Wat gebeurt er tijdens de instelfase?
Twee tot zes weken na de operatie beginnen we met het instellen van het DBS systeem. Het instellen duurt gemiddeld 3 tot 5 maanden, soms langer. Het eerste bezoek waarin de DBS wordt aangezet duurt ongeveer een halve dag. De avond voor deze afspraak mag u vanaf 19.00 uur geen parkinsonmedicatie meer innemen.
lees meerVervolgbezoeken
Als een optimale instelling is bereikt neemt uw eigen neuroloog (die u naar ons heeft verwezen) de behandeling weer over. U blijft wel jaarlijks onder controle in het Radboudumc voor het DBS-systeem. lees meerVervolgbezoeken
Als een optimale instelling is bereikt neemt uw eigen neuroloog (die u naar ons heeft verwezen) de behandeling weer over. U blijft wel jaarlijks onder controle in het Radboudumc voor het DBS-systeem. U krijgt hiervoor automatisch een oproep thuis.Tijdens deze jaarlijkse controles kijken we hoe het met u gaat. We meten het DBS-systeem door en kijken of er wijzigingen in de instellingen nodig zijn. 1 jaar en 5 jaar na de operatie vinden uitgebreidere testen plaats. We bekijken dan de parkinsonverschijnselen met en zonder stimulatie en met en zonder medicatie. Daarnaast doen we een kort neuropsychologisch onderzoek en vragen we u vragenlijsten in te vullen.
Batterij vervangen
De oplaadbare batterij gaat gemiddeld 20 jaar mee. De niet oplaadbare batterij zo'n 3 tot 5 jaar. lees meerBatterij vervangen
Tijdens de operatie is de neurostimulator (ook wel pacemaker of batterij genoemd) onder de huid in uw buik-of borstholte geplaatst. Deze batterij geeft stroompjes af aan de hersenen. Hoe lang de batterij meegaat hangt af van de instellingen van de batterij. Hoe hoger de stroom staat ingesteld, hoe sneller de batterij leeg is.
Oplaadbare batterij
De oplaadbare batterij gaat gemiddeld 20 jaar mee. In de folder of handleiding van de fabrikant leest u meer over de levensduur van de batterij en hoe u zelf kunt zien hoe lang de batterij nog mee gaat.
Niet oplaadbare batterij
De “niet oplaadbare” batterij gaat zo’n 3 tot 5 jaar mee. Wanneer de batterij leeg is, moet deze via een operatie worden vervangen. De hersenelektroden en bedrading (verlengkabels) kunnen wel blijven zitten. U kunt zelf met de “patient programmer” uitlezen hoe vol de batterij is. Dit leert u van de parkinsonverpleegkundige. Als de batterij beneden de 2.69 Volt is, laat dit dan weten aan de parkinsonverpleegkundige. Hij of zij zorgt dat een batterijvervanging ingepland wordt. Er is dan nog voldoende tijd tot aan de operatie. De batterij is pas echt leeg bij 2.2 Volt.
Voordat de batterij vervangen wordt, heeft u een afspraak op de polikliniek met de neurochirurg en anesthesist. De vervanging van de batterij vindt plaats tijdens een dagopname. De ingreep gebeurt onder narcose en duurt ongeveer 1 uur.