Bijwerkingen

Gebruik van de groeifactor (Filgrastim) kan leiden tot pijn in de botten en/of spieren. Hoofdpijnklachten komen ook voor. Hiervoor mag u zo nodig paracetamol gebruiken. Gebruik géén aspirine (Brufen, Voltaren enzovoorts) in verband met de bloedverdunnende werking. Over het algemeen verdwijnen de (pijn)klachten binnen 1 tot 2 dagen na het stoppen van de Filgrastim. Maakt u zich zorgen over uw klachten of heeft u buikpijn (met name in de linker flank) neem dan contact met ons op.

 
Patiëntenzorg Aandoeningen Leukemie Stamceldonatie onverwante donor
Donorkeuring
Donorkeuring
Stamcelafname
Meestal wordt hiervoor bloed gebruikt. In enkele gevallen worden stamcellen uit het beenmerg gehaald.
Stamcelafname uit bloed
Stamcelafname uit beenmerg
Extra donatie
Controle
Controle

Donorkeuring

Donorkeuring


Donorkeuring Matchis

De bloedafname (die bepaalt of u inderdaad een match bent), de medische keuring en de planning van de stamcelafname gebeurt door Matchis, het centrum voor stamceldonoren. lees meer

Donorkeuring Matchis

De bloedafname (die bepaalt of u inderdaad een match bent), de medische keuring en de planning van de stamcelafname gebeurt door Matchis, het centrum voor stamceldonoren.

De afname van de stamcellen vindt plaats in het Radboudumc.

Stamcelafname

Meestal wordt hiervoor bloed gebruikt. In enkele gevallen worden stamcellen uit het beenmerg gehaald.

Stamcelafname uit bloed


Stamcelafname uit bloed voorbereiding

Onder normale omstandigheden komen stamcellen niet of nauwelijks voor in het bloed. Toediening van een groeifactor (Filgrastim) zet de stamcellen in het beenmerg er toe aan om zich sneller te vermenigvuldigen. lees meer

Stamcelafname uit bloed voorbereiding

Afhankelijk van de ziekte van de patiënt zal de voorkeur gegeven worden aan stamcellen uit bloed of beenmerg. De voorkeur gaat uit naar stamcelafname uit bloed omdat dit poliklinisch kan gebeuren en u geen narcose hoeft te ontvangen. Natuurlijk heeft u het laatste woord over wat u al dan niet wilt.

Groeifactor

Onder normale omstandigheden komen stamcellen niet of nauwelijks voor in het bloed. Toediening van een groeifactor (Filgrastim) zet de stamcellen in het beenmerg er toe aan om zich sneller te vermenigvuldigen, waardoor het aantal witte bloedcellen toeneemt. Bovendien verlaat een deel van de stamcellen het beenmerg en gaat naar het bloed. Na vier tot vijf dagen zijn er meestal voldoende stamcellen aanwezig en deze kunnen dan worden geoogst. Dit heet aferese. Afhankelijk van de dag waarop u start met de Filgrastiminjecties krijgt u de spuitinstructie en toediening van de eerste spuit op de dagbehandeling of op de verpleegafdeling.

De groeifactor zit in een kant en klaar injectiespuitje en wordt toegediend door middel van een onderhuidse injectie, tweemaal per dag gedurende vier en een halve dag. U krijgt op schrift de data en tijdstippen waarop u Filgrastim moet spuiten. Na het stoppen van de Filgrastim komen er geen stamcellen meer uit het beenmerg naar de bloedbaan en zal het aantal witte cellen na enkele dagen weer een normale waarde hebben.

Spuitinstructie

 

Dag voor de afname

De dag vóór de afname wordt u gebeld door een medewerker van de afdeling Hematologie om te informeren naar eventuele klachten. Aan de hand van uw klachten kan het nodig zijn om de hoeveelheid Filgrastim aan te passen. Hierover wordt u dan door de aferese-arts van het Radboudumc.


Stamcelafname aferese

Bij een aferese worden door middel van een celscheider de stamcellen uit het bloed gehaald. U krijgt in de ene arm een infuusnaald die het bloed naar de celscheider leidt. De stamcellen worden uit het bloed gehaald en u krijgt de rest van het bloed terug via een infuus in de andere arm.

lees meer

Stamcelafname aferese

Op de dag van de aferese meldt u zich op de afereseafdeling (route 605). In principe zal dit om 8.00 uur zijn.

Bij een aferese worden door middel van een celscheider de stamcellen uit het bloed gehaald. Hiertoe wordt in de ene arm een infuusnaald ingebracht die het bloed naar de celscheider leidt. De stamcellen worden uit het bloed gehaald en u krijgt de rest van het bloed terug via een infuusnaald in een bloedvat van de andere arm. Deze procedure duurt vier tot vijf uur. Zodra er voldoende stamcellen verzameld zijn mag u naar huis.

