Niet alleen het EK voetbal nadert een spannende ontknoping, ook de wielrenners in de Tour de France maken zich op voor een zware laatste anderhalve week, waarin ze onder meer de Tourmalet, d'Aubisque en d'Aspin in de Pyreneeën beklimmen. Hebben ze dan eigenlijk wat aan de hoogtestages die ze achter de rug hebben?
Suzanne van Dorp, hematoloog:
‘Hoe hoger je komt, hoe minder zuurstof er in de lucht zit. Dit merk je direct aan je uithoudingsvermogen. Ook spieren en organen krijgen minder zuurstof. Rode bloedcellen vervoeren die zuurstof door ons lichaam. Krijgt het lichaam te weinig zuurstof, dan maken onze nieren méér van het groeihormoon epo aan, wat we ook als doping uit het wielrennen kennen. Door deze natuurlijke epo maakt ons beenmerg extra rode bloedcellen aan. Je hebt niet ineens meer rode bloedcellen; ons lichaam moet wennen aan de nieuwe omstandigheden, dus daar gaat een aantal dagen tot weken overheen. Wat een hoogtestage voor sporters interessant maakt: als die rode bloedcellen eenmaal gemaakt zijn, hebben ze een levensduur van wel vier maanden. Dus terug op normale hoogte heb je nog lang profijt van die extra rode bloedcellen. Wij merken waarschijnlijk niet veel na een periode op hoogte, maar voor sporters kan het een paar procent in prestatie uitmaken. En laat het dáár in de topsport nou net om gaan.’
-
Meer weten over deze onderwerpen? Klik dan via onderstaande buttons door naar meer nieuws.