EN
DE
Over ademhalingsproblemen bij pasgeboren kinderen
Er zijn verschillende manieren waarmee we de ademhaling van uw kind kunnen ondersteunen. Uw behandelend arts bespreekt met u welke ademhalingsondersteuning uw kind nodig heeft.Low flow
Met low flow blazen we een kleine hoeveelheid lucht waaraan extra zuurstof is toegevoegd via de neus naar binnen. Het wordt hiermee makkelijker voor de longen om voldoende zuurstof op te nemen.Een nadeel van low flow is dat er koude lucht naar binnen geblazen wordt. Omdat de neus deze koude lucht wil verwarmen en bevochtigen gaat deze meer slijm aanmaken waardoor uw kind erg snotterig kan worden. Dit slijm kan vervolgens ook in de weg gaan zitten, net als bij een verstopte neus, waardoor de verpleegkundige het slijm af en toe uitzuigt om te voorkomen dat de neus geblokkeerd raakt.
Continuous positive airway pressure (CPAP)
Bij continuous positive airway pressure (CPAP) blazen we via een kapje of sprietjes continu lucht in de neus. lees meerContinuous positive airway pressure (CPAP)
Bij continuous positive airway pressure (CPAP) blazen we via een kapje of sprietjes continu lucht in de neus. Dit zorgt ervoor dat er een bepaalde druk in de longen opbouwt die voorkomt dat de longen bij de uitademing helemaal samenvallen. Hierdoor hoeft uw kind tijdens de inademing minder moeite te doen om de longen weer volledig open te krijgen en verloopt de ademhaling dus makkelijker en kost het uw kind minder energie.Een nadeel van CPAP is dat de lucht die naar binnen geblazen wordt niet alleen naar de longen gaat, maar ook in de maag terecht komt omdat de luchtweg in de keel samen verloopt met de slokdarm. De lucht die in de maag terecht komt kan de maag een beetje opblazen. Dit zorgt tijdelijk voor een bolle buik en het minder goed verdragen van voeding. Om te voorkomen dat uw kind zich verslikt, mag uw kind tijdens CPAP niet zelf drinken en geven we altijd sondevoeding.
