terug op de poli voor controle: 2 weken na de operatie en 3 en 6 maanden erna. Bij de controle na 3 maanden maakt de medisch fotograaf een foto van de vagina om het resultaat van de operatie vast te leggen in uw medisch dossier.
Complicaties
Tijdens of na de operatie kunnen er onbedoelde medische problemen (complicaties) ontstaan. Het verschilt per persoon hoe groot de kans op complicaties is. Ook kan het te maken hebben met uw gezondheid vóór de operatie.
lees meerComplicaties
-
Na de operatie kunt u pijn hebben. Paracetamol helpt vaak goed. Maar pijnstillers helpen niet tegen de pijn rondom de clitoris. Dit is namelijk zenuwpijn en deze begint ongeveer een maand na de operatie en duurt ongeveer 3 maanden.
-
Als u een bloeding heeft, gebeurt dit meestal meteen na de operatie. Als het een ernstige bloeding is, moet u soms nog een keer geopereerd worden om de bloeding te stoppen.
-
Er kan een gaatje ontstaan in uw endeldarm. Als we dit tijdens de operatie merken, doen we hier meteen iets aan. Als we het na de operatie ontdekken, kijken we wat dan de beste oplossing is. Een klein gaatje geneest meestal vanzelf. Maar als u lange tijd last heeft van het gaatje in de endeldarm, moet u nog een operatie ondergaan.
-
Als huid niet goed doorbloed wordt, sterft het af. Dit gebeurt soms bij de binnenste schaamlippen. Als dit tijdens de operatie al zichtbaar wordt, verbeteren we de doorbloeding meteen. Als het pas na de operatie zichtbaar is, valt het afgestorven weefsel er vanzelf af en herstelt het lichaam rondom die plek meestal vanzelf. Maar soms is toch nog een hersteloperatie nodig. Rokers hebben meer kans op deze complicatie.
-
Wonden kunnen open gaan na de operatie. Bijvoorbeeld als hechtingen te vroeg loslaten of oplossen. Opnieuw hechten is niet mogelijk. Verzorg de wond daarom goed. Uw lichaam herstelt dit vanzelf.
-
Hoewel er schoon (steriel) wordt gewerkt, is er altijd een kans dat er bacteriën in de operatiewond komen. Ook thuis kan dit gebeuren. Daarom is het belangrijk dat u de wonden goed verzorgt. Als de huid rond de wond warm en rood wordt, als er viezigheid uit de wond komt of als u koorts krijgt, heeft u mogelijk een wondinfectie. Neem dan contact op met de polikliniek Plastisch Chirurgie.
-
Na de operatie kan wild vlees ontstaan rondom de wond. Dit komt vaak voor. Het is niet gevaarlijk, maar u kunt door het wild vlees, wel vocht of bloed verliezen uit de wond. Dit kan onaangenaam ruiken en pijn doen. We kunnen dit eenvoudig behandelen en letten hierop tijdens de controles.
-
Nadat we de katheter verwijderd hebben, kan het plassen moeilijk gaan. U krijgt dan tijdelijk een nieuwe katheter.
-
Een aantal weken of maanden na de operatie kan de uitgang van de plasbuis smaller worden (vernauwde plasbuis). Daardoor kan plassen moeilijk gaan: de straal wordt slapper en u moet harder persen. Een vernauwde plasbuis behandelen we door deze een aantal weken of maanden regelmatig op te rekken. Soms is ook een operatie nodig.
-
Het is niet zeker of u gevoel in de vagina en clitoris zult hebben en of u een orgasme kunt krijgen.
Adviezen en leefregels na de operatie
Wondgenezing
- Wanneer u na de operatie naar huis gaat, heeft u nog hechtingen. Deze lossen binnen enkele weken tot maanden vanzelf op.
- Tijdens het dilateren kunnen hechtingen soms loslaten en kan de wond wat open gaan staan. Dit komt doordat dit gebied vaak vochtig is en onder spanning staat. De wonden die ontstaan, groeien binnen enkele weken vanzelf dicht. Het is belangrijk om uw wonden goed te verzorgen. Spoel het wondgebied 2 maal per dag met een lauwe douche schoon. Tijdens de wondgenezing worden er eiwitten aangemaakt. Dit geeft een geel laagje op de wonden. Dit is geen pus, maar bevordert het genezen van de wond. Probeer dit dus niet weg te spoelen.
