Patiënten met chronische pijn op de borst hebben wellicht meer baat bij het volgen van een trainingsprogramma dan bij een operatie waarbij artsen een stent plaatsen. Gegevens van ruim 18.000 patiënten tonen een verlaagd risico op sterfte, ziekenhuisopnames en andere aandoeningen. De onderzoekers benadrukken dat deze cijfers een eerste indicatie geven, en dat vervolgonderzoek nodig is.
Stabiele of chronische pijn op de borst (angina pectoris) wordt meestal veroorzaakt door een lokale vernauwing in een of meerdere kransslagaders. Door die vernauwing krijgt het hart te weinig bloed, waardoor de klachten van pijn op de borst kunnen ontstaan. Deze klachten ontstaan vooral wanneer het hart meer zuurstof nodig heeft, bijvoorbeeld bij inspanning. Als medicijnen niet (meer) voldoende werken, volgt vaak een operatie waarbij artsen bijvoorbeeld een stent plaatsen; een hol buisje van gaas op de plek van de vernauwing, waardoor de vernauwing daar niet kan terugkeren.
De onderzoekers vroegen zich af of een operatie wel de beste behandelmethode is bij stabiele pijn op de borst. “We weten inmiddels dat weinig beweging een vergroot risico op hart- en vaatziekten geeft”, vertelt Dick Thijssen, fysioloog van het Radboudumc en hoofdonderzoeker. “Mensen met hartklachten bewegen over het algemeen minder dan mensen zonder hartklachten. Wij wilden weten of het deze groep juist helpt als zij wél een trainingsprogramma gericht op hartrevalidatie volgen.”
Verschillen tussen operatie en trainingsprogramma
Zij vergeleken hierbij de gegevens van ruim 18.000 patiënten gediagnosticeerd met stabiele angina pectoris, oftewel pijn op de borst door vernauwde kransslagaders. Daarbij keken zij hoe het achttien maanden later met de patiënten ging. De relatieve aantallen sterfgevallen, ziekenhuisopnames en nieuwe aandoeningen waren lager onder patiënten die hartrevalidatie volgden dan onder geopereerde patiënten. “Met dit onderzoek wilden we beter begrijpen welke rol een trainingsprogramma kan spelen bij deze patiënten met chronische pijn op de borst. Het lijkt inderdaad een goed alternatief”, aldus Thijssen.
Vervolgonderzoek naar beste behandeling
In dit onderzoek is gebruik gemaakt van een grote, al bestaande database, waarbij achteraf is gekeken naar de gegevens van patiënten. Daarom is volgens Thijssen nieuw onderzoek nodig waarin twee nieuwe groepen met elkaar vergeleken worden. Thijssen: “Het Radboudumc en het Maxima Medisch Centrum starten binnenkort een nieuwe studie, waarbij we een vergelijking maken tussen patiënten met chronische pijn op de borst die een operatie ondergaan en patiënten die hartrevalidatie gaan volgen. Met die uitkomsten kunnen we hopelijk zeggen welke behandeling het beste is, en ook voor wíe. De ene patiënt kan meer baat hebben bij een intensief trainingsprogramma, terwijl we de ander beter kunnen opereren.”
Over de publicatie in European Journal of Preventive Cardiology
Exercise-based cardiac rehabilitation versus percutaneous coronary intervention for chronic coronary syndrome: Impact on morbidity and mortality – Benjamin J.R. Buckley, Iris A. de Koning, Stephanie L. Harrison, Elnara Fazio-Eynullayeva, Paula Underhille, Hareld M.C. Kemps, Gregory Y.H. Lip, Dick H.J. Thijssen.
-
Meer weten over deze onderwerpen? Klik dan via onderstaande buttons door naar meer nieuws.
PreventieNieuws homepage Patientenzorg en Nieuws en verhalen
Meer informatie
Meer nieuws
Hoe zijn de Nederlandse Olympiërs voorbereid op de hitte en luchtvochtigheid van Tokio?
22 juli 2021Persoonlijk advies voor atleten in de aanloop naar de Olympische Spelen
lees meer