EN
DE
Een deel van de hartoperatie TAVI kan via de slagader in de pols plaatsvinden in plaats van via de slagader in de lies. Onderzoek van het Radboudumc toont aan dat deze aanpak leidt tot minder bloedingen. De onderzoekers hebben gekeken of deze techniek, die al gangbaar is bij onder meer dotterbehandelingen, ook voordelen biedt voor de TAVI-procedure, waarbij de aortaklep wordt vervangen. De resultaten zijn gepubliceerd in JAMA Network Open.
De TAVI-ingreep, Transcatheter Aortic Valve Implantation, is een procedure waarbij via een bloedvat in de lies een nieuwe aortaklep wordt ingebracht. Deze vervangt de oude klep wanneer deze vernauwd is. De ingreep wordt steeds populairder: de afgelopen vijf jaar zijn er zo’n 14.000 ingrepen in Nederland uitgevoerd. Voor mensen boven de 75-80 jaar en voor patiënten met een medisch risico heeft deze procedure vaak de voorkeur boven een openhartoperatie, omdat die meer risico’s met zich meebrengt en een langer herstel vereist.
Twee slagaders in de liezen
Bij TAVI-ingrepen worden twee slagaders in de liezen gebruikt. De slagader in de ene lies wordt gebruikt om de hartklep in te brengen, die zo naar de goede plek genavigeerd wordt. De slagader in de andere lies wordt gebruikt voor contrastvloeistof, waarmee de aorta goed zichtbaar wordt en de klep nauwkeurig op de goede plek geplaatst kan worden. Bij onder meer dotterbehandelingen wordt de toegang via de pols nu standaard gebruikt, wat de kans op ernstige bloedingen verkleint.
Bij de TAVI-procedure was dit nog niet gebruikelijk. Daarom zetten cardiologen en onderzoekers van het Radboudumc een gerandomiseerde studie op in samenwerking met verschillende centra. Patiënten die een TAVI-ingreep moesten ondergaan, konden deelnemen aan dit onderzoek. Ze werden via loting in een groep ingedeeld: de standaard ingreep via de twee liesslagaders, of de nieuwe behandeling, waarbij de hartklep via de liesslagader werd ingebracht en de contrastvloeistof via de polsslagader.
Aan de studie deden 238 patiënten mee. De resultaten tonen aan dat serieuze bloedingen waarbij medisch ingrijpen noodzakelijk was, vrijwel alleen in de lies voorkwamen. Geert Versteeg, eerste auteur en arts-onderzoeker, legt uit: ‘De meerderheid van de bloedingen vond plaats in de lies, waaronder de ernstige bloedingen. Dit kan deels verklaard worden door het feit dat bloedingen in de lies soms later opgemerkt worden omdat er meer ruimte achter de buikholte is om het bloed te verliezen. Bloedingen aan de pols daarentegen zijn vaak direct zichtbaar.’
Bloedvat in de bovenarm
Daarnaast voerden de onderzoekers nog een verandering door in de procedure. Tijdens een TAVI-procedure krijgen patiënten een tijdelijke pacemaker, onder meer omdat de nieuwe klep hartritmestoornissen kan veroorzaken. Vaak kan deze gelijk na de ingreep verwijderd worden, maar soms blijft deze nog een aantal dagen zitten. Ook hiervoor wordt standaard een bloedvat in de lies gebruikt. Maar de patiënten die het contrastvloeistof via de pols kregen, kregen deze pacemaker via een bloedvat in de bovenarm. Niels van Royen, laatste auteur en hoogleraar Cardiologie, zegt: ‘Dit werd niet eerder op deze manier gedaan. Het voordeel is vooral dat het meer comfort biedt. Met de pacemaker via de bovenarm zijn patiënten mobieler en kunnen ze sneller uit bed.’
Dit onderzoek toont aan dat het gebruik van de slagader in de pols voor de contrastvloeistof voordelen heeft, omdat het leidt tot minder bloedingen. Hoewel de procedure wel iets langer duurt dan wanneer alles via de lies gebeurt, verwacht Van Royen dat deze aanpak verder zal worden geïntegreerd. ‘Bij dotteren is dit al gebruikelijk, en we hebben nu aangetoond dat het ook voordelen biedt bij de TAVI-procedure. We voeren TAVI-ingrepen nu ongeveer vijftien jaar uit, en de resultaten zijn veelbelovend. Nieuwe hartkleppen lijken ook na tien nog even goed te werken als de standaard chirurgische kleppen. Als we de risico’s rondom de ingreep kunnen verkleinen, is dat een mooie stap vooruit.’
Over de publicatie
Dit artikel is verschenen in JAMA Network Open: Upper- vs Lower-Extremity Secondary Access During Transcatheter Aortic Valve Implantation. A Randomized Clinical Trial – Geert A. A. Versteeg, Maxim J. P. Rooijakkers, Kimberley I. Hemelrijk, Pieter J. Vlaar, […] Michel W. A. Verkroost, Aysun Cetinyurek-Yavuz, Robin H. Heijmen, Jurrien M. ten Berg, Pim A. L. Tonino, Ronak Delewi, Niels van Royen. DOI: 10.1001/jamanetworkopen.2024.38578.
Fotograaf: Eric Scholten.
-
Meer weten over deze onderwerpen? Klik dan via onderstaande buttons door naar meer nieuws.