- Zolang u wonden heeft, lekt er wondvocht met soms wat (oud) bloed. Dit stopt vanzelf, zodra de wonden zijn genezen. U kunt een maandverband dragen om dit op te vangen. Verwissel dit verband regelmatig. Als het kan, laat dan het wondgebied aan de lucht drogen.
- Er kunnen kleine stukjes huid van de schaamlippen en/of vagina afsterven. Dit kan een onaangename geur geven. Het lichaam stoot de dode huidcellen af, waarna wonden ontstaan die genezen. Houd het gebied goed schoon. Als de hoeveelheid van het afgestoten weefsel niet toeneemt en/of u geen koorts erbij krijgt, hoeft u hiervoor niet extra naar de poli te komen.
- Ook als er wonden zijn ontstaan, is het belangrijk dat u in beweging blijft en doorgaat met dilateren.
- Kies stevige banken en stoelen uit om op te gaan zitten, dit bevordert het herstel. Het gaan zitten is vaak even gevoelig, maar dit trekt daarna weg. Let erop dat u goed op beide zitbotjes gaat zitten.
- Het is normaal om af en toe een stekende pijn te voelen in het wondgebied, met name rondom de clitoris. Dit is een teken van herstel en ook dat de zenuw het nog doet. Dit kan zeker tot enkele maanden na de operatie voorkomen.
Activiteiten
- Vanaf het moment dat u thuis bent, raden we aan om elke dag een klein stukje te wandelen en dit langzaam uit te breiden.
- Een week na de operatie mag u weer lichte huishoudelijke activiteiten oppakken. Maar vermijd zwaar tillen en intensieve huishoudelijke taken tijdens de eerste 4 tot 6 weken.
- Zolang u open wonden heeft mag u niet zwemmen, in bad of naar de sauna.
- Fietsen is de eerste weken onprettig. U voelt zelf aan wanneer dit weer kan.
- We raden af om in de eerste maanden seks te hebben, omdat de wond tijd nodig heeft om te genezen. Dit geldt ook als u geen pijn voelt. Het is belangrijk om eerst zelf uw veranderde lichaam te ontdekken en zelf een orgasme proberen te krijgen, voordat u iemand anders toelaat.
Spoelen en dilateren
-
Op de 5e dag na de operatie start u samen met de arts of physician assistant in het ziekenhuis met dilateren en spoelen van de vagina.
-
Spoelen na dilateren
Dilateren
Week 1-6
2x per dag
Eerste 12 maanden 2x per dag 30 minuten.
Week 7-8
1x per dag
Daarna afbouwen naar onderhoudsfrequentie (voor iedereen verschillend)
Week 9-10
1x per 2 dagen
Week 11-12
1x per 3 dagen
Week 13-14
1x per 4 dagen
Week 15-16
1x per 5 dagen
Na week 16
1x per 1 a 2 weken
-
Maak er een dagelijkse routine van en blijf positief
Het eerste jaar moet u de nieuwe vagina 2 keer per dag dilateren om hem open te houden. Daarna moet u dit de rest van uw leven onderhouden. Hoe vaak het dan nodig is, verschilt per persoon. Sommige mensen zien hier tegenop. We adviseren daarom om dilateren te zien als een dagelijkse routine, zoals tandenpoetsen. U doet het voor een goed resultaat. Het dilateren gaat gemakkelijker als u zich ontspant. Probeer reëel te zijn in uw verwachtingen en gun uzelf de tijd voor een optimaal herstel.
Ontspannen omgeving
Zorg voor een comfortabele, ontspannen omgeving met een prettige temperatuur waar u niet gestoord wordt. Leg alle materialen die u nodig heeft van tevoren klaar.
Checklist voor tijdens het dilateren
- Dilatatieset
- Glijmiddel op waterbasis of amandelolie
- Kussens om uw benen te ondersteunen tijdens het dilateren.
- Spiegel zodat u kunt zien hoe u moet dilateren
- Paracetamol
- Desinfecterende handzeep
- Handdoeken
Tijd
Neem voldoende tijd om te dilateren, een half uur per keer.
