Verzorging van de implantaten

Als u uw implantaten goed verzorgt, voorkomt uw problemen. Let vooral op:
  • Ontsteking van tandvlees en bot rondom uw kaken. Dit is voornamelijk bij rokers het geval. Voorkom zo’n ontsteking door een goede mondhygiëne.
  • Overbelasting van de implantaten. Om dit te voorkomen, komt u regelmatig op controle. Als u een klikgebit heeft, draagt u de onderprothese niet tijdens. Bij voorkeur de bovenprothese ook niet. 
Om het tandvlees en het bot rondom uw implantaten gezond te houden, is een goede mondhygiëne noodzakelijk. Tandplak en tandsteen kunnen het tandvlees irriteren waardoor het ontstoken raakt en makkelijk gaat bloeden. Als het tandvlees rondom implantaten niet meer goed aansluit, kunnen bacteriën binnendringen
met botafbraak tot gevolg. Hierdoor gaan de implantaten los staan en moeten dan zelfs verwijderd worden. Voorkom dit door het opvolgen van onderstaande adviezen.

Niet roken

Rokers zijn vatbaarder voor ontstekingen van tandvlees en bot. Wij adviseren dan ook om niet te roken.

Hygiëne

Bezoek regelmatig een mondhygiënist.

Spoelen

Spoel uw mond na het plaatsen van de implantaten gedurende 3 dagen, 2 keer per dag met spoelmiddel. Na het spoelen mag u een half uur niet eten, drinken of naspoelen met water. Na 3 dagen spoelen begint u met poetsen. Als u geen eigen tanden meer heeft, is het verstandig één keer per week uw mond gedurende 1 minuut met onverdunde keukenazijn te spoelen. Dit voorkomt grotendeels de vorming van tandsteen.

Poetsen

Als u niet of onvoldoende poetst blijft tandplak aanwezig op en rond het  implantaat. Tandplak is een wit-gele aanslag die voornamelijk bestaat uit bacteriën. Tandplak irriteert het tandvlees, waardoor het ontstoken raakt. U kunt dit zelf merken: ontstoken tandvlees bloedt bij aanraken, bijvoorbeeld bij tanden poetsen.

Na enkele dagen goed poetsen van het tandvlees verdwijnt de ontsteking meestal. Als niet goed wordt gepoetst blijft de ontsteking bestaan. Bot en implantaat kunnen bij het ontstekingsproces betrokken raken, waardoor het implantaat los gaat en soms zelfs verwijderd moet worden. Tandplak voorkomt u door de implantaten, maar ook het tandvlees en de kaakwal (het deel waar geen tanden en kiezen meer zitten) 3 tot 4 keer per dag te poetsen. Gebruik een kleine, zachte, multitufted nylon tandenborstel. Dit is een tandenborstel met veel haren in kleine bosjes dicht bij elkaar. Maak kleine, horizontale, vibrerende (trillende) bewegingen, waarbij de tandenborstel bijna niet van zijn plaats komt. U kunt tandpasta gebruiken, bij voorkeur een zachte pasta zonder schuurmiddelen met of zonder fluoride. Als poetsen in de eerste dagen gevoelig is, kunt u nog enkele dagen het spoelmiddel gebruiken. Gebruik de spoelvloeistof niet langer dan 2 weken, tenzij de (tand)arts of kaakchirurg anders voorschrijft.

Verdere verzorging

Als u geen eigen tanden meer heeft, is het verstandig aanvullend één keer per week uw mond te spoelen met onverdunde keukenazijn, gedurende 1 minuut. Dit voorkomt grotendeels de vorming van tandsteen.
Patiëntenzorg Behandelingen Implantaten plaatsen in het kaakbot

De behandeling

De implantaten plaatsen we meestal onder plaatselijke verdoving. De chirurg maakt een snee in uw tandvlees een boort een opening in uw kaakbot. Vervolgens plaatst de chirurg het implantaat. lees meer

De behandeling

Tijdens de eerste afspraak verzamelen we uw tandheelkundige informatie en wensen. Aan de hand van een röntgenfoto (een Cone Beam CT-scan) beoordelen we of er voldoende bot aanwezig is om implantaten te plaatsen. Vervolgens bespreken we de mogelijke behandelingen en de daarbij behorende kostprijs.