Is het aantal verzamelde stamcellen nog niet voldoende, dan moet u ’s avonds en de volgende ochtend doorgaan met het spuiten van de groeifactor en wordt u de volgende ochtend nogmaals geafereerd. In zeldzame gevallen kan het voorkomen dat er niet genoeg stamcellen in de bloedbaan komen. Dan kan de beslissing worden genomen om toch stamcellen af te nemen uit de beenmergholte (onder narcose). Dit is de reden dat u bij de toestemming tot stamceldonatie uit het bloed ook een toestemmingsverklaring voor beenmerg dient te ondertekenen.

Lieskatheter

De aferese verloopt via de aderen in uw armen. Indien u slecht aan te prikken bent wordt tijdens de medische keuring besproken of bloedstamceldonatie voor u mogelijk is. Echter, in het uitzonderlijke geval dat het aanprikken niet lukt op de dag van aferese, krijgt u een zogenaamde lieskatheter. Een lieskatheter is een slangetje dat in een groot bloedvat in één van de liezen wordt ingebracht. In het geval van een lieskatheter kunt u na de donatie niet direct naar huis; u dient ter controle één nacht in het ziekenhuis te blijven. Is de opbrengst aan stamcellen onvoldoende, dan gebruikt u nog tweemaal de groeifactor en zullen we de volgende ochtend nogmaals een aferese doen via de lieskatheter. De kans op een tweede aferesedag is zeer klein.

Vermoeidheid

De ervaring leert dat na de bloedstamceldonatie donors vermoeid zijn.  U mag daarom niet zelf naar huis rijden. Wij raden u ook aan de eerste dag na donatie rustig aan te doen en niet direct te gaan werken. Neem bij vragen of problemen contact met ons op.


Bijwerkingen

Gebruik van de groeifactor (Filgrastim) kan leiden tot pijn in de botten en/of spieren. Hoofdpijnklachten komen ook voor. Hiervoor mag u zo nodig paracetamol gebruiken. lees meer

Contact

Afdeling Hematologie

(024) 361 88 23

Stamcelafname uit beenmerg


Stamcelafname uit het beenmerg procedure

Bij de afname uit het beenmerg worden de stamcellen met een naald uit de holte van de bekkenkam opgezogen. Dit gebeurt bij voorkeur onder volledige narcose.

lees meer

Stamcelafname uit het beenmerg procedure

Bij de afname uit het beenmerg worden de stamcellen met een naald uit de holte van de bekkenkam opgezogen. Dit gebeurt bij voorkeur onder volledige narcose. Na de medische keuring zal hiervoor een afspraak gemaakt worden bij de anesthesist, die de procedure zal toelichten. Ook kunt u met de anesthesist overleggen of u (indien gewenst) slaapmedicatie kunt krijgen.

Voor de afname

Afhankelijk van de operatietijd wordt u de dag voor de afname of de dag van de afname opgenomen op de verpleegafdeling Hematologie. U krijgt een kort opnamegesprek met een verpleegkundige en er wordt bloed geprikt. De afdelingsarts verricht een laatste controle. Het wordt aangeraden om op de dag van de operatie niet te eten. De periode van nuchter zijn is minimaal 8 uur, zeker indien u een maaltijd heeft gehad met gebakken of vet voedsel of met vlees. Tot twee uur voor de behandeling of onderzoek onder anesthesie mag u wel helder vloeistoffen drinken zoals: koffie en thee (zonder melk), sap zonder pulp, water en aanmaaklimonade. Het is verstandig om de uren voor de behandeling of onderzoek onder anesthesie niet te roken.

De afname

U wordt door de verpleegkundige van de afdeling naar de operatiekamer gebracht. Tijdens de afname van het beenmerg ligt u op uw buik. Er wordt links en rechts beenmerg (vermengd met bloed) uit de achterkant van het bekken opgezogen. De procedure duurt ongeveer één uur. Hierna wordt u, na een kort verblijf op de verkoeverkamer, teruggebracht naar de afdeling.

Ontslag

Aan het eind van de middag komt de afdelingsarts u bezoeken. Deze bepaalt wanneer u naar huis mag. Dit is normaal gesproken in de loop van de avond. Vanwege verzekeringstechnische redenen mag u zelf niet naar huis rijden.


Bijwerkingen

De kans dat er tijdens of door de narcose complicaties optreden is erg klein. U kunt wel last hebben van misselijkheid en een beurs gevoel op de plek waar in het bekken is geprikt. lees meer

Bijwerkingen

De kans dat er tijdens of door de narcose complicaties optreden is erg klein. U kunt wel last hebben van misselijkheid. De eerste dagen kunt u ook last hebben van een beurs, pijnlijk gevoel op de plek waar in het bekken is geprikt. Hiervoor kunt u paracetamol innemen. De pijn wordt na enkele dagen minder, maar het kan soms enkele weken duren voordat de pijn helemaal is verdwenen. Omdat het afgenomen beenmerg vermengd is met bloed, kan er bloedarmoede ontstaan. Dit kan vermoeidheid tot gevolg hebben. Eventueel krijgt u een recept voor ijzertabletten mee.