Naar het toilet
Ga vóór het dilateren naar het toilet. Het dilateren gaat namelijk gemakkelijker als uw blaas en darm leeg zijn, omdat u dan beter kunt ontspannen.
Houding tijdens het dilateren
- Ga op uw rug liggen met kussens onder uw hoofd en schouders, zodat u eigenlijk half zit.
- Het is belangrijk dat uw hoofd kan rusten tegen de kussens. Als uw hoofd is opgetild, zijn uw buikspieren aangespannen en kunt u uw bekkenbodemspier niet goed ontspannen.
- Til uw bekken op van het bed, kantel het door uw buik- en bilspieren aan te spannen, leg het bekken weer neer en ontspan. U zult merken dat uw onderrug nu vlakker op het bed ligt.
- Trek uw benen iets op en laat ze rustig naar buiten vallen. Leg eventueel kussens of een opgerold badlaken aan de buitenzijde van uw knieën waar uw benen ontspannen op kunnen rusten.
- Plaats een spiegel tussen uw benen ter hoogte van de knieën. Adem vervolgens eerst een aantal keer rustig diep in door de neus en uit door de mond.
-
Nadat u naar het toilet geweest bent en alle benodigdheden bij de hand heeft, gaat u in de juiste houding liggen. Ontspan en breng met uw vinger wat glijmiddel aan rondom de vaginaopening.
- Ga met uw aandacht naar uw ademhaling. Haal rustig adem vanuit de buik, zodat uw bekkenbodemspieren ontspannen.
- Smeer de dilatator-maat waarmee u start in met glijmiddel of amandelolie. Plaats de dilatator schuin tegen de ingang van de vagina. Laat uw hoofd op het kussen rusten en haal diep adem.
- Duw de dilatator zachtjes naar binnen en draai hem daarbij een stukje linksom en rechtsom. Als het moeizaam gaat, probeer dan bewust uw bekkenbodemspieren te ontspannen. Als het daarna nog steeds moeizaam gaat, kunt u kort licht persen. Dat geeft iets meer ruimte. Maar let op: pers niet hard of lang, want dan werkt het juist niet.
- Als u ergens spanning voelt, probeer deze spanning dan los te laten voordat u verder gaat. Adem weer een paar keer rustig en diep in en uit, en probeer bij iedere inademing wat dieper te komen.
- Gaat het dilateren makkelijk? Verwijder dan de dilatator na een paar minuten en breng een grotere maat in. Volg dezelfde stappen totdat er voor uw gevoel geen grotere maat meer past. Blijf vervolgens drukken op de dilatator en breng hem zo diep mogelijk in. In totaal dilateert u 30 minuten per keer.
-
Spoel de vagina na het dilateren goed schoon, zodat er geen glijmiddel achterblijft. Tijdens uw ziekenhuisverblijf leren we u hoe u dit kunt doen.
Aan de buitenkant spoelen (wond spoelen)
Zolang de operatiewonden nog niet zijn genezen, spoelt u het gebied rondom de vagina 2 keer per dag met de douchekop. Als u wilt, kunt u ook na elk toiletbezoek aan de buitenkant spoelen. Dep na het spoelen het gebied droog met een schone handdoek.Aan de binnenkant spoelen (vagina spoelen)
- Niet spoelen: als u amandelolie als glijmiddel gebruikt bij het dilateren, hoeft u na het dilateren niet uit te spoelen. Wel moet u het normale spoelschema aanhouden.
- Wel spoelen: als u glijmiddel op waterbasis gebruikt bij het dilateren moet u wel uitspoelen. Op de dagen dat u volgens het spoelschema toch al moet spoelen,
hoeft u dit alleen na het dilateren te doen. U hoeft dan niet extra te spoelen. - Spoelen met betadine: direct na de operatie spoelt u met een Betadine-oplossing. Hiervoor mengt u 2 druppels Betadine met 100 ml kraanwater. Daarna vult u de spuit met de Betadine-oplossing en draait u de katheter op de spuit. Breng de katheter zo diep mogelijk in de vagina en druk de spuit leeg. Herhaal dit totdat het water schoon (helder) terugkomt. U kunt dit staand of liggend doen.