De implantaten plaatsen we meestal onder plaatselijke verdoving, maar soms ook onder narcose. Nadat de chirurg een snee in het tandvlees heeft gemaakt, boort hij of zij een opening in uw kaakbot. Hierop plaatst de chirurg het implantaat. Een implantaat is hol vanbinnen en wordt afgesloten met een tijdelijk afdekschroefje. Na het plaatsen van het implantaat hecht de chirurg het tandvlees over het implantaat heen. Na enkele maanden is het implantaat vastgegroeid in uw kaak en kan het belast worden.

Te weinig kaakbot

Als u te weinig kaakbot heeft, is er voor een implantaat onvoldoende houvast. Om het ontbrekende kaakbot aan te vullen kan de chirurg een stukje bot halen vanuit een andere plek in uw kaak of vanuit uw bekkenkam. Wanneer het bot uit uw bekkenkam wordt gehaald is een operatie nodig onder algehele narcose. U wordt dan 2 tot 4 dagen opgenomen in het ziekenhuis. Na deze ingreep heeft u meestal een week lang last van een zwelling of bloeduitstorting rondom het operatiegebied. Daarnaast kunt u 2 weken moeilijk lopen. Na 4 tot 5 maanden is het bottransplantaat in uw kaak goed vastgegroeid en kan de chirurg een tweede ingreep uitvoeren voor het plaatsen van implantaten.

Contact

Tandheelkunde is telefonisch bereikbaar via (024) 361 40 27.

lees meer

Contact

Afdeling Tandheelkunde

Telefonisch bereikbaar via T (024) 361 40 27, ma t/m vr 08.00 - 17.00 uur.
Bij het bellen volgt een keuzemenu. U kiest eerst '1' om aan te geven dat u als patiënt belt. Daarna kiest u één van de volgende opties:

  1. Onderwijspraktijk
  2. Centrum voor Bijzondere Tandheelkunde
  3. Orthodontie
  4. Mond-, Kaak- en Aangezichtschirurgie (MKA)
  5. Röntgen
  6. Centrum voor Complexe Tandheelkunde

Belt u als zorgverlener? Dan kiest u direct voor optie '2' en volgt daarna een keuzemenu.

JTV mondzorg voor kids

Telefonisch bereikbaar via T (024) 388 94 03, ma t/m vr 08.00 - 17.00 uur.


Na plaatsing van het implantaat

De verdoving is na 2 tot 4 uur uitgewerkt. Het is normaal dat u dan last krijgt van de wond. De wond kan wat nabloeden. Ook kan uw wang opzwellen.

lees meer

Na plaatsing van het implantaat

De verdoving is na 2 tot 4 uur uitgewerkt. Het is normaal dat u dan last krijgt van de wond. Deze pijn is goed te bestrijden met pijnstillers. U krijgt hiervoor een recept mee. Soms krijgt u ook een recept voor een antibioticum om infecties te voorkomen.

Zwelling

Na de ingreep kan uw wang opzwellen. Deze zwelling is na 2 dagen het hevigst en wordt daarna langzaam minder. Soms ontstaat een bloeduitstorting. Uw wang verkleurt dan en blijft langer dik. Dit trekt vanzelf weg. Ook is het mogelijk dat u na de behandeling uw mond minder goed kunt openen, vooral als u achter in uw mond bent behandeld. Na een paar dagen heeft u hier geen last meer van. U kunt oefenen uw mond steeds verder te openen.

Nabloeden

Tot 24 uur na de ingreep kan de wond een beetje nabloeden. Dit stopt meestal vanzelf. U kunt deze eerste dag uw mond beter niet spoelen. Door te spoelen kan pas gevormd stolsel namelijk weer oplossen, waardoor de wond weer gaat bloeden. Als het bloeden niet stopt of erger wordt, kunt u de volgende stappen volgen:

  • Maak met een gaasje of een schone zakdoek uw mond schoon en droog.
  • Pak een tweede gaasje en vouw dit dubbel of leg een knoop in een schone zakdoek.
  • Leg het gaasje of de zakdoek op de wond en klem uw tanden/kaken op elkaar.
  • Houd uw tanden/kaken een half uur stevig op elkaar. Door de druk op de wond zal het bloeden stoppen.

Eten en drinken

Zolang u last heeft van de behandeling, kunt u beter zacht voedsel eten. Ook raden we u aan om in de uren na de behandeling geen hete dranken of warm voedsel te nuttigen. Door de verdoving kunt u namelijk, zonder dat u het merkt, uw mond verbranden, of op uw lip of tong bijten.

