Behandeling Laseren van uw oog

Bij netvlies-aandoeningen

We zetten laserbehandelingen bij verschillende netvliesaandoeningen in.

Scheurtjes in het netvlies

Het netvlies vormt de binnenbekleding van het oog. Het vangt de beelden van de buitenwereld op. Als er gaatjes of scheurtjes in het netvlies zitten die niet te groot zijn en het netvlies nog niet of nauwelijks is losgelaten, dan kunnen we dit behandelen met de laser. Door de laser ontstaat littekenvorming rond het scheurtje, waardoor het netvlies aan de lagen eronder vastgehecht. Zo voorkomen we dat het netvlies (verder) loslaat. Tijdens de behandeling kunt u pijnlijke steken in en achter het oog voelen.

Het is belangrijk dat u in de dagen na de behandeling in de gaten houdt of uw oogklachten niet erger worden. Als u merkt dat u meer lichtflitsen ziet, er plotseling veel bewegende vlekjes verschijnen, of er ergens in beeld een donkere balk verschijnt, kan dit betekenen dat er alsnog een netvliesloslating ontstaat. U moet dan telefonisch contact opnemen om het netvlies binnen 1 dag te laten controleren.

Suikerziekte in het oog (diabetische retinopathie)

Het netvlies vormt de binnenbekleding van het oog en vangt de beelden van de buitenwereld op. Door suikerziekte (diabetes mellitus) kunnen er beschadigingen optreden van de kleine bloedvaten van het netvlies. Deze netvliesbeschadiging noemen we diabetische retinopathie. Als deze bloedvaten beschadigd zijn, kan dat een aantal problemen geven.

• Door de slechte vaten kunnen er gebieden in het netvlies ontstaan die te weinig zuurstof krijgen. Het netvlies gaat dan zelf vaatjes aanmaken. Deze nieuwgevormde vaatjes hebben dunne vaatwanden en kunnen bloedingen veroorzaken. Dit kan uiteindelijk tot blindheid leiden. Met laserbehandeling schakelen we delen van het zuurstofarme netvlies uit. Dit geeft een beter evenwicht in de zuurstofvoorziening van het netvlies en voorkomt of vermindert de vorming van nieuwe vaatjes.
• De nieuwe vaatjes kunnen gaan lekken. Hierdoor kunnen vochtophoping en/of neerslagen van vetten en eiwitten in het netvlies ontstaan. Omdat deze lekkende vaatjes vaak in de buurt van de macula (het gedeelte waarmee u scherp ziet) zitten, kan de gezichtsscherpte minder worden. Met een laserbehandeling kunnen we deze lekkage verminderen en zo het scherpe zien stabiliseren of soms verbeteren.

De oogarts kan bij diabetische retinopathie al in een vroeg stadium afwijkingen in uw netvlies zien. Al voor u zelf klachten heeft. Met de laser kunnen we de beschadiging van het netvlies vertragen of stoppen. Hiermee behouden we het gezichtsvermogen, of vertragen we de achteruitgang.

Tijdens de behandeling ziet u felle lichtflitsen en kunt u een prikkende pijn voelen die naar het achterhoofd doortrekt. Bij sommige patiënten is de laserbehandeling erg pijnlijk. U kunt dan samen met de oogarts kiezen voor een verdovende injectie bij het oog. Afhankelijk van de aard van de afwijkingen zijn één of meerdere laserbehandelingen nodig. Omdat de suikerziekte zelf niet te genezen is, is onder permanente controle bij de oogarts nodig. Ook kan blijken dat u in de toekomst aanvullende laserbehandelingen nodig hebt. Het is belangrijk dat de suiker goed is ingesteld, u geen overgewicht heeft en dat de bloeddruk en het cholesterolgehalte goed zijn ingesteld. Door dit goed te reguleren, kan een laserbehandelingen van het oog helemaal niet meer nodig zijn. 

Overige (vaat)aandoeningen van het netvlies

Ook bij andere afwijkingen in het oog kan er schade aan de vaten van het netvlies zijn. Zowel een zuurstofarm netvlies als lekkende vaatjes in of vlakbij de macula (gele vlek) kunnen we met laser behandelen.



U opent de flacon door het ‘dopje’ in een draaibeweging af te breken. U houdt uw hoofd achterover en trekt het onderooglid een beetje naar beneden. In het ontstane zakje laat u een druppel vallen. Als u twijfelt of er een druppel in het oog is gevallen, druppelt u nogmaals. Beter 2 druppels dan géén druppels. Het te veel aan vocht kunt u met een schoene tissue of zakdoek afdeppen. Let op: wij adviseren u dringend niet zelf auto te rijden na gebruik van deze druppels.

