Na de behandeling
De operatie is heel veilig. Wel kunnen bij elke operatie problemen komen, zoals:
- Nabloedingen. Er kunnen nabloedingen optreden, waardoor opname in het ziekenhuis noodzakelijk is.
- Infecties. Er kunnen infecties aan de urinewegen optreden. Als uw behandelend arts een infectie vermoedt, wordt uw urine gekweekt. Ook krijgt u mogelijk antibiotica. Diepe weefselinfecties komen soms voor. In dat geval krijgt u voor langere tijd antibiotica.
- Zaadlozing en erectiestoornissen. De zaadlozing verandert na een ingreep van de prostaat vaak blijvend. De zaadlozing komt achterwaarts (retrograad) in de blaas. Dit is vooral voor de voortplanting nadelig. Al ervaren sommige patiënten het verlies van de zaadlozing ook als zeer storend. De erecties blijven bijna altijd onveranderd. In de meeste gevallen verandert er wat betreft seksuele functies niet veel.
- Incontinentie. De kans op incontinentie na een laserbehandeling is klein, maar helaas niet uitgesloten. Door verwijding van de interne sluitspier en prostaat kan een van tevoren al minder functionerende sluitspier in de problemen komen en urine doorlaten. Ook kan de sluitspier beschadigd raken. U kunt in de eerste fase na de operatie een verhoogde aandrang voelen. U kunt deze dan moeilijk uitstellen. Soms leidt dit tot urineverlies. Meestal gaat het vanzelf over. Soms is bij mannen extra (bekkenbodem)therapie nodig is. Deze klachten kunnen aanhouden tot ongeveer 6 maanden na de ingreep.
- Vernauwing van de plasbuis. In 2 procent van de gevallen komen in de plasbuis littekens voor, waardoor de plasbuis vernauwt. Het gevolg is een slechte straal. Een nieuwe ingreep is nodig om de plasbuis open te maken. Dit fenomeen kan overigens bij elke operatie aan de plasbuis voorkomen.
- Pijn na de ingreep. Bij 1 procent van de patiënten komt (blijvende) pijn na de ingreep voor. Dit kan verschillende redenen hebben, bijvoorbeeld chronische prostaatontsteking.
Succeskansen
De lasertechniek verbetert vaak het plaspatroon. De operatie slaagt bij 85-90%. Dat betekent dat 10-15% van de patiënten geen verbetering ziet. Het plaspatroon kan zelfs slechter worden.
Na ontslag
De urine kan in de eerste weken rood van kleur zijn. Soms komen er stukjes weefsel en bloedstolsels mee. Dit is normaal. Ook kan de urine een tijdje helder en dan weer even rood zijn. Ook dit is normaal. Stroperige, bloederige en helderode urine is niet normaal. Heeft u dat, neem dan contact op met de afdeling Urologie. U krijgt dan nader onderzoek. De kans op bloedingen is kleiner wanneer u de eerste 6 weken:
- twee liter per dag drinkt
- niet perst wanneer u naar de wc gaat
- niet op een fietszadel zit
- geen seks heeft
- weinig alcohol drinkt
1 week na de behandeling mag u autorijden.
Klachten
Pijn komt heel soms voor, maar is een reden om contact met ons op te nemen. Een branderig gevoel bij het plassen is normaal, maar moeten wel snel beter worden. Is de urine niet helder of krijgt u koorts? Neem dan contact op met de afdeling Urologie of met uw huisarts. We kunnen dan een infectie uitsluiten. Ook krijgt u een recept mee voor een medicijn dat uw blaas rustig houdt na de operatie. U hoeft het medicijn niet te gebruiken. Als u klachten heeft, kan dit medicijn helpen. U mag het een keer per dag slikken. U kunt een droge mond en droge ogen van het medicijn krijgen. Het kan een negatief effect hebben op uw rijvaardigheid.
Controlebezoek
Kom met een volle blaas naar elk controlebezoek. U moet altijd een plastest doen. Na een jaar maken we ook een echo van de prostaat. We bekijken de grootte van de prostaat en de verpleegkundig specialist controleert uw PSA. Dit is een eiwit dat in uw bloed voorkomt en door de prostaat wordt gemaakt. Een PSA-test helpt bij het vroeg opsporen van prostaatkanker.