Zodra de Betadine op is (na 3-4 weken), kunt u doorgaan met spoelen met kraanwater. In het schema vindt u hoe vaak u moet spoelen.
-
- Moeite met dilateren. Sommige mensen vinden het dilateren lastig of hebben (veel) pijn tijdens het dilateren. Het is belangrijk dat u het wel blijft doen: u kunt beter met een kleinere maat dilateren, dan helemaal niet.
- Afspraak. Blijft het dilateren moeilijk ondanks alle tips, neem dan contact met ons op. We kunnen een afspraak bij de bekkenfysiotherapeut of physician assistant voor u maken om u te helpen met adviezen en instructies.
- Bloed tijdens het dilateren. De eerste weken na de operatie kan er bloed vrijkomen bij het dilateren. U kunt dan toch doorgaan met dilateren, ook als er nog wonden aan de buitenkant van de vagina ontstaan. Druk dan niet zo hard dat het bloeden erger wordt.
-
Maak de dilatatieset na afloop goed schoon met water en desinfecterende zeep. Spoel alle delen goed af en maak ze droog met een schone handdoek of keukenpapier.
Ontlasten
Het is nooit goed om te persen maar zeker niet de eerste weken na de operatie, omdat u daarmee druk uitoefent op de operatiewond. Daarom is het belangrijk om de ontlasting soepel te houden: drink voldoende (minimaal 1,5 liter per dag) en zorg dat u vezelrijk eet. Als dit onvoldoende helpt, kunt u via de huisarts een recept voor extra vezels krijgen. Het kan prettig zijn om tijdens ontlasten met een schone, droge washand enige tegendruk te geven tegen de schaamlippen. De volgende tips kunnen helpen:
- Zorg dat uw voeten plat op de grond staan als u op het toilet zit.
- Zit met een bolle onderrug. Als dit niet lukt omdat u een verhoogd toilet hebt, plaats dan een klein krukje onder de voeten.
- Probeer zo min mogelijk te persen. Komt de ontlasting moeilijk, adem dan een paar keer diep in en uit terwijl u de rug afwisselend hol en bol maakt en blijf vervolgens weer rustig zitten met een bolle onderrug.
- Neem de tijd om de darmen rustig te legen.
- Veeg de billen altijd achterlangs af, veeg vanaf de anus omhoog naar de rugzijde.
Plassen
De plasstraal kan in het begin sproeiend zijn en/of wat meer naar voren gericht. Dit verbetert wanneer het operatiegebied genezen is en de zwellingen afnemen.
Soms kost het moeite om het plassen op gang te krijgen of lukt het niet om goed uit te plassen. De volgende tips kunnen helpen:
- Ga altijd op het toilet zitten in plaats van erboven te hangen.
- Zorg dat de voeten plat op de grond staan.
- Ga rechtop zitten met het bekken iets voorover gekanteld (holle onderrug).
- Ontspan de buik- en de bekkenbodemspieren: adem rustig diep in en blaas de lucht door getuite lippen rustig naar buiten (of probeer fluitend uit te blazen).
- Laat eventueel een kraan lopen. Bij veel mensen denkt het lichaam dat het moet plassen als zij water horen stromen.
- Probeer niet te persen. Door hard te persen, drukt u de plasbuis juist meer dicht.
- Neem de tijd om goed uit te plassen.
- Schommel na het plassen de blaas goed leeg door het bekken een paar keer voor- en achterover te kantelen (onderrug hol en bol maken).
- Als plassen pijnlijk is doordat de urine langs de wonden loopt, giet dan tijdens het plassen water langs de vagina.
Meer informatie
Radboudumc Expertisecentrum voor Geslacht & Gender
Het Radboudumc Expertisecentrum Geslacht & Gender houdt zich bezig met stoornissen/variaties van de geslachtelijke en/of geslachtschromosomale differentiatie.
lees meerAfdeling Plastische Chirurgie
De afdeling Plastische Chirurgie houdt zich bezig met herstel van vorm en functie van een lichaamsdeel. Het gaat om correctie van aangeboren of verkregen afwijkingen en verminkingen of gebreken.
lees meer