Onze missie
Het Radboudumc Academisch Huisartsen Netwerk wil de huisartsgeneeskunde verbeteren door inspirerende samenwerking en academische kennisontwikkeling op de terreinen van onderwijs, opleiding, onderzoek, registratie en innovatie in de eerste lijn. lees meerOnze missie
“Het Radboudumc Academisch Huisartsen Netwerk wil de huisartsgeneeskunde verbeteren door inspirerende samenwerking en academische kennisontwikkeling op de terreinen van onderwijs, opleiding, onderzoek, registratie en innovatie in de eerste lijn.” aldus voorzitter Henk Schers en coördinator Carla Walk.De in de praktijken vastgelegde patiëntdata vormt de basis voor veel wetenschappelijk onderzoek. Daarmee maken we samen vele publicatie en promoties mogelijk. Een belangrijk praktisch accent van ons netwerk is innovatie, zowel in onderwijs, opleiding als in onderzoek. Om die reden ontmoeten we elkaar regelmatig, wisselen we spiegelinformatie uit en werken op deze manier samen aan kwaliteitsverbetering.
Onze doelen
Het Radboudumc Academisch Huisartsen Netwerk zet in op verdere kennisontwikkeling op het gebied van het verzamelen van data en genereren van spiegelinformatie.-
We streven naar routinematige dataverzameling op het gebied van persoonlijke en contextfactoren.
-
We streven naar verbinding met databronnen uit de tweede lijn en de basisgezondheidszorg.
-
We willen op de terreinen van registratie, zorgvernieuwing en innovatie bij de uitvoering van academische kerntaken als onderwijs, opleiding en onderzoek landelijk toonaangevend zijn.
-
We willen internationaal als vernieuwend te boek staan.
Heeft u een onderzoeksvraag?
Wilt u gebruikmaken van onze data, kennis en expertise voor uw onderzoek? Dat kan! U kunt hiervoor een onderzoeksvoorstel of -vraag indienen bij de coördinator van het Radboudumc Academisch Huisartsen Netwerk (zie contact). Wij hanteren een format voor onderzoeks-voorstellen en –vragen. lees meerAangesloten huisartsenpraktijken
De bij het netwerk aangesloten huisartsenpraktijken excelleren op de vijf academische pijlers: onderwijs, opleiding, onderzoek, innovatie en registratie. lees meerDeelnemende huisartsenpraktijken
Momenteel nemen 25 huisartsenpraktijken deel aan het Radboudumc Academisch Huisartsen Netwerk. In totaal zijn ongeveer 130.000 patiënten ingeschreven bij onze praktijken.
lees meerDeelnemende huisartsenpraktijken
De onderstaande 25 huisartsenpraktijken nemen deel aan het Radboudumc Academisch Huisartsen Netwerk. In totaal zijn ongeveer 130.000 patiënten ingeschreven bij onze praktijken.
- Huisartsenpraktijk Berghem
- Huisartsenpraktijk De Linie (Doesburg)
- WGC Lindenholt (Nijmegen)
- Huisartsenpraktijk Thermion (Lent)
- UGC Heyendael (Nijmegen)
- Huisartspraktijk Oosterhout
- Huisartsenpraktijk Schaijk
- Huisartsenpraktijk De Poort (Beuningen)
- Huisartsenpraktijk De Heelhoek (Wychen)
- Huisartsenpraktijk ’t Weeshuis (Nijmegen)
- Huisartsenpraktijk De Pelgrim (Gaanderen)
- Huisartsenpraktijk Uitvindersbuurt (Ede)
- Huisartsenpraktijk Bles, Poels en Aarntzen (Huissen)
- Huisartsenpraktijk Op de Paap (Groesbeek)
- Huisartsenpraktijk Berg en Dal
- Huisartsenpraktijk Heilaren (Heeswijk Dinther)
- Huisartsenpraktijk Bicer (Deventer)
- Huisartsenpraktijk Bast en Van Damme (Nijmegen)
- Huisartsenpraktijk Amstelveen Zuid (Amstelveen)
- Huisartsenprakijk Klein Breteler (Oud-West Nijmegen)
- Huisartsenpraktijk Kienhuis (Oud-West Nijmegen)
- Huisartsenpraktijk Van Schijndel (Oud-West Nijmegen)
- Huisartsenpraktijk Kiers en Lokate (Oud-West Nijmegen)
- Huisartsenpraktijk Oudhuis en Van de Burgt (Oud-West Nijmegen)
- Huisartsenpraktijk Marialaan 250 (Oud-West Nijmegen)
- Huisartspraktijk Van Welsenes (Deventer)
FaMe-Netwerk
Een deel van de bij het netwerk aangesloten praktijken maakt gebruik van het Huisartsen Informatie Systeem TransHis. De huisartsen hebben dit systeem in eigen beheer via Stichting FaMe-Net (Family Medicine Network). Met behulp van TransHis kan wetenschappelijk onderzoek flexibeler en in meer detail uitgevoerd worden dan met de traditionele huisartsensystemen.
lees meerFaMe-Netwerk
Een deel van de bij het netwerk aangesloten praktijken maakt gebruik van het Huisartsen Informatie Systeem TransHis. De huisartsen hebben dit systeem in eigen beheer via Stichting FaMe-Net (Family Medicine Network). Met behulp van TransHis kan wetenschappelijk onderzoek flexibeler en in meer detail uitgevoerd worden dan met de traditionele huisartsensystemen.
