Klaplong Pneumothorax

Wat zijn de oorzaken?

In de meeste gevallen is er geen duidelijke oorzaak voor het ontstaan van een klaplong. We noemen dit een spontane klaplong. Wel verhoogt een bepaalde lichaamsbouw de kans op een klaplong. Lange magere mensen (vooral jonge mannen) en mensen die roken hebben een grotere kans op een klaplong.
Daarnaast kan een klaplong het gevolg zijn van een andere longziekte (zoals COPD, longemfyseem of astma). Ook kan een ongeval of een (chirurgische) ingreep aan de longen of in de buurt van de longen, de oorzaak van een klaplong zijn.
 

Klachten bij een klaplong

De klachten bij een klaplong lopen uiteen van matige kortademigheid en pijn tot ernstige kortademigheid en pijn op de borst. Dit hangt af van de mate waarin de long is ingeklapt.
Als er weinig lucht in de pleuraholte is gekomen en de klaplong klein is, kan het zijn dat u niet merkt dat u een klaplong heeft. Het gat in de long waar de lucht doorheen is gekomen herstelt zich dan vanzelf en de long ontplooit zich weer. Bij een grotere klaplong kan een acute, fel stekende pijn in de zij en in de schouder voorkomen, in combinatie met kortademigheid en benauwdheid, hevige pijn op de borst, soms een droge hoest en een blauw wordende huid.

De behandeling

Om vast te stellen of u een klaplong heeft, luistert de arts naar uw longen en maakt een röntgenfoto van uw borstkas. De behandeling van een klaplong hangt af van de grootte van de klaplong:

• Bij een kleine klaplong is rust houden en het opvolgen van de leefregels voldoende. De long ontplooit zich dan vanzelf weer.
• Bij een grotere klaplong wordt u opgenomen in het ziekenhuis en plaatst de arts een drain. Dit is een slangetje dat onder plaatselijke anesthesie (verdoving) tussen de longvliezen in de pleuraholte wordt geplaatst. Deze drain wordt aangesloten op een Thopaz-pomp. Met dit systeem wordt via het slangetje de lucht weggezogen, zodat de long zich weer ontplooit.
• De drain blijft enkele dagen zitten, afhankelijk van hoe snel de long weer ontplooid is. Met de drain kunt u zich vrij bewegen en als u zich goed voelt, mag u ook traplopen. Zolang u een drain heeft, mag u niet douchen. Er worden regelmatig röntgenfoto’s gemaakt van uw borst om te kijken of de long volledig ontplooid is. Als het nodig is, komt de fysiotherapeut langs om ademhalingsoefeningen met u door te nemen en u te adviseren op het gebied van bewegen.
• Soms besluit de arts om de long te ‘plakken’ door talkpoeder tussen de longvliezen aan te brengen. Het talkpoeder zorgt ervoor dat de longvliezen aan elkaar plakken. Het aanbrengen van talkpoeder kan via de drain of tijdens een kijkoperatie. Dit wordt een pleurodese genoemd. Omdat deze ingreep pijnlijk is, krijgt u voor de behandeling een epiduraalcatheter (ruggenprik), waardoor u weinig voelt van de ingreep.
• Als u vaker last heeft van een klaplong, kan een arts aanbevelen om tijdens een kijkoperatie uw longvlies ‘op te ruwen’. De longvliezen worden zo behandeld dat ze aan elkaar blijven kleven. Dat maakt de kans op een klaplong zeer klein.

De arts bespreekt met u welke behandeling u krijgt.
 

Leefregels

Als uw long weer ontplooid is, kunt u naar huis. Om de long daarna goed te laten herstellen is het belangrijk om voldoende rust te nemen. Daarnaast adviseren wij de volgende leefregels te volgen:

• Stop met roken.
• Vliegen mag 2 weken nadat de long volledig ontplooid is.
• Gedurende 6weken geen zwaar huishoudelijk werk doen (bijvoorbeeld stofzuigen, ramen lappen) en niet tillen.
• Niet te hard persen bij de toiletgang.
• Geen activiteiten ondernemen zoals (zwaar) sporten of een blaasinstrument bespelen.
• Vermijd grote lichamelijke inspanning op gebied van seksualiteit.

Activiteiten zoals lopen en fietsen kunt u langzaam opbouwen. Met zittend werk kunt u meestal snel weer beginnen. Na een klaplong mag u in principe nooit meer duiken met perslucht.

Het kan zijn dat u gedurende een aantal weken last houdt van pijn. Hiervoor kunt u paracetamol als pijnstilling gebruiken, zodat u goed kunt blijven doorademen.