Patiëntenzorg Behandelingen Breuk van de heupkom (acetabulum fractuur)

Een breuk in de heupkom acetabulum fractuur

Een breuk in de heupkom (acetabulum fractuur) is relatief zeldzaam. Het kan onstaan na een ongeval waarmee veel kracht gepaard gaat, zoals een auto-ongeval. Het kan ook onstaan door een val op de heup. Een breuk in de heupkom is niet hetzelfde als een gebroken heup.

lees meer

Een breuk in de heupkom acetabulum fractuur

Een breuk in de heupkom (acetabulum fractuur) is relatief zeldzaam. Het kan onstaan na een ongeval waarmee veel kracht gepaard gaat, zoals een auto-ongeval. Het kan ook onstaan door een val op de heup. Een breuk in de heupkom is niet hetzelfde als een gebroken heup. Een gebroken heup komt vaker voor en kan in principe in elk ziekenhuis behandeld worden. Een gebroken heupkom vergt meer expertise en wordt slechts in een aantal ziekenhuizen in behandeld. Per jaar verrichten we in ons ziekenhuis ongeveer 70 operaties aan een breuk in de heupkom.

De heupkom

De heupkom zit vast aan het bekken en is onderdeel van het heupgewricht. Het heupgewricht bestaat uit de kop van het dijbeen en de kom. Zowel de kop als de kom zijn bekleed met kraakbeen. Het kraakbeen zorgt ervoor dat de botten mooi over elkaar glijden. Kraakbeen kan slijten en op langere termijn zorgen voor artrose of een versleten heup.



Bij een breuk in de heupkom treedt er schade op aan het kraakbeen. Daarnaast verandert de vorm van de kom zodat de kop niet meer mooi door de kom glijdt. Hierdoor ontstaat er nog meer kraakbeenschade.

Typen breuken

Een breuk aan de heupkom kan per persoon verschillen. Om uw breuk goed in kaart te brengen worden er op de SpoedEisende Hulp (SEH) röntgenfoto’s gemaakt. Daarna maken we een CT scan waarbij het hele gewricht in alle richtingen wordt bekeken. We gebruiken een 3D printer waarbij we een model maken van uw breuk. Zo heeft de chirurg meer inzicht in uw breuk en ziet u zelf ook precies wat er aan de hand is.

Symptomen

De meeste mensen met een breuk in de heupkom hebben pijn en kunnen het been niet belasten. Soms is de pijn zo hevig dat zitten ook niet mogelijk is. Het been kan wat korter lijken. Als de zenuw die naar het been loopt gekneusd is kan het gevoel in het onderbeen minder zijn. Ook kan het zijn dat u de voet niet kan heffen (klapvoet). 

Niet opereren

Een breuk van de heupkom hoeft niet altijd behandeld te worden met een operatie. Soms heeft de kom zijn normale vorm behouden. We kunnen u dan behandelen met pijnstillers. Ook uw algehele conditie kan een reden zijn een operatie niet te laten plaatsvinden. We maken dan samen met u een behandelplan.

Psychosociaal

Mocht u behoefte hebben aan een gesprek met maatschappelijk werk of geestelijk verzorger is dit mogelijk. Het is belangrijk gedurende de opname te praten aangezien dit bijdraagt aan de verwerking van het ongeval.


Contact Verpleegafdeling C2

Traumachirurgie
Route 737
(024) 361 40 14

Waarom naar het Radboudumc?

Het Radboudumc is landelijk toonaangevend in de behandeling van patiënten met een bekkenring of heupkombreuk (acetabulum). lees meer

Waarom naar het Radboudumc?

Het Radboudumc is landelijk toonaangevend in de behandeling van patiënten met een bekkenring of heupkombreuk (acetabulum). Een uitgebreid team van traumachirurgen heeft hier ruime ervaring in. De laatste jaren is het team verder uitgebreid. Hierdoor kunnen we kwalitatief hoogstaande zorg bieden aan een steeds groter wordende stroom patiënten die deze hoog complexe zorg nodig hebben. Het Radboudumc krijgt veel patiënten verwezen uit een groot deel van het land. 

Acute opname

U bent acuut opgenomen in het ziekenhuis omdat u een breuk van uw heupkom heeft. Hierdoor heeft u zich niet kunnen voorbereiden op de operatie. We geven u een aantal tips voor uw verblijf in het Radboudumc. lees meer

Acute opname

U bent acuut opgenomen in het ziekenhuis omdat u een breuk van uw heupkom heeft. Hierdoor heeft u zich niet kunnen voorbereiden op de operatie. We geven u een aantal tips voor uw verblijf in het Radboudumc.