Op de website van FaMe-Net (www.famenet.nl) is veel epidemiologische data uit FaMe-Net vrij toegankelijk. Het toont o.a. prevalenties en incidenties van diagnoses en de reden van komst (RFE) van de patient, verdeeld over verschillende leeftijds- en geslachtscategorieen. Ook toont het welke diagnose gesteld wordt als de patient met een bepaalde RFE bij de huisarts komt en welke diagnostische en therapeutische interventies de huisarts uitvoert per diagnose.
Samenwerking met de afdeling Eerstelijnsgeneeskunde
Het Radboudumc Academische Huisartsen Netwerk werkt nauw samen met de afdeling Eerstelijnsgeneeskunde van het Radboudumc. Zo wordt bij veel onderzoeken en stages op de afdeling gebruik gemaakt van de data geregistreerd door huisartsenpraktijken in het netwerk.Het Radboudumc Netwerk Huisartsenpraktijken
Het Radboudumc Academisch Huisartsen Netwerk is een zelfstandig onderdeel van het Radboudumc Netwerk Huisartsenpraktijken. lees meerHet Radboudumc Netwerk Huisartsenpraktijken
Het Radboudumc Academisch Huisartsen Netwerk is een zelfstandig onderdeel van het Radboudumc Netwerk Huisartsenpraktijken. Dit netwerk is een voortzetting van het NUHP; de Nijmeegse Universitaire Huisartsenpraktijken. Het Radboudumc Academisch Huisartsen Netwerk bestaat uit een groot aantal regionale huisartsenpraktijken die samenwerken met de afdeling Eerstelijnsgeneeskunde van het Radboudumc op één of meer, maar niet alle, academische pijlers.Bezoek de pagina van de NHP.
Ruim 50 jaar ervaring Van 1967 tot nu
De basis voor de continue morbiditeitsregistratie wordt gelegd in 1943 als huisarts Frans Huygen gaat werken met een medisch dossier. Vanaf 1967 worden in vier huisartsenpraktijken in de regio alle aan de huisarts gepresenteerde aandoeningen, inclusief verwijzingen en ziekenhuisopnamen vastgelegd. lees meerRuim 50 jaar ervaring Van 1967 tot nu
De basis voor de continue morbiditeitsregistratie wordt gelegd in 1943 als huisarts Frans Huygen in Lent gaat werken met een medisch dossier. Vanaf 1967 worden in vier huisartsenpraktijken in de regio alle aan de huisarts gepresenteerde aandoeningen, inclusief verwijzingen en ziekenhuisopnamen vastgelegd.Het Nijmeegs Monitoring Project ontstaat in 1982 als vervolg op de promotiestudie van huisarts Jan van Ree. De verzamelde patiëntendata, ziektebeloop, behandeling en bereikte resultaat, wordt in het Nijmeegs Monitoring Project systematisch vastgelegd conform richtlijnen van het Nederlands Huisartsen Genootschap. De informatie wordt, na bewerking en analyse, in de vorm van feedback met de huisartsen besproken.
Vanaf 2010 breidt de monitoring van het Nijmeegs Monitoring Project zich uit met andere aandoeningen en met andere indicatoren zoals zorgindicatoren, risicofactoren en indicatoren die te maken hebben met de kernwaardes van de huisartsgeneeskunde. Het Nijmeegs Monitoring Project koppelt deze data aan wetenschappelijk onderzoek, zorginnovatie en onderwijs. Dit heeft geleid tot een bijzondere expertise en sterkte infrastructuur. De Continue Morbiditeitsregistratie/Nijmeegs Monitoring Project-databank groeide uit tot een toegankelijk en belangrijk register binnen de Nederlandse huisartsgeneeskunde.
Rond 2012 volgde een fusie met de Stichting TransHis, voortgekomen uit het Transitieproject, dat ook beschikt over een rijke dataset aan gegevens uit de huisartsenpraktijk. Vanaf 2016 zijn de Continue Morbiditeitsregistratie, Nijmeegs Monitoring Project en FaMe-net onderdeel van het Radboudumc Academisch Huisartsen Netwerk.
Naast het Radboudumc Academisch Huisartsen Netwerk werkt de afdeling Eerstelijnsgeneeskunde samen met het Radboudumc Netwerk Huisartsenpraktijken. Dit is een uitgebreider netwerk van huisartsenpraktijken, verbonden op één of meer (dus niet alle) academische taken, met de afdeling Eerstelijnsgeneeskunde.