Onderzoek

Met een normaal oogheelkundig onderzoek kan de oogarts vaststellen of er sprake is van uveïtis. Bij dit onderzoek zullen de pupillen met oogdruppels verwijd worden. Dit geeft tijdelijk wat waziger zien. Het is vaak niet mogelijk bij dit eerste onderzoek vast te stellen wat de oorzaak is. Daarvoor is verder onderzoek nodig. Dit onderzoek kan bestaan uit bloedonderzoek en röntgenfoto’s. Soms wordt ook oogvocht onderzocht. Dit wordt onder plaatselijke verdoving met een kleine naald uit het oog gehaald. Wanneer dit gebeurt krijgt u tijdelijk een oogverband.

Wat is uveïtis?

Uveïtis is een verzamelnaam voor inwendige oogontstekingen. lees meer

Wat is uveïtis?

Uveïtis wordt ingedeeld in drie vormen, afhankelijk van de plaats in het oog waar de ontsteking het hevigst is. Deze vormen zijn:
• Uveïtis anterior (aan de voorkant)
• Uveïtis intermedia (middenin)
• Uveïtis posterior (aan de achterkant)
 
Soms is het onderscheid niet goed mogelijk. Er kan ook sprake zijn van een ontsteking in het hele oog (pan uveïtis). Deze indeling is van belang, omdat de verschillende vormen van uveïtis een verschillend beloop hebben. Het verloop bepaalt onder andere de keuze van de behandeling. Bij een uveïtis zijn de aangrenzende lagen, zoals netvlies en harde oogrok, meestal ook betrokken bij de ontsteking.

Uveïtis is in sommige gevallen een onderdeel van een algemeen ziekteproces. De oogontsteking is dan een onderdeel van de ontsteking in het lichaam. Om deze reden kan de oogarts u verwijzen naar een andere specialist voor verder onderzoek, bijvoorbeeld een internist of een reumatoloog.

Symptomen

U kunt te maken krijgen met de volgende symptomen:

  • onscherp of wazig zien
  • zwarte vlekjes of slierten in het beeld zien
  • pijn in of rond het oog
  • roodheid van het oog
  • overgevoeligheid voor licht (fotofobie)

Onderzoek

Met een normaal oogheelkundig onderzoek kan de oogarts vaststellen of er sprake is van uveïtis. Bij dit onderzoek zullen de pupillen met oogdruppels verwijd worden. lees meer

Behandeling

Uveïtis wordt in het algemeen met ontstekingsremmende middelen behandeld. Bij een bekende oorzaak kan een doelgerichte therapie worden voorgeschreven.

lees meer

Behandeling

Uveïtis wordt meestal met ontstekingsremmende middelen behandeld, bijvoorbeeld corticosteroïden in de vorm van oogdruppels, tabletten of injecties. Bij een bekende oorzaak kan een doelgerichte therapie worden voorgeschreven. De behandeling van de meest voorkomende vorm (uveïtis anterior) bestaat uit ontstekingsremmende druppels en eventueel pupilverwijdende druppels. Bij zeer ernstige uveïtis moet er soms systemische medicatie gegeven worden, zoals prednison, cyclosporine of methotrexaat. De behandeling is vooral gericht op het voorkomen van onherstelbare schade aan het kwetsbare netvlies. Het doel van de oogarts is de geneesmiddelen op een veilige manier toe te passen en mogelijk af te bouwen of te stoppen. Stop niet plotseling met de geneesmiddelen, hierdoor kan de ontsteking toenemen.

Bijwerkingen van lokale corticosteroïden

Overleg in geval van bijwerkingen altijd eerst met uw oogarts. In de druppelvorm zijn de meest voorkomende bijwerkingen:

  • Verhoging van de oogboldruk. Deze verhoging is meestal tijdelijk en met medicijnen te verlagen.
  • Staar (bij langdurig gebruik). Dit is tegenwoordig goed te behandelen.

Bijwerkingen pupilverwijdende oogdruppels

Deze oogdruppels voorkomen verkleving van de pupil met de lens en verlichten de pijn. Hierdoor is het mogelijk dat u dichtbij moeilijker kunt zien. Bij langdurig gebruik kan een goedkope (tijdelijke) leesbril een oplossing zijn.

Bijwerkingen van oraal prednison

Bijwerkingen van oraal prednison zijn: gewichtstoename, vertraagde wondheling, diabetes mellitus, osteoporose, cataract, glaucoom en hypertensie. Uw behandelend internist of huisarts let op eventuele bijwerkingen.Waarschuw uw behandelend arts in geval van een infectie en voor een operatie.
 
Om bij langdurige uveïtis complicaties tijdig op te sporen en te behandelen is regelmatige controle noodzakelijk bij uw oogarts en internist
 

Bijwerkingen van andere ontstekingsremmende medicijnen, zoals Methotrexaat en Mycofenolaat mofetil.

Mogelijke bijwerkingen worden met u besproken met de behandelend internist of reumatoloog.

Keuzekaart Niet-infectieuze Uveïtis

Heeft u last van niet-infectieuze Uveïtis? En werken oogdruppels niet voldoende of zijn oogdruppels niet geschikt voor u? Deze keuzekaart kan helpen als u en uw arts de keuze tussen pillen met medicijnen tegen ontstekingen of een prik/staafje in het oog bespreken.


Contact

Afdeling Oogheelkunde

Voor patiënten ma t/m vr 8.00 – 16.30 uur :
(024) 361 67 00

Voor specialisten en huisartsen
(024) 361 5104

Afdeling Oogheelkunde

De afdeling Oogheelkunde onderzoekt en behandelt patiënten met aandoeningen van het oog en de omliggende organen.

lees meer

Informatie over klinische studies Oogheelkunde

Wilt u deelnemen aan een van de lopende wetenschappelijke onderzoeken of wilt u graag meer informatie over de mogelijkheden voor onderzoek bij uw oogziekte? Neem dan contact met ons op. Bekijk hier voor welk onderzoek wij momenteel nog deelnemers zoeken. lees meer
  • Medewerkers
  • Intranet