Ingroeiperiode tijdelijke voorziening

Voordat een implantaat belast kan worden, moet het bot eerst vastgroeien tegen het implantaat. Tijdens deze rustmaanden moet het implantaat zo min mogelijk belast worden. Uw tandarts kan een tijdelijk plaatje of kunstgebit (laten) maken dat het implantaat zo min mogelijk belast. Zo’n tijdelijke prothese is minder stevig en gaat sneller kapot. Pas dus goed op met eten.

Lipverzorging

Verzorg uw lippen door vaseline (uit een tube) met een wattenstaafje op uw lippen te smeren. Dit kunt u voor en na de operatie doen (6 tot 8 keer per dag).


Controle

2 weken na de behandeling heeft u een controleafspraak. Tijdens deze afspraak worden de hechtingen verwijderd die nog niet zijn opgelost.

MKA Tandheelkunde

Ingang: Tandheelkunde
Verdieping: 0
Route: 308 - wachtkamer A

bekijk route

MKA Tandheelkunde

Bezoekadres

Philips van Leydenlaan 25
6525EX Nijmegen

Routebeschrijving

Reis naar Philips van Leydenlaan 25
Ga naar binnen bij: Tandheelkunde
Ga naar Verdieping 0 en volg route 308 - wachtkamer A

Verzorging van de implantaten

Om het tandvlees en het bot rondom uw implantaten gezond te houden, is een goede mondhygiëne noodzakelijk. lees meer

Behandeling Implantaten vrijleggen MKA

Enkele maanden na plaatsing van het implantaat, verwijdert de chirurg onder plaatselijke verdoving het tijdelijke afdekschroefje en plaatst een verlengstukje hiervoor in de plaats. Deze procedure noemen we het vrijleggen van het implantaat. lees meer

Centrum voor Implantologie

Bij het Centrum voor Implantologie zijn we gespecialiseerd in het plaatsen van implantaten als permanente vervanging van de natuurlijke tandwortel. lees meer

Lokale verdoving

Wanneer de MKA-chirurg een bepaald gedeelte in uw mond tijdens de behandeling wil verdoven, gebruikt hij een injectienaald met daarin een verdovingsmiddel (anestheticum). lees meer

Lokale verdoving

Wanneer de MKA-chirurg een bepaald gedeelte in uw mond tijdens de behandeling wil verdoven, gebruikt hij een injectienaald met daarin een verdovingsmiddel (anestheticum). 

Wat is lokale verdoving bij de MKA-chirurg?

Wanneer de MKA-chirurg een bepaald gedeelte in uw mond tijdens de behandeling wil verdoven, gebruikt hij een injectienaald met daarin een verdovingsmiddel (anestheticum). Een verdoving zorgt ervoor dat je geen pijn voelt tijdens de behandeling. 

Na hoeveel tijd is een verdoving uitgewerkt?

De verdoving werkt nog enkele tijd na de behandeling door. In het begin zal je mond aan de kant van de verdoving nog geheel gevoelloos zijn. Je hebt dan geen controle over de spieren in je mond. Hierdoor kan je mond soms wat scheef hangen. Probeer niet in je tandvlees te bijten en pas op met warme dranken. Doordat je geen pijn voelt, kun je jezelf verwonden. Je tong en lippen kunnen dik aanvoelen en tintelen. Meestal is een verdoving na ongeveer één tot enkele uren uitgewerkt. De verdoving zwakt langzaam af, waardoor je steeds meer gevoel terugkrijgt. In het begin kan dit aanvoelen als kleine naaldjes of prikjes. 

Heeft een verdoving bijwerkingen?

Zoals bij elke behandeling kunnen er complicaties optreden. Er treden echter zelden bijwerkingen op na een verdoving in de mond. In enkele gevallen komen de volgende bijwerkingen voor:
  • Pijn gedurende enkele dagen op de plek van de injectie
  • Een bloeduitstorting op de plek van de injectie
  • Benauwdheid
  • Een verdoofd gevoel in aangrenzend gebied, zoals de neus, ogen of oren
  • Rode vlekken op de huid
In enkele zeldzame gevallen treedt er een infectie of allergische reactie op na het toedienen van de injectie. Raadpleeg in dat geval zo snel mogelijk een arts. 
  • Medewerkers
  • Intranet