Wat heeft u nodig

  • Lijst met uw medicijnen.
  • Ondergoed en kleding voor in bed.
  • Gemakkelijk zittende kleding (niet te strakke rok of broek).
  • Kamerjas, pantoffels (geen slippers).
  • Toiletartikelen (geen handdoek en washandjes).
  • Lectuur en dergelijke.
  • Stevige schoenen.

Waardevolle bezittingen

We raden aan om grote geldbedragen, sieraden en andere kostbaarheden mee naar huis te geven. De ervaring leert dat het gevaar van zoekraken en diefstal in een openbaar gebouw aanwezig is. Het ziekenhuis kan hiervoor niet aansprakelijk worden gesteld.

Voor de operatie

Om een compleet beeld te krijgen van uw huidige situatie en uw behoeften neemt de verpleegkundige verschillende vragenlijsten met u door. lees meer

Voor de operatie

  • Om een compleet beeld te krijgen van uw huidige situatie en uw behoeften neemt de verpleegkundige verschillende vragenlijsten met u door.
  • Wij noteren één of meerdere contactpersonen in uw patiëntendossier. De eerste contactpersoon wordt door de traumachirurg gebeld als de operatie klaar is.
  • De ingreep gebeurt onder anesthesie (verdoving/narcose). U krijgt hierover een gesprek met de anesthesioloog.
  • Tijdens uw opname wordt regelmatig de pijnscore gevraagd. Zo kunnen we een optimaal pijnbeleid inzetten.
  • Op de verpleegafdeling Traumachirurgie is bezoek tot 21.00 uur welkom. We kunnen hiervan afwijken als dit beter is voor uw herstel en bij medische of verpleegkundige zorg. Daarnaast zijn maximaal 2 bezoekers per patiënt toegestaan.
  • De apotheek of de verpleegkundige neemt samen met u uw medicijnenlijst door.
  • We nemen wat bloed af om inzicht te krijgen in uw huidige gezondheidstoestand. Soms krijgt u voorafgaande aan de operatie al een infuus.

Beweeginstructies

U heeft tot aan de operatie bedrust. Hierbij zal in overleg met de traumachirurg bekeken worden welke houding u in bed mag aannemen vanwege de breuk. De fysiotherapeut komt voorafgaande aan de operatie al bij u langs om ademhalings- en spierversterkende oefeningen te doen. Zo behoudt u een goede conditie voor de operatie. Daarnaast krijgt u tips om doorliggen te kunnen voorkomen.

Katheter

Gedurende de opname is het mogelijk dat u een urine katheter krijgt vanwege pijn of plaatselijke zwelling. In overleg met de arts wordt bekeken wanneer deze kan worden verwijderd.  

Medicijnen

Naast uw eigen medicatie krijgt u aanvullende medicijnen zoals pijnmedicatie. Als uw medicijnen wijzigen tijdens uw opname ontvangt u bij ontslag een overzicht waarop ze allemaal staan. Gebruik alleen de voorgeschreven pijnmedicatie. Instructies voor het afbouwen krijgt u tijdens het ontslaggesprek.

Verpleegafdeling Trauma, Reconstructie en Beweging C2

De verpleegafdeling Trauma, Reconstructie en Beweging is een samenwerking van de verpleegafdelingen van KNO, MKA, Plastische Chirurgie, Orthopedie en Traumachirurgie.

lees meer

Tijdens uw opname

Tijdens uw opname zijn veel dingen anders dan thuis. Om een indruk te geven, hebben we de belangrijkste zaken op een rij gezet.

lees meer

Operatie


Dag van de operatie

Voor de operatie moet u nuchter zijn. De nacht vóór de operatie, mag u niet eten of roken. Belangrijk is dat u vanaf middernacht ook geen melkproducten meer gebruikt. lees meer

Dag van de operatie

Nuchter zijn

Na 24.00 uur, de nacht vóór de operatie, mag u niet eten of roken. Belangrijk is dat u vanaf dat tijdstip ook geen melkproducten meer gebruikt. Tot twee uur voor de operatie mag u enkel heldere vloeistoffen drinken. 
 

Waardevolle spullen

U kunt uw waardevolle spullen in het laatje van het nachtkastje leggen. Er zit een code slot op. De verpleegkundige kan u hiermee helpen.
 

Time out

Voordat de operatie start, wordt er een ‘time-out’ (controlemoment) genomen. Tijdens dit moment worden uw naam, geboortedatum, het te opereren lichaamsdeel en de operatiebenodigdheden gecontroleerd. In de voorbereiding op de operatie moet u soms meerdere keren uw naam en geboortedatum noemen voor extra controle.