Het bij u afgenomen beenmerg is slechts een klein deel van de totale hoeveelheid beenmerg. U maakt dit beenmerg zelf aan en na een paar weken zit u weer op uw oude niveau.

Wij raden u aan de eerste dagen na donatie rustig aan te doen. Neem bij vragen of problemen contact met ons op.

Behandeling Anesthesie

Als u naar het Radboudumc komt voor een operatie dan krijgt u te maken met anesthesie (verdoving of narcose). Ook voor andere ingrepen, zoals een behandeling of onderzoek, is anesthesie soms nodig. Anesthesie zorgt ervoor dat u tijdens de behandeling geen pijn heeft.

lees meer

Contact

Afdeling Hematologie

(024) 361 88 23

Extra donatie


Over extra donatie

Afhankelijk van het herstel van de patiënt kan het voorkomen dat u nogmaals gevraagd wordt voor een donatie. Uiteraard krijgt u dit verzoek alleen als u aangegeven heeft nogmaals te willen doneren voor dezelfde patiënt.

Bloed- en beenmerg­stamcellen extra donatie

Een verzoek tot een tweede donatie van bloedstamcellen (PBSC) of van beenmergstamcellen (BM), gebeurt vaak binnen 90 dagen na de eerste donatie, maar kan ook jaren later plaatsvinden.

Lymfocyten extra donatie

Soms komt bij de patiënt na verloop van tijd de oorspronkelijke ziekte terug, ondanks dat de stamcellen van de donor goed zijn aangeslagen. Toediening van lymfocyten van de oorspronkelijke stamceldonor kan dan levensreddend zijn. lees meer

Lymfocyten extra donatie

Soms komt bij de patiënt na verloop van tijd de oorspronkelijke ziekte terug, ondanks dat de stamcellen van de donor goed zijn aangeslagen. Toediening van lymfocyten van de oorspronkelijke stamceldonor kan dan levensreddend zijn. Donorlymfocyten kunnen ook worden gevraagd om het risico op terugkeer van de ziekte te verkleinen. Het verzoek tot donatie van lymfocyten gebeurt vaak 6 maanden of later na de stamceldonatie.

Donor Lymfocyten Infusie (DLI)

Lymfocyten zijn een bepaald type witte bloedcellen. Het zijn geen stamcellen, maar rijpe cellen die bij iedereen gewoon in het bloed voorkomen. De donor hoeft dus ook geen groeifactor te gebruiken. De afname gaat, net als de stamcelaferese, met een celscheider. Het aantal lymfocyten is binnen een dag weer op het oude niveau. Deze behandeling noemen we Donor Lymfocyten Infusie (DLI). De procedure duurt één tot drie uur. Het afnemen van de lymfocyten heeft geen nadelige gevolgen voor u, maar in verband met mogelijke vermoeidheid adviseren we u niet zelf naar huis te rijden. Bij deze procedure vindt geen na-controle plaats.

Voorbereiding

De voorbereiding bestaat uit een medische keuring die minder uitgebreid is dan de keuring voor de stamceldonatie. De keurend arts zal u vragen stellen over uw gezondheid en u lichamelijk onderzoeken. Het ijzergehalte, het aantal witte bloedcellen en bloedplaatjes en de functie van lever en nieren worden getest. Er wordt wederom bloedonderzoek gedaan naar virussen die met de cellen overgedragen zouden kunnen worden; dit betekent dat uw bloed onderzocht wordt op geelzucht virussen als hepatitis B en C en op het AIDS virus.

Controle

Controle


Controle onverwante donor

1 dag na de donatie neemt de verpleegkundig consulent telefonisch contact met u op om te beoordelen of u nog klachten heeft. lees meer

Controle onverwante donor

  • Eén dag na de donatie neemt de verpleegkundig consulent telefonisch contact met u op om te informeren naar eventuele klachten na donatie.
  • Eén maand na donatie wordt u telefonisch benaderd door Stichting Matchis Nijmegen. Indien u klachten aangeeft die mogelijk gerelateerd zijn aan de donatie zal de keurend arts contact met u opnemen. We zullen de huisarts vragen bloed bij u af te nemen en de uitslagen aan ons door te geven.  Daarnaast wordt met u besproken of u, indien dit nodig blijkt, nogmaals aan dezelfde patiënt wilt doneren. U wordt ook gevraagd of u ingeschreven wil blijven als stamceldonor bij stichting Matchis om te doneren voor een andere patiënt. Tot 1 jaar na donatie zal u niet oproepbaar zijn als donor voor andere patiënten.
  • Zes maanden na donatie neemt Stichting Matchis nogmaals telefonisch contact met u op. Er vindt dan geen bloedcontrole meer plaats.
  • Medewerkers
  • Intranet