Bij hoge oogdruk

Hoge oogdruk kan leiden tot een toenemende, blijvende beschadiging van de oogzenuw (glaucoom). Dit veroorzaakt verkleining van het gezichtsveld en leidt uiteindelijk tot blindheid. Een te hoge oogdruk komt door een verstoring in de afvoer van het kamerwater (oogvocht). Het kamerwater wordt aangemaakt door het corpus ciliare en afgevoerd via de kamerhoek en het trabekelsysteem. Een verhoogde oogdruk kan verschillende oorzaken hebben:

• Open kamerhoek glaucoom. Bij open kamerhoek glaucoom ziet de kamerhoek er normaal uit, maar werkt het trabekelsysteem onvoldoende. Hierdoor ontstaat een verhoogde oogdruk en uiteindelijk glaucoom. Het trabekelsysteem kan worden gelaserd, waardoor de afvoer van het oogvocht wordt verbeterd met als doel de oogdruk te verlagen. Het is vrijwel pijnloos. Zowel op de dag van de behandeling als ook daarna dient u oogdrukverlagende druppels en/of tabletten te gebruiken. Er worden oogdruppels voorgeschreven om de kans op ontsteking te voorkomen. Het resultaat van deze behandeling laat vier tot zes weken op zich wachten.
• Gesloten kamerhoek glaucoom. Bij deze vorm van glaucoom sluit de iris de kamerhoek af  waardoor het oogvocht niet kan worden afgevoerd en de oogdruk zal stijgen. Met een laserbehandeling kan een kleine opening in de iris gemaakt worden. Deze behandeling kan kortdurend pijnlijk zijn. Het resultaat is meestal binnen enkele uren meetbaar. Na de ingreep krijgt u druppels en/of tabletten voorgeschreven om de oogdruk te verminderen en de kans op een ontsteking te voorkomen.
• Bij ernstige vormen van glaucoom, niet reagerend op andere glaucoombehandelingen, kan men besluiten om de aanmaak van oogvocht te verminderen. Oogvocht wordt aangemaakt in het corpus ciliare. Met een laserbehandeling kan een deel van het corpus ciliare worden  uitgeschakeld waardoor de aanmaak van oogvocht wordt verminderd en de oogdruk zal dalen. Bij deze behandeling wordt het oog verdoofd met een injectie bij het oog. Na deze ingreep krijgt u oogdruppels voorgeschreven en pijnstillende medicijnen. Voor deze laserbehandeling hoeft u van te voren thuis NIET te druppelen. Deze behandeling is erg pijnlijk; de oogarts zal vooraf met u de noodzakelijke pijnstillende medicatie gedurende enkele dagen bespreken.

Bij nastaar

Bij een staaroperatie verwijderen we de lens uit het lenskapsel en plaatsen we een kunstlens terug. Dit lenskapsel is helder, maar het achterste deel kan na enige tijd troebel worden. Hierdoor vermindert de gezichtsscherpte opnieuw langzaam. We noemen deze vertroebeling van het lenskapsel ‘nastaar’.

Laserbehandeling

Met de laser maken we een opening in de nastaar. Deze behandeling is pijnloos. Na enkele uren, als uw pupil weer de normale grootte heeft, ziet u met het behandelde oog waarschijnlijk al scherper dan voor de behandeling. Soms duurt het herstel nog wat langer. Na de ingreep moet u uw ogen druppelen.



U opent de flacon door het ‘dopje’ in een draaibeweging af te breken. U houdt uw hoofd achterover en trekt het onderooglid een beetje naar beneden. In het ontstane zakje laat u een druppel vallen. Als u twijfelt of er een druppel in het oog is gevallen, druppelt u nogmaals. Beter 2 druppels dan géén druppels. Het te veel aan vocht kunt u met een schoene tissue of zakdoek afdeppen. Let op: wij adviseren u dringend niet zelf auto te rijden na gebruik van deze druppels.

Na de behandeling

Direct na de behandeling ziet u tijdelijk minder scherp. Dit komt door de lichtflitsen en oogdruppels. Soms brengen we een oogverband met oogzalf aan. De totale verblijfsduur op de polikliniek is 1 tot 1,5 uur. Omdat u na de behandeling minder ziet, raden wij zelf autorijden af. Ook als u met het openbaar vervoer of de taxi reist, is begeleiding verstandig.

Als u pijn heeft, kunt u 500 mg paracetamol nemen. Heeft u langer dan 3 uur na de behandeling nog een stekende pijn in of rond het oog, of helpt de paracetamol niet genoeg? Neem dan telefonisch contact op met de polikliniek.