De operatie

Het doel van de operatie is het herstellen van de vorm van de heupkom zodat kop en kom weer mooi in elkaar passen. De operatie duurt gemiddeld 2,5 tot 3,5 uur. lees meer

De operatie

Het doel van de operatie is het herstellen van de vorm van de heupkom zodat kop en kom weer mooi in elkaar passen. Hoe beter kop en kom tegenover elkaar staan, hoe beter het is voor het kraakbeen en hiermee het tegengaan van slijtage. Belangrijk is dat er geen grote deuken zitten in de kom (steps) of dat de botstukken teveel van elkaar wijken (gaps).

Technisch lastig

De operatie zelf is technisch lastig. Dit komt doordat er veel structuren voor en langs het gewricht lopen. Aan de achterzijde zitten de bil- en bovenbeenspieren en loopt de grote beenzenuw (nervus ischiadicus). Aan de binnenkant van het bekken lopen de grote bloedvaten die naar het been gaan en de zenuw die het bovenbeen aanstuurt (nervus femoralis). Daarnaast bevinden zich een deel van de darmen, de blaas en de inwendige genitalia bij vrouwen in het bekken. Doordat de heupkop zich in de kom bevindt, kan de heupkom niet onder direct zicht hersteld worden. Alle breukdelen worden daarom van de buitenkant van de kom zo goed mogelijk teruggeplaatst.

Platen en schroeven

Bij een operatie aan de heupkom worden de botstukken weer op hun plaats vastgezet met platen en schroeven. Afhankelijk van het type breuk zal de positie van de incisie verschillen. Breuken aan de achterzijde worden vaak via een snee (incisie) over de bil/zijkant van de heup hersteld. Breuken aan de voorzijde worden via een incisie in de schaamstreek, danwel buik hersteld. In bepaalde gevallen zijn soms 2 incisies nodig.

Geplande operatie

We voeren de operatie uit met 2 bekkenchirurgen. De operatie duurt gemiddeld 2,5 tot 3,5 uur. Meestal wordt u niet direct geopereerd maar wordt de operatie ingepland. Dit kan enkele dagen duren. Tot die tijd geven wij u pijnstilling. Ook starten we met fysiotherapie. Dit doen we om u in een goede conditie te krijgen voor de operatie. Als de pijn het toelaat starten we met oefenen om te bewegen.

Complicaties

Zoals bij elke operatie kunnen er complicaties optreden. Voor de operatie bespreekt de chirurg de complicaties met u. lees meer

Complicaties

Zoals bij elke operatie kunnen er complicaties optreden. Deze complicaties bespreekt de chirurg met u voor de operatie:
  • Er kan een wondinfectie optreden na de operatie. Hierbij wordt de wond rood en is er soms sprake van wat pussige afscheiding. Vaak volstaat het de wond iets te openen en te spoelen. Soms komt de infectie van dieper uit en bevinden zich bacteriën bij het ingebrachte materiaal (de platen en schroeven). Meestal is dan een nieuwe operatie nodig om de wond en het materiaal schoon te spoelen. Daarnaast krijgt u een antibiotica behandeling. Om de kans op deze complicatie zo klein mogelijk te maken werken we steriel tijdens de operatie en krijgt u voor de narcose antibiotica via het infuus toegediend.
  • In het te opereren gebied lopen tal van bloedvaten. Uiteraard werken we zorgvuldig om deze niet te beschadigen. Soms treedt er toch een bloeding op. Deze zal tijdens de operatie direct verholpen worden. In het geval van onvoorzien veel bloedverlies kan het zijn dat er een bloedtransfusie nodig is.
  • Naast alle bloedvaten lopen er veel zenuwen in de buurt van de heupkom. Deze zenuwen kunnen beschadigd raken tijdens het ongeval of tijdens de operatie. Vaak is er sprake van een zenuwkneuzing. De zenuw functioneert dan tijdelijk niet. Het herstel kan soms wel maanden tot een jaar duren. Als u een beschadiging van een zenuw heeft vragen we de neuroloog hiernaar te kijken. Het kan zijn dat u op de polikliniek een zenuwgeleidingsonderzoek krijgt.
  • Zowel de heupkop als heupkom zijn bekleed met kraakbeen. Een breuk in de heupkom kan er voor zorgen dat het kraakbeen beschadigd raakt. Hierdoor treedt eerder dan normaal slijtage op. Het kraakbeen wat beschadigd is, herstelt niet. Krijgt u last van de kraakbeenslijtage, dan kan dit verholpen worden met een heupprothese. Gemiddeld ligt de kans dat er een nieuwe heup geplaatst moet worden tussen de 10 en 20%. 
  • Mensen met een breuk in het bekken of heupgewricht hebben een verhoogd risico op het onstaan van een trombose, oftewel een bloedstolsel in de aders. U krijgt na de operatie 6 weken spuitjes met een anti-trombose middel voorgeschreven om dit risico te verkleinen.
  • Ondanks dat een breuk geopereerd wordt bestaat er een kleine kans dat de breuk niet goed aan elkaar groeit. Als dit het geval is onderzoeken we de oorzaak hiervan. Eventueel is er een nieuwe operatie nodig.

Na de operatie


Na de ingreep

Na de operatie wordt u naar de verkoeverafdeling gebracht. Na uw verblijf op de verkoeverkamer wordt u teruggebracht naar de verpleegafdeling. Soms is het noodzakelijk dat u na de operatie extra zorg, speciale bewaking of een behandeling nodig heeft. lees meer

Na de ingreep

Verkoeverkamer (uitslaapkamer)

Na de operatie wordt u naar de verkoeverkamer, ook wel de uitslaapkamer genoemd, gebracht. Dat is een aparte ruimte vlakbij de operatiekamer. U wordt opnieuw aangesloten aan bewakingsapparatuur en enige tijd door een gespecialiseerde verkoeververpleegkundige in de gaten gehouden. De verpleegkundige let op:
  • ongewenste reacties door de anesthesie
  • misselijkheid
  • pijn
  • zuurstofgehalte in het bloed
  • hartslag
  • bloeddruk
  • de operatiewond
  • dat uw blaas niet te vol raakt
Als alles goed met u gaat en u voldoende wakker bent, mag u terug naar de verpleegafdeling. Dat kan binnen een uur zijn maar soms ook veel langer. Het is onder andere afhankelijk van de operatie, de bijwerkingen en uw conditie.

Op de verkoeverkamer mag alleen bezoek komen bij kinderen tot 16 jaar en volwassenen die extra begeleiding nodig hebben.

Verpleegafdeling

Na uw verblijf op de verkoeverkamer wordt u teruggebracht naar de verpleegafdeling. De verpleegkundige brengt uw familie hiervan op de hoogte. U kunt nog steeds wat slaperig en misselijk zijn. Ook de pijn kan erger worden. Hiervoor krijgt u pijnstillers.

Intensieve zorg

Soms is het noodzakelijk dat u na de operatie extra zorg, speciale bewaking of een behandeling nodig heeft. Bijvoorbeeld als u een hele grote operatie heeft ondergaan of als er complicaties zijn opgetreden. We hebben 3 gespecialiseerde afdelingen:

Contactpersoon

Bij uw opname op de verpleegafdeling wordt gevraagd naar een contactpersoon. Deze kan dag en nacht (telefonisch) informatie over u krijgen van de verpleegkundige die u verzorgt.

Pijn na de operatie

het is normaal dat u na een operatie enige pijn of ongemak ervaart. Pijn is een nuttig en belangrijk signaal. Het zorgt ervoor dat u rust neemt zodat het herstel sneller gaat. Soms is de pijn heel erg. Dit vertraagt uw herstel. Wij vinden pijn acceptabel als u goed kunt doorademen en ophoesten, een beetje kunt bewegen en als de pijn u niet teveel ‘energie’ kost. Als u niet kunt slapen of zelfs niet een beetje kunt wegdommelen is uw pijn echt te erg.
Meerdere keren per dag vragen wij hoeveel pijn u heeft. U geeft dit aan op een schaal van 0 (geen pijn) tot 10 (meest erge pijn) of op een speciale pijnmeetlat. Als de pijn niet acceptabel is, krijgt u pijnbestrijding. Dit kan met tabletten of via een infuus.

Bewegen

Om goed te herstellen is het belangrijk om zo min mogelijk in bed te liggen. Probeer de eet momenten in de stoel door te brengen. U krijgt dagelijks fysiotherapie. Daarnaast ondersteunen verpleegkundigen en verpleegassistenten u. U mag uw aangedane been tot 6 weken na de operatie niet te belasten.

Ontslag

U krijgt van ons een voorlopige ontslagdatum. Zo maken we inzichtelijk wanneer het ontslag verantwoord en haalbaar zou zijn.

lees meer

Ontslag

U krijgt van ons een voorlopige ontslagdatum. Zo maken we inzichtelijk wanneer het ontslag verantwoord en haalbaar zou zijn.

Thuissituatie inventariseren

Het is belangrijk dat wij in een vroeg stadium een duidelijk beeld hebben van uw woonomgeving en sociale netwerk. Wij kijken samen met u wat nodig is om weer terug naar huis te kunnen. Als dit (nog) niet haalbaar is, zal samen met u en het transferpunt gekeken worden naar een overbrugging. Hierbij kunt u denken aan een herstelhotel of revalidatiekliniek.

Controle

Bij ontslag krijgt u een afspraak mee voor op de polikliniek. De standaard controles zijn na:

  • 6 weken,
  • 3 maanden, 
  • een half jaar,
  • een jaar.

Afhankelijk van uw situatie kan dit worden aangepast. Voorafgaand aan de controle worden röntgenfoto’s of een CT-scan gemaakt. Hier krijgt u bericht van. Deze worden vaak op dezelfde dag uitgevoerd als het polibezoek. 
Voor het polibezoek krijgt u 3 vragenlijsten. Deze zijn gericht op uw functioneren en op de kwaliteit van leven. Dit geeft ons objectieve informatie over het herstel in de tijd. Deze vragenlijsten worden via MijnRadboud aan u toegestuurd.


Wond

De pleister op uw wond kan 7 dagen blijven zitten. U mag er mee douchen. Als hij eerder loslaat dan krijgt u een nieuwe. U heeft geen pleister meer nodig als de wond na 7 dagen droog is. Na de operatie kan het been gezwollen zijn. Dit kan geen kwaad. De hechtingen worden na 2 weken verwijderd.

Fysiotherapie

Na het ontslag uit het ziekenhuis is het van belang dat u de revalidatie thuis voortzet onder begeleiding van een fysiotherapeut. In samenspraak met de fysiotherapeut en traumachirurg wordt bekeken wanneer uw lichamelijke activiteiten uitgebreid mogen worden. lees meer


Wat u nog moet weten over roken, wassen, autorijden, vliegen, werk en uv-straling

Roken

We adviseren om te stoppen met roken. Roken vernauwt de bloedvaten en dit heeft invloed op de genezing van de wond. Ook verslechtert roken de lichamelijke conditie. Voor vragen en/of ondersteuning bij het stoppen met roken kunt u te recht bij uw huisarts.

UV-straling van zon of zonnebank

Een geïrriteerde huid is gevoeliger voor UV-straling dan een normale huid. Zolang een litteken gekleurd is (paars, rood of roze) is de omringende huid geprikkeld. Voorkom een vlekkerige verbruining door een pleister over het litteken en 1 cm omringende huid te plakken tijdens het bruinen.

Vliegen

Drie maanden na de operatie mag u weer vliegen. Het kan zijn dat de detectiepoortjes op het vliegveld gaan piepen door het materiaal dat ingebracht is. Uw arts kan u een verklaring per brief toesturen die u kunt meenemen op uw reis.

Autorijden

Informeer bij uw behandelend arts wanneer u na de opname weer mag autorijden. Als u na ontslag pijnstillende medicatie gebruikt controleer dan in de bijsluiters of u mag autorijden. Informeer bij uw autoverzekering wat de polisvoorwaarden zijn, zodat u zeker weet of u verzekerd bent.

Weer aan het werk

Bespreek met uw behandelend arts welke werkzaamheden u na de opname weer kunt oppakken en op welke termijn.

Verwerking

Wanneer de operatie u emotioneel en lichamelijk erg heeft belast, raden we aan om in de periode van herstel met personen in uw omgeving te praten. Zij kunnen u steunen en helpen in deze moeilijke tijd. Eventueel kan de maatschappelijk werker u hierbij helpen. De verpleegkundige kan voor u een afspraak maken. Als u niet meer in het ziekenhuis bent, kan uw huisarts een verwijzing geven.
 

Wassen, douchen en baden

De verpleegkundige vertelt u wanneer u weer mag douchen en/of baden. Er zijn een aantal algemene aandachtspunten:
  • Douche niet te lang, hiervan kan de wond week worden.
  • Gebruik liever geen geparfumeerde douche gel, dit kan irritatie aan de wond geven.
  • Het is zinvol om de eerste 6 weken geen bad te nemen en geen gebruik te maken van een sauna of stoombad. Dit kan zorgen voor verweking van de wond.

Contact

U krijgt een afspraak mee. De verpleegkundige belt u 1-2 weken na uw ontslag om te horen hoe het met u gaat. Tevens kunt u tijdens deze afspraak vragen stellen. Neem zelf contact op als de pijn plotseling verergerd, u koorts krijgt, de wond rood wordt, gaat zwellen of warm aanvoelt.

Bekkenexpertise team

  • Medewerkers
  